Gebedsverceniging tot heiliging van den dag des Heeren.

De bekende vereeniging .vraagt om gebed voor de algeheele heiliging van den dag des Heeren, vooral op den 7 tot den 14 April i88g. en wijst op deze vier punten:

I. Dat een rijke zegen moge rusten op de middelen der genade, die op ^s-Heeren dag worden aangewend.

Waren allen, die eerbied voor God hebben, begeerig om op 's-Heeren dag geestelijk voordeel te ontvangen, zij zouden zich in de heilige rust verheugen; ja, zij zouden er naar streven, om ook voor anderen die rust te verkrijgen. Omdat de meesten geen zegen zoeken in den weg van Gods ordinantiën, waardeeren zij den dag niet, waarop deze voornamelijk in beoefening gebracht worden. Hier moeten wij ook letten op het groote belang van de gebeden voor de pre diking van het zuivere Evangelie door de geheele wereld. Er moeten insgelijks gebeden opgezonden worden, dat zoowel de predikers als het volk zulke vorderingen mogen maken, die hen in staat stellen naar hunne kerken te loopen, en aldus het gebruik ven vervoermid delen te vermijden op den dag des Heeren, hetgeen duizenden van de publieke godsdienstoefeningen afhoudt.

Lees: zech. 36:21—38, Psalm 51. Hebr. 4. Psalm 92.

II. Dat alle standen een diep besef mogen ontvangen van de waarheid., dat de sabbat niet gemaakt is om doorgebracht te worden als een dag van wereldlijk genoegen en vermaak.

Menigeen zal met bekommering vernemen, dat in de hoofdstad van het sabbatlievend Schotland, gedurende ongeveer acht inaanden in het jaar, tusschen de 30 en 40 uitstapjes gemaakt worden, bijna lederen rustdag, met publieke pleizierbooten, behalve een zeer groot getal andere; dat in Glasgow, inzonderheid door den invloed van aandeelhouders in Engeland, eiken dag des Heeren ongeveer 1500 landreisjes worden gedaan, met tramwagens, die van den morgen tot den laten avond loopen; en dat in andere streken van Schotland ver uitgestrekte reizen te land en te water gemaakt worden, met al de daarbij komende kwade dingen.

Pleizierreizen naar Zweden en Noorwegen zijn begonnen veel zondagshandel te veroorzaken, waar zulks vroeger niet was, door aankomst en vertrek \an stoomböoten, en door uitstapjes te land in verbinding met die booten. Toeristen naar andere landen, en wel dezulken, van wie betere dingen mochten verwacht worden, maken zich schuldig aan het voortzetten van hunne reis op den dag des Heeren; en de toenemende praktijken Van de zijde van ', 'sommigen der rijke en lediggaande klassen, om den sabbat) te maken tot een dag van ; wereldsch 'vermaak, is ten zeerste af te bidden.

Hoeveel erger nog dan in Engeland en Schotland wordt in Nederland Gods dag ontheiligd op allerlei manier!]

III. Dat regeeringen en andere publieke lichamen, die arbeid op 'sHeeren dag bevorderen., er toe mogen geleid worden om eens na te denken over de groote verantwoordelijkheid, die zij daardoor op zich laden.

Leden van publieke lichamen moeten aan God rekenschap geven, zoowel van hetgeen zij doen als leden van' zoodanige lichamen, als van hun persoonlijke handelingen.^ »De machten, die er zijn, zijn door God ingesteld." In het maken van de wetten, en in het dragen van de ambten, aan hen toevertrouwd, moeten zij acht nemen op de heiliging van den sabbat, zoodat geen stand op dien dag van rust verstoken zij. Wanneer naar deze voorschriften gehandeld werd, dan zou spoedig een massa sabbatswerk ophouden, o a. de werkzaamheden op spoor en post, in open winkels, en voornamelijk die van den verkoop van sterke dranken; verhuring van rijtuigen; het laden en lossen van schepen en andere sabbatswerkzaamheden. In Nederland zou dan, behalve nog veel andere ergernissen, ook het dwingen tot schuttersdienst op 's Heeren dag ophouden. Lees: eut-5 : 12. Nehem. 13 : ' 15—22. Rom. 13 : 1—8. Efeze 6 : 1—9

IV. Dat allen het nauw verband mogen bemerken., dat er bestaat tusschen sabbatsheiliging en de verspreiding des Evangelies door geheel de wereld.

Nooit, misschien, van de Apostolische eeuw af, is er zulk een vooruitzicht geweest op de bekcering der wereld als nUi Ten bewijze kan vermeld worden, dat alleen in de Vereenigde Staten van Noord-Amerika 270» jongelingen zich beschikbaar hebben gesteld om naar verre landen uitgezonden te worden, teneinde daar in het Evangelie te arbeiden. Welk een beweegreden voor allen, die Jezus Christus den Heere belijden, om uitgaven voor eigen genot, die zoo licht vermeerderd worden door de minachting van den sabbat, te besparen, en te helpen, in een veel grootere mate, om duizenden arbeiders uit te zenden, opdat zy zielen voor Christus mogen winnen.

Aanhouden in het gebed voor deze groote, roepende belangen en plichten, wordt ernstig aanbevolen; met dankbaarheid aan God voor hetgeen reeds is verkregen.

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Terug naar resultaten Printen