Van de kennisse Gods - pagina 111

;

AVERECHTSCHE ONTWIKKELING.

(DEÏSME.)

109

IV.

AVERECHTSCHE ONTWIKKELING. I.

Deïsme. Aangaande den hemel, de hemel is de> HEEREN; maar de aarde heeft Hij der menschen kinderen gegeven.

Ps. 115

:

16.

het ingeschapen Godsbesef diep in zijn hart van nature er op aangelegd God te leeren kennen uit de dubbele openbaring, zoowel in als buiten zich zelven, moet, ten gevolge van de zonde niet alleen de ware en zuivere kennis, die voor den zondaar onbereikbaar missen, doch kan ook slechts een e e n z ij d i g e veris, kregen Godskennisse erlangen of hij verliest zich in waarneming en bepeinzing van wat buiten hem ligt (het Deïsme), of hij gaat op in de Godsopenbaring binnen in

De mensch,

bezittend,

en

;

den mensch (het Pantheïsme). Het Deïsme is het starre stelsel van hen, die doof zijn voor de stemme Gods in het hart, en blind voor Zijne openbaring binnen in de ziel. De Deïst bespeurt God wel, en hoort wel iets van Hem, maar altijd in de verte, nooit in zijne

onmiddellijke nabijheid, steeds uitwendig,

nimmer

in-

troont, oneindig hoog, in den verheven hemel de sterren bewoont Hij de eeuwige zalen van boven ver, ver licht; en de mensch leeft op de aarde, 't ontoegankelijk onmetelijk diep daarbeneden en even groot als die afstand tusschen hemel en aarde is, even mateloos, ondenkbaar groot is de afstand die den Goddelijken Schepper van Zijn schepsel scheidt. Van gemeenschap, van een band tusschen beiden, geen sprake. God is een God van verre, en niet van nabij.

wendig.

God

;

Nimmer

hoort de

Deïst

Gods stemme

als in zijne ooren,

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Printen