GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

Bekijk het origineel

MEDEDELINGEN

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

MEDEDELINGEN

5 minuten leestijd Arcering uitzetten

SECOR-DABAR

Een inventarisatie (1981) heeft plaatsgevonden der Archieven van het Theologisch-Litterarisch gezelschap 'Secor-Dabar'. Hier volgen enkele gegevens.

In oktober 1844 richtten 7 studenten t.w. D. Gildemeester, N. H. de Graaf, H. C. G. Schijvliet, P. A. van Toorenenbergen, J. A. Ruys, L. Tinholt en W. Zegers het gezelschap Secor-Dabar ('Gedenk het Woord'-Psalm 119:49) op.

Geheel in de geest van het Réveil wilde men de wetenschappen beoefenen die 'gevorderd worden tot het voortreffelijk ambt van

evangelieprediker' 1 . Abraham Capadose en Isaac da Costa waren lichtende voorbeelden voor de jonge studenten. Een deel der leden richtte niet veel later 'Eltheto' op, waaruit later de NCSV zou groeien.

Ernstige studie was één der beginselen waaruit Secor leefde, 'wie niet studeert, is niet bekeerd' 2 .

Secor-Dabar beleefde perioden van bloei en van neergang. Tot 1969 bleef Secor-Dabar als sub-gezelschap van het Utrechts Studenten Corps bestaan. Door het afnemende aantal studenten in de godgeleerdheid welke lid waren van het U.S.C., was het gezelschap genoodzaakt met het eerbiedwaardige Oratorisch Homiletisch gezelschap 'Elias Anne Borger' samen te gaan.

Het Archief

Het archief heeft een lengte van ca. 5 meter. Het gezelschap Secor-Dabar was verdeeld in diverse sekties, met elk een verschillend doel.

Van alle sekties zijn de notulen bewaard (o.a. van de Arabische sektie welke slechts twee jaar bestond, nl. van 1844 tot 1846 en van de Litterarische sektie van 1859 tot 1941).

Naast de notulen zijn de Ingekomen stukken en de Minuten van Uitgaande stukken aanwezig van 1844-1969 (25 pakken) en de Teksten van Redevoeringen welke werden gehouden t.g.v. lustrumvieringen en installatie van leden. Onder de redenaars komen we namen tegen als N. H. de Graaf, H. H. Barger, J. A. Cramer en P. J. Kromsigt.

Voorts vermeld ik nog de Verslagen van lustrumvieringen, de Financiële Administratie, met o.a. 'Boeteboekjes' v.a. 1865 en Albums met Foto's van leden.

De Archieven van het Theologisch-Litterarisch gezelschap Secor-Dabar berusten in de archiefbewaarplaats van de Gemeentelijke Archiefdienst te Utrecht, Alexander Numankade 199. Een exemplaar van de inventaris bevindt zich in het Réveil-Archief.

Aart Vos Jan van Scorelstraat 118

3583 CT Utrecht

1834-1886-1892

De Gereformeerde Kerken hebben een Commissie ingesteld die o.m. de opdracht heeft, te werken aan gedenkboeken ter herdenking van de Afscheiding (1834), de Doleantie (1886) en het ontstaan van de Gereformeerde Kerken (1892). Bij het werk is ook de Hervormde kerk betrokken. De leden van deze Commissie Herdenkingen zijn: W. Bakker, A. P. Crom, J. van Gelderen, A. Graafhuis, G. van Halsema Thzn., T. van der Hammen, Mw. G. G. Holwerda, C. J. de Kruyter (secretaris), C. Mak, J. C. Okkema, T. N. Schelhaas, L. L. van der Vliet, H. B. Weyland, J. Wolthuis, J. P. van Dooren en O. J. de Jong.

Het secretariaat is: Dienstencentrum Gereformeerde Kerken, Kamer 15, Leusden.

Op persoonlijke titel zijn waarnemers vanuit de Christelijke Gereformeerde Kerken, Gereformeerde Kerken ('vrijgemaakt'), Nederlands Gereformeerde Kerken en Gereformeerde Gemeenten in Nederland en Noord-Amerika bij het werk ingeschakeld.

PERSOONLIJKE EN KERKELIJKE ARCHIEVEN ALS BRONNEN VOOR DE (KERK)-GESCHIEDENIS NEGENTIENDE EEUW

Onlangs is de 'werkgroep registratie afscheidingsarchieven, 1834-1907' gevormd en gestart met zijn werkzaamheden.

Belangrijkste doelstelling is:

het opsporen van het bronnenmateriaal betreffende de geschiedenis van de gemeenten en kerken-groepen die zijn voortgekomen uit de Afscheiding van 1834, beperkt tot de periodé 1834-1907.

Steeds vaker wordt namelijk gevraagd naar bronnen voor de negentiende-eeuwse (kerk)geschiedenis. Kerkelijke archieven spelen daarbij uiteraard een grote rol. Zeker de archieven van die kerkgenootschappen die in de vorige eeuw zijn ontstaan na de Afscheiding van 1834.

Helaas is het tot op heden niet duidelijk welke archivalia zijn bewaard gebleven. Een overzicht hiervan is (nog) niet voor handen. Wel is bekend dat vele archiefstukken uit deze periode zich bij diverse kerkgenootschappen bevinden. Ook vele particulieren en instellingen blijken te beschikken over dergelijk archief-en documentatiemateriaal. Wat is nu precies bewaard gebleven en waar bevindt dit zich? Om hierop meer zicht te krijgen, is een werkgroep gevormd die een en ander in kaart hoopt te brengen.

Zoals reeds uit de naam blijkt, zal de werkgroep zich richten op het verzamelen van gegevens over inhoud en verblijfplaats van archief-en documentatiemateriaal betreffende de Afscheiding en de geschiedenis van de daaruit voortgekomen kerkgenootschappen.

De verzamelde gegevens worden vastgelegd in een documentatiesysteem. Op deze wijze hoopt de werkgroep binnen enkele jaren een informatiebestand op te bouwen, waaruit onderzoekers en belangstellenden de nodige gegevens kunnen putten voor hun (kerkhistorisch onderzoek.

In de werkgroep, waarvan de leden op persoonlijke titel meewerken, zijn vrijwel alle uit de Afscheiding voortgekomen kerkgenootschappen vertegenwoordigd, namelijk de

Bond van Vrije Evangelische Gemeenten

Christelijke Gereformeerde Kerken

Gereformeerde Kerken in Nederland

Gereformeerde Gemeenten in Nederland en Noord-Amerika

Gereformeerde Kerken in Nederland (Vrijgemaakt)

Gereformeerde Gemeenten in Nederland en de

Nederlands Gereformeerde Kerken.

Het Centraal Register van Particuliere Archieven, afdeling kerkelijke archieven, te 's-Gravenhage verleent eveneens medewerking aan de realisering van de doelstelling.

Op dit ogenblik nemen de volgende personen deel aan het werk: de dames G. G. Holwerda (Utrecht) en drs. M. C. van Leeuwen-Canneman ('s-Gravenhage) en de heren ds. A. C. Louwerse (Velp), J. Mastenbroek (Alblasserdam), A. Medema (Leusden), H. Natzijl (Utrecht), P. Sluimer (Hilversum), D. Smits (Vlaardingen) en drs. M. te Velde (Neede), voorzitter.

Het secretariaat berust bij C. J. de Kruijter, archivaris G. K. N., Postbus 202, 3830 AE Leusden, tel. 033 - 943244 (overdag), 033-946293 (thuis).


1. G. J. Vos Azn. Groen van Prinsterer en zijn tijd, Dordrecht, 1886, deel I, pag. 283, 284.

2. Inv. nr. 115, pag. 13.

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van donderdag 1 april 1982

DNK | 45 Pagina's

MEDEDELINGEN

Bekijk de hele uitgave van donderdag 1 april 1982

DNK | 45 Pagina's