GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

Bekijk het origineel

Voetius' catechisatie over den Heidelbergschen Catechismus - pagina 252

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Voetius' catechisatie over den Heidelbergschen Catechismus - pagina 252

2 minuten leestijd Arcering uitzetten

;:,

Van de Persoonen,

248 niet

kan saligh worden:

geloove vss.

Hebr.

11.

vs. 6.

Sonder

het onmogelick Gode te behagen. Joh.

is

3.

16, 36.

Om

dan alle menschen moesten gerechtende met Godt versoent zijn, 2. Corinth. tot kinderen Godts aen5. 18. ja oock wedergeboren genomen krachtelick geroepen ende tot erfgenamen des eeuwigen levens gestelt werden want sonder dese weldaden en kan de verlossinge door Christum te wege gebracht, den mensche niet vorderlick zijn. Maer dat en geschiet niet. 5.

dat

veerdight,

,

,

,

:

,

6.

Om

andersins

dat

de

doot Christi vruchteloos

ende krachteloos gemaeckt wort nadien hy door sijn doot alle menschen soude verlost hebben ende nochtans den meesten hoop liet verloren gaen. En dat yemant wil seggen, datse krachtigh genoegh geweest zy ten aensien van de impetratie ofte verwervingen ;

,

,

van de applicatie ofte toepasselven antwoorden wy dat dat niet met want wat kan yemant de impetratie allen geseyt is helpen sonder de applicatie? Wat konnen die gene die verloren gaen profiteren by de impetratie sonder de applicatie"? Behalven dat Godts woort uytdruckedie de genade Godts lick getuyght dat die gene door Christum is geimpetreert ende te wege gebracht oock krachtelick wert geappliceert ende toegepast 39. Al wat my de Vader geeft sal tot Joh. 6. 37 my komen, &c. ende 10. 28. ende 17. vss. 12, 19. dat de Heere andersins sal beschuldight 7. werden van onrechtveerdigheyt, als eens de sonde straffende in Christo, ende dan noch eens in den mensche selfs tegens Genes. 18. 25. Soude de Richter der gantscher aerde geen recht doen? 8. dat andersins de saligheyt van den mensche niet gehangen wert aen het lijden ende de gehoor-

maer

niet ten aensien

singe.

Den

,

:

,

,

,

,

,

Om

,

Om

saemheyt Christi, daerse nootwendigh aen moet gehangen worden; maer aen den mensche selfs: want is de doot Christi, ende de verlossinge door hem

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van donderdag 1 januari 1891

Abraham Kuyper Collection | 632 Pagina's

Voetius' catechisatie over den Heidelbergschen Catechismus - pagina 252

Bekijk de hele uitgave van donderdag 1 januari 1891

Abraham Kuyper Collection | 632 Pagina's