GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

Bekijk het origineel

Johannes Maccovius - pagina 61

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Johannes Maccovius - pagina 61

2 minuten leestijd Arcering uitzetten

49

had aldus op smalen, mag leerhngen te grootste Keckermann's een van

inepta, inutilia, falsa." Of Hachting het recht

en straks zullen we zien betwijfeld worden Maccovius aan Curatodood Hachting's na Schotanus hoe ren aanbeveelt om de Logica te doceeren. Verder wordt aan Maccovius in dezen brief van Hachting verweten, dat hij zijne colleges niet bij wijze van voorlezing, maar in den vorm eener vrije voordracht gaf. Meer ben ik het dan eens met Arnoldus als deze in zijn Praefatio voor de Kedivivus met trots van zijns grooten leermeesters dictaten zegt „haec ut Maccovii pleraque, extemporea sunt, studiosis, ex teaipore, absque ullo librorum adiumento dic-

met recht

:

tata." Natuurlijk gaf hij zijn colleges in het Latijn,

hetwelk

met een vreemd accent

uitsprak. Als Heringa (pag. 576) geen Hollandsch kende, waag ik dat te betwijfelen. In 1617 toch was hij reeds als Rector opgetreden en de Statuten bepaalden: „Nullus esto Rector linguae

hij

zegt,

dat

hij

Belgicae ignarus."

*)

Boeles zegt van den genoemden brief: „Dit stuk, belangook, in zoover het vele gegevens van 't onderwijs van M. bevat, moet wel de overtuiging vestigen, dat die hoogleeraar bij zijne collega's noch als mensch, noch als wetenschappehjk persoon, noch als academieleeraar, hoog stond

rijk

aangeschreven, als wetenschappelijk persoon

o.

i.

te laag."

^)

Het is dan ook op dezen twist dat Reiffenberg doelt als hij aan Saeckma schrijft: ^^In Academia per Dei gratiam omnia se pulchre habent, nisi quod inter D. Maccovium et eius

coUegas contensiones, recrudescere et maiori conatu

quidem, intelligam."

Toch kwam ken later

*)

deze twist weer in orde, want een paar we-

schrijft Reifi'enberg

aan Saeckma aangaande Mac-

covius: „recens ad amicitiam admissus."

•*)

Gelukkig vond Maccovius, in dezen twist met Hachting,

')

Boeles,

1.

c,

I,

)

Boeles,

1.

c,

II,

')

Collectie Brieven, N". 230.

*)

Collectie Brieven, N". 231.

p, 230. p.

121.

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van zondag 1 januari 1899

Abraham Kuyper Collection | 431 Pagina's

Johannes Maccovius - pagina 61

Bekijk de hele uitgave van zondag 1 januari 1899

Abraham Kuyper Collection | 431 Pagina's