GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

Bekijk het origineel

De concept-circulaire van en aan de Kerkeraden

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

De concept-circulaire van en aan de Kerkeraden

9 minuten leestijd Arcering uitzetten

De concept-circulaire van en aan de Kerkeraden schijnt in goede aarde te zijn gevallen.

Althans, nadat de Doleerende Kerkeraad van Amsterdam deze circulaire opzond en overnam, is ook bij den anderen Kerkeraad in deze stad een broederlijke gezindheid openbaar geworden, die goede hope geeft.

De Kerkeraad der plaatselijke gemeente van de Christelijke Gereformeerde kerk zond toch dit schrijven in antwoord in:

„Aan den Eerwaarden Kerkeraad der Nederduitsch Gereformeerde Kerk {doleerende) te Amsterdam.

EERWAARDE BROEDERS!

Genade zij U en vrede van God den Vader en Jezus Christus den Heere, door den Heiligen Geest.

Uw schrijven van i September 1887 is in onze vergadering van 12 en 19 September 11. ernstig overwogen, met den uitslag dat besloten werd het volgende antwoord aan uwe vergadering te zenden.

De grondgedachte van Uw schrijven, dat zij, die een zelfde belijdenis hebben en naar de zelfde kerkorde begeeren te leven, naar des Heeren Woord en de natuur der jiaak, in de gemeenschap van de bediening des Woords, der Sacramenten en der tucht beide op leer en leven, de eenheid des geloofs ook kerkelijk behooren te openbaren, was steeds de uitdrukking van de diepste overtuiging onzes harten. Meer Axn vijftig jaren hebben wij gehoopt en gebeden, dat zoovele hooggeschatte broederen, die nog onder de organisatie en den reglementendwang, waaronder de Nederlandgche Hervormde Kerk sedert 1816 verkeert, leeiden, tot het inzicht zouden komen dat zij zich, onder de leus van kerkherstel in hot genootschap, op een weg bevonden die, gelijk Gij het in uw schrijven uitdrukt, dood liep.

Met groote belangstelling hebben wij den gang der zaken in de latere jaren, inzonderheid dien van de Nederlandsche Hervormde gemeente in de hoofdstad, gadegeslagen. Het toenemend aantal predikanten die weder de gereformeerde prediking, of de prediking van de gezuiverde leer, deden hooren; velerlei arbeid, inzonderheid op het gebied van't Christelijk onderwijs der jeugd naar de leer der Gereformeerde Kerk; het feit dat alle ambtsdragers in die Gemeente weder uitgenoodigd werden om de formulieren van eenheid te onderteekenen ; de poging om weder een begin te maken met de handhaving van de kerkelijke tucht, althans op de leer, en meer andere verschijnselen konden de vraag doen rijzen: of wij wellicht niet te vroeg gescheiden zijn van eene Kerk die, hoe ook verbasterd, toch in haar hart, nog was de levende Gereformeerde Kerk van dit land?

Maar lett'en wij dan weder op andere verschijnselen, die daar vlak tegenover stonden; namen we kennis van de voorschriften en beslissingen der Haagsche Synode die, hoe ook ingericht om zooveel mogelijk alle partijen te bevredigen, toch altijd in het nadeel waren van hen die de leer der Hervormde Ker|c, uitgedrukt in hare publieke schriften, poogden te handhaven ; lett'en wij inzonderheid op de reglementen, naar welke de Hervormde Kerk bestuurd moet worden ; en welker handhaving en naleving de plicht is van alle ambtsdragers in die Kerk, reglementen die spreken van «handhaving der leer", en tegelijk eene feitelijke belijdenisloosheid eischen, huldigen en bevorderen, dan gevoelden wij weder dat er, in dezen stand van zaken, geen andere weg was, voor wie waarlijk als gereformeerd belijder wil leven, dan afscheiding van eene Kerk, die onder haar eigen onwaarheid, als belijdende Gereformeerde Kerk, bezweken is. Ja dan gevoelden wij ons menigmaal gelukkig en dankbaar voor het aangezicht des Heeren, naardien wij verlost waren uit kerkelijke toestanden, die voor het Christelijk geweten zwaar zijn om te dragen. Gelukkig gevoelden wij ons in weerwil van onze geringheid tegenover de wereld en zelfs tegenover de berisping en vaak grievende miskenning door broeders, die de afscheiding bleven veroordeelen en ons bleven beschouwen en aan het volk voorstellen als gescheiden van de Gereformeerde Kerk.

Dat wij nooit bedoeld hebben van de Gereformeerde Kerk ons af te scheiden, of eene andere Kerk te stichten met eene andere leer of eene fandere kerkorde en liturgie dan de Nederlandsche Gereformeerde behoeven wij voor U, Eerwaarde Broeders ! niet te betoogen. Hadt Gij een anderen indruk van ons. Gij zoudt ons de hand der broederlijke gemeenschap niet mogen, niet kunnen bieden!

Menigmaal heeft het ons dan ook diep gesmart, van tijd tot tijd beschouwingen te vernemen, waarin de bestaande afscheiding van de Nederlandsche Hervormde Kerk óf doodgezweg n óf. veroordeeld werd. Beschouwingen welke aan hen die niet genoegzaam op hoogte der zaken kunnen zijn den indruk moesten geven, dat in de Christelijke Gereformeerde Kerk de handhaving van de zuiverheid der leer te wenschen overliet, en dat zij, buiten de kerkorde om, bestuurd werd door reglementen, of een reglement, dat ongereformeerde beginselen huldigt, en waaraan de belijdenis slechts als franje gehecht is.

En is er nu aan .uwe zijde reden om te erkennen, dat u, »na te lang en zondig wachten, de oogen zijn verlicht geworden om in te zien dat de weg waarop Gij wandeldet dood liep"; aan onze zijde bestaan ook vele redenen om, al zijn wij ons geene afwijkingen bewust, die de leer of de vaste lijnen der kerkregeering raken, 0"ze zonden en dwaasheden, met schaamte en schuldgevoel te belijden, zoodat wij niets zouden kunnen noemen waarop wij ons zouden mogen verheffen. Met U gevoelen wij ons te willen verootmoedigen voor het aangezicht des Heeren, die zijn volk niet verwerpt om alles wat het gedaan heeft, maar het toeroept: Ik zal uwe afkeeringen genezen !

Van groote beteekenis achten wij Uwe verklaring : «Alle band hoegenaamd ook met het Nederlandsch Hervormd kerkgenootschap, dat in 1816 wierd opgericht, is derhalve door ons voor altoos verbroken en dit genootschap als eene voor Gods Woord onbestaanbare instelling verworpen."

Gij en wij zijn al^oo gebracht tot een isolement op kerkelijk gebied waarin, door de barmhartigheid en trouw onzes Gods, kracht verborgen is, zoo wij het van ganscher harte en om des Heeren wil aanvaarden. Onze langdurige ervaring, als de eerstontkomene, kan U, als de later ontkomene, daarbij tot leering en bemoediging strekken. Als verstootelinge in de maatschappij, en verstoken van alle stoffelijke voorrechten die de Gereformeerde kerk, in vroeger jaren, in ons land genoot, levende, heeft de Heere aan ons getoond, en zal Hij toonen aan allen, dat Hij eert wie Hem eeren, en dat Hij, als onze Vader in de hemelen, zijne nooddruftige Kerk het dagelijksch brood niet onthoudt.

Dat wij ons tot hiertoe, in het openbaar, niet hebben uitgesproken over den kerkdijken strijd, waarin Gij, sedert 1886, gewikkeld zijt, geschiedde om voor ons gewichtige redenen.

Eenerzijds konden wij ons hartelijk verblijden in uw streven en gevoelden wij ons uwe deelgenooten in het lijden van onrecht, door overmoedige kerkbesturen U, gelijk onzen vaders en medebelijders vóór eene halve eeuw, aangedaan.

Maar aan de andere zijde ontvingen wij, uit de van uwentwege openbaar gemaakte officiëele stukken, den indruk, dat Gij U bleeft beschouwen als de eenige en wettige kerkeraad van de geheele Nederlandsche Hervormde Gemeente met haar honderd vijf en zeventig duizend zielen, en alzoo optradt als de kerkeraad van eene gemeente met welke wij, naar onze belijdenis, geene kerkelijke gemeenschap onderhouden.

Dit noopte om, hoezeer wij ook in vele opzichten ons metU één gevoelen, eene afwachtende houding aan te nemen,

Wij staan vast in de overtuiging dat de scheiding van 1834 een werk uit God is, door het Woord des Heeren en de belijdenis der Gereformeerde Kerk geboden, en zijn van oordeel dat, bij verdere onderhandelingen, op dit punt vooral het noodige licht zal moeten worden ontstoken.

Grootelijks hebben wij ons echter reeds verblijd in de uitspraak van het Convent, waarin de doleerende broederen verklaren: «Dankende God en den Vader dat Hij, in zijne oneindige barmhartigheid, en vroeger in anderer en nu in onze harten de bereidvaardigheid om ons onder het juk Christi te stellen, door zijnen Heiligen Geest, verwekt heeft".

Waar Gij dus. Eerwaarde Broeders ! de hand der broederlijke gemeenschap ons toereikt, zij het verre van ons die hand te weigeren.

Praktische voorslagen, wij zijn het hierin volkomen met u eens, zijn in dit stadium der kwestie nog niet te doen.

Want wel heeft het Convent uwerzijds zich uitgesproken en verklaard dat Gij u kunt noch moogt voegen naar het onzerzijds aanvaarde reglement van 1869, daar naar de uitspraak van het Convent, de beginselen van dit reglement in meer dan één opzicht anders zijn dan die van onze kerkenordening ; maar onzerzijds heeft nog geene enkele kerkelijke vergadering zich op eenig punt van praktisch belang verklaard.

In eene zoo gewichtige zaak, als door uw gewaardeerd schrijven aan de orde gesteld is mag, o. i., niet door iedere gemeente afzonderlijk beslist worden, maar nioet, krachtens de natuur van het gereformeerd kerkverband, met gemeenschappelijk overleg en bewilliging van

al de gemeenten, die tot dit kerkverband behooren, geschieden.

Ook de praktische toepassing der beginselen, die wij gemeenschappelijk belijden, op de bestaande en historisch gewordene toestanden, en de regeling van vele wederzijdsche belangen eischt, naar onze overtuiging, gemeenschappe­ lijke bespreking en onderling overleg.

Wij hebben, " door deze overwegmgen geleid, besloten de door uw schrijven aan de orde gestelde zaak te brengen voor onze classicale vergadering, om zoodoende, langs den kerkelijken weg, de groote zaak, die wij m onze kerkeraadsvergadering niet konden afdoen, door de meerdere vergadering te doen behandelen, opdat zij ter hand genomen kan wordendoor onze Synode, welke, D. V., in Oogstmaand des volgenden jaars gehouden wordt.

Ten slotte. Eerwaarde Broeders! wenschen wij met u 'den Heere onzen God te bidden, dat de scheidsmuur wegvalle tusschen allen die den Heere Jezus Christus in onverderfelijkheid liefhebben, en inzonderheid tusschen allen die de leer der Gereformeerde Kerk belijden als de waarachtige en volkomene leer der zaligheid.

En hiermede u Gode en het Woord zijner genade bevelende zijn wij :

De Kerket aai der Christelijke Gereformeerde Gemeente te Amsterdam.

(W. g.) A. BROUWER, h. t. Praeses.

» » D. SwAGERMAN, JR., Scriba"

Bedenkt men nu, dat het hier Amsterdam geldt, en herinnert men zich wat droeve prognose, op grond van zekere kenteekenende verschijnselen, vooral omtrent de onmoo-elijkheid om te Amsterdam saS, m te komen, reeds over en weer gemaakt was, dan is men een woord van warmen dank aan dezen Kerkeraad verschuldigd, dat hij zoo schreef.

Op geheel natuurlijke wijze vindt ge toch in deze missive de worsteling van twee lijnen van gedachten, die toonen, dat het ijs, zoo heter ooit was, reeds gesmolten is, en de stroom der wateren reeds weer in de gewenschte richting drijft.

Vooral in Amsterdam zou men een zoo schoone kerkregeering kunnen verkrijgen, na niet zoo lange dagen met een twaalftal predikanten en een achttal kerkgebouwen, altoos in afwachting dat ook de ons nu onthoudene kerkgebouwen ons weer toevielen.

Laat de denkbeelden maar rijpen. Laat de koestering der liefde maar de plaats gaan innemen die dusver zoo vaak aan broedernijd wierd ingeruimd. En, o, zoo schoone toekomst staat te wachten!

Mits, en hiervan doordringe men zich van meet af wel, mits deze hereeniging slechts nooit exclusief tegenover derden ga staan, maar men niet ruste eer alle waarachtiglijk Gereformeerde Belijders en kringen van Belijders, waar thans ook huizende, weer onder één dak saamkomen.

Ook de kleinere kringen mogen niet veracht.

Hoogheid was altoos uit den Booze.

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van zondag 2 oktober 1887

De Heraut | 4 Pagina's

De concept-circulaire van en aan de Kerkeraden

Bekijk de hele uitgave van zondag 2 oktober 1887

De Heraut | 4 Pagina's