Separatie en Doleantie - pagina 34
SEPARATIE LLTIMUM KEMEDIUM.
34
reformatie van hun instituut ook hulpe van andere kerken door dezer speciale ambtsdragers te ontvangen
en eerst zoo gebleken
hulpe komen, en ook geen gena-
te
buurde kerk hulpe bieden kan, eerst dun dezer kerk het oogenblik gekomen,
Ook daarmee
echter
is
om
voor de //geloovigen*
zelven door te tasten.
de zaak nog niet
is
Immers
uit.
van het //ambt der geloovigen,"
wordt
gesproken
er
moet
het, zoo
dat noch de Classis noch de Synode
is,
geïnstitueerde kerk
deze
Kan
is.
op de Classis gezocht, en zoomogelijk op de Synode;
die hulp
is
als
niet
bedoeld het ambt van een of twee of tien leden, ma,ar yan
hoedanige
als
samen deze geïnstitueerde
die
geloovigeu,"
Avondmaal
heilig
leden
Avaarin
alle
handeling
het niet genoeg, dat zij
eenige
een vergaderhtg
leden toegang hebben, voor zoover
tot deze reformatie gezind zijn.
men
is
uitmaken;
kerk tot het
hun
dus
maar moeten
saamkomen,
kerk
der
beleggen,
dan
effect sorteeren,
institutair
Zal
toegelaten.
zijn
kerk
zijn allen die in deze
erkennen
te
Dit laatste moet er
toch, dat alle leden zonder onderscheid
,/de
bij.
zij
Zei
meê konden wer-
ken, zoo zou elke reformatie onmogelijk zijn, zoodra de meer-
derheid der leden uit hypocrieten bestond of met het verderven
kerk
der in
En
meeging.
daar
nu het //ambt der geloovigen"
het aangeduide geval geroepen wordt
karakter
der
om
den aard en het
kerk tegenover ingeslopen gif te
geïnstitueerde
verdedigen, moet wel de conditie gesteld, dat de leden, die
in
deze daad saam werken, beginnen met saam weer op den grondslag van de belijdenis der kerk te gaan staan. Deze belijdenis is
haar wortel, en de mtoefening van het ambt der geloovigen
is
in zoodanig geval,
wortel
van de hechtheid, waarmede men aan dien
afhankelijk.
vastzit,
Voetius onderscheidt daarom zeer
juist
de gevallen waarin de major oi minor pars der //geloovigen,"
d.
hun kleiner
in
i.
het
werk
of grooter deel zich tot de plichtsbetrachting
der
reformatie
voelt
aangedreven.
Bovendien
spriugt het in het oog, dat hier allerlei gevallen moeten onder-
scheiden
worden, die Voetius dan ook afzonderlijk bespreekt,
en waaraan nog meerdere onderscheidingen zijn toe te voegen, al
naar gelang één of meer dienaren des Woords, één of meer
ouderlingen
en
diakenen
meegaan,
vele
of
weinige „leden"
Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt
voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen,
vragen, informatie: contact.
Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing.
Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this
database. Terms of use.
Bekijk de hele uitgave van woensdag 1 januari 1890
Abraham Kuyper Collection | 73 Pagina's
![Separatie en Doleantie - pagina 34](https://geheugenvandevu.digibron.nl/images/generated/abraham-kuyper-collection/separatie-en-doleantie/1890/01/01/1-thumbnail.jpg)
Bekijk de hele uitgave van woensdag 1 januari 1890
Abraham Kuyper Collection | 73 Pagina's