Zions roem en sterkte ofte verklaaring van de zeevenendertig artikelen der Nederlandsche Geloofsbelydenis - pagina 178
Vooraf gaat een historisch berigt, nopens de belydenis en geloofshervorming in de Nederlanden door Arnoldus Rotterdam, bedienaar des Goddelyken Woords te Zuylen. Op nieuw uitgegeven, en bij ons kerkelijk publiek ingeleid door Dr. A. Kuyper
XXII.
176
Artikel
komen nogtans deze daden met het gelove regtvaerdigmakinge niet te zaraen, dewyl de Schrift duidelyk het gelove stelt in 't stuk van regtvaerdigmakinge tegen alle en allerhande werken. Den genen die niet werkt, maar gelooft in hem, die den Godlozen regtvaerdigt word zyn gelove gereekent tot regtvaerdigheid. met
Christus, zo
in de
Vrag.
Komt dan
het gelove in de Regtvaerdigmakinge
werk en daad der menschen? Gelove, wanneer 't gezegd word ons
niet voor als een
Antw.
't
te
regtvaerdigen, werdt in de regtvaardigmakinge niet aan-
een werk maar alleen
gemerkt
als
middel,
waarmede wy Christum onze regtvaerdigheid
als
een werktuig en
omhelzen.
Vrag.
Hoe bewyst gy
Antw.
1.
dit?
Gelove
werdt in de Schriftuur beschreven onder zulke gelykenissen, welke van werktuigen ontleent zyn. Want gelyk het oog een werktuig is om te zien, de mond met de tanden om te eeten, de voeten om te gaan. en de handen om daar mede iets aantegrypen, even zo werdt ons het gelove verbeeld onder de gelykenisse van a. Een verligt oog^ welke op Jezus en zyne geregtigheid 40. Dit is de wille des genen, die my ge6 ziet. Joh. zonden heeft dat een iegelyk, die den Zone aanschouwt, ende in hem gelooft het eeuwige leven hebbe. De mond waar door men Christus als het brood des 6. 't
:
;
levens ons ten nutte maakt daarom betekent geloven, geestelykerwyze eeten. Joh. 6 50, 51. Dit is het brood, dat uit den hemel nederdaalt, op dat de mensche daar van eete, ende niet sterve. Ik ben dat leevende brood, dat uit den hemel nedergedaalt is, zo iemand van dit brood eet, die zal in der eeuwigheid leven. daarom werdt het geloven, een komen tot c. De voeten 35. Jesus zeide tot haar. Ik ben Jesus genaamt, Joh, 6 het brood des levens, die tot my komt, zal geenzints hongeren, en die in my gelooft zal nimmermeer dorsten. Een hand, waar door mij Christus en zyne geregd. ;
:
;
:
Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt
voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen,
vragen, informatie: contact.
Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing.
Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this
database. Terms of use.
Bekijk de hele uitgave van woensdag 1 januari 1890
Abraham Kuyper Collection | 468 Pagina's
Bekijk de hele uitgave van woensdag 1 januari 1890
Abraham Kuyper Collection | 468 Pagina's