GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

Bekijk het origineel

VU Magazine 1974 - pagina 493

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

VU Magazine 1974 - pagina 493

4 minuten leestijd Arcering uitzetten

wanneer bovendien blijkt dat door personeelstekorten de rentabiliteit en daarmee ook de continuïteit van het bedrijfin gevaar wordt gebracht, zal de werving in beginsel worden toegestaan.' Voor het sluiten van ondernemingen, waarbij ook Nederlandse werknemers op straat zouden komen te staan, is de regering duidelijk beducht. In dat geval zal mogen worden bijgesprongen vanuit de ontwikkelingslanden, die geen raad weten met hun werklozen. Alleen al in Turkije is er een wachtlijst van een miljoen arbeiders die naar West-Europa willen.

leden immers vragen grotere infrastructurele voorzieningen, met name met betrekking tot huisvesting en onderwijs, dan de solitaire werknemer, zonder dat zij bijdragen tot de produktie.' Gunstig voor de nationale economie is het dus wanneer de trekarbeider hier alleen komt en - na enkele jaren - weer vertrekt voordat hij neigingen begint te krijgen om vrouw en kinderen uit het thuisland te laten overkomen. De (door trekarbeiders gehekelde en door het parlement verworpen) vertrekpremie na drie jaar van f 5000, die al snel de naam rot-op-premie verwierf, zou heel goed hebben gepast in een beleid dat er op gericht is de zaak zo voordelig mogelijk voor Nederland te houden.

Beeld Het volgende globale beeld komt naar voren: Belanghebbend bij de beschikbaarheid van een reserveleger trekarbeiders, waaruit naar behoefte kan worden geput, zijn vooral de ondernemingen en met name de trekkers van niet-looninkomen (winsten). De Nederlandse loontrekkenden gaan er iets, maar niet veel op vooruit. De mogelijkheid arbeiders.uit het buitenland aan te trekken oefent een neerwaartse druk op de lonen uit en vermindert de noodzaak van het bedrijfsleven onaantrekkelijke functies (vuil werk e.d.) aantrekkelijker te maken door hogere lonen of om ze door het doen van diepte-investeringen geheel te laten vervallen.

'Congestie' Nationaal-economisch bezien is de beschikbaarheid van een leger trekarbeiders, waaruit naar behoefte kan worden geput, profijtelijk, vooral wanneer de trekarbeiders hun gezinnen achterlaten. Wel krijgt de overheid (vooral op gemeentelijk niveau) toenemende problemen van het soort Afrikaanderbuurt-Rotterdam. 'Sociale problemen als congestie, tekort aan woningen enz.' waren voor de regering aanleiding om de laatste jaren het gevoerde beleid nog eens kritisch te bezien. Heeft het bedrijfsleven (de ondernemers) er belang bij om zoveel trekarbeiders te mogen werven als men in een bepaalde situatie denkt nodig te hebben, de overheid toonde zich altijd gereserveerder. 'Nederland is geen immigratieland'. Zo wordt sinds jaar en dag de toestroming naar ons land van trekarbeiders bemoeilijkt door een straf toelatingsbeleid. Verhoudingsgewijs is het aantal trekarbeiders in ons land gering (1,5% van de bevolking, tegenover 7% in Frankrijk en België en 6% in West-Duitsland). Ook het waarschijnlijke grote aantal 'illegale' trekarbeiders in ons land wijst op een regeringsstreven om minder trekarbeiders toe te lat^n dan het

bedrijfsleven wenst te gebruiken. In het septembernummer van Encouter krijgt Nederland van Jonathan Power een compliment voor wat de diverse actiegroepen voor 'gastarbeiders' doen. Een lik uit de pan daarentegen krijgen vooral Nederland (en West-Duitsland) voor de neiging om vrouwen en kinderen buiten de grenzen te houden. Frankrijk en België komen er wat dit betreft beter af.

'Rentabiliteit' Overigens blijft de Nederlandse regering niet ongevoelig voor de druk vanuit het bedrijfsleven om meer trekarbeiders toe te laten. 'Wanneer de ondernemer op het tijdstip van de wervingsaanvrage al het redelijk mogelijke heeft gedaan om personeel te houden en nodige aanvullingen op de Nederlandse arbeidsmarkt te realiseren en

Regeringsbeleid In 1970 verscheen er voor het eerst een regeringsnota over de trekarbeiders (de nota Roolvink), die een storm van kritiek opriep. De belangrijksteMacht was het ontbreken van een visie op de toekomst. 'De regering huldigt nog steeds het simpele standpunt dat er sprake is van een tekort aan arbeidskrachten in West-Europa. Daarvan zouden de landen rond de Middellandse Zee profiteren. De komst van deze vreemdelingen zal enig ongerief met zich brengen. Daarvoor zullen passende maatregelen genomen worden,' aldus omschreef misprijzend ds. A. Dronkers in Wending üuli, 1971) het regeringsstuk. Inderdaad getuigde de nota van weinig besef dat we in feite te maken hebben met de

19

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van dinsdag 1 januari 1974

VU-Magazine | 516 Pagina's

VU Magazine 1974 - pagina 493

Bekijk de hele uitgave van dinsdag 1 januari 1974

VU-Magazine | 516 Pagina's