Zending.

„Fn de eerstkomende tien jaar."

De Presbyteriaansche predikant J. L. Stevens — zoover we weten een Nederlander van afkomst — werkzaam te Athene, een stad in Georgië (Vereenigde Staten) heeft onlangs tot het Presbyterium van genoemde stad een rede gehouden, om te betoogen, dat »minstens in de eerstkomende tien jaren het Evangelie kan en moet gepredikt worden aan heel de Heidensche, Joodsche en Mahomedaansche wereld!”

De schrijver, die ons zijn rede toezond, gelooft zoo vast in de mogelijkheid van wat hij voorstaat en _is er zoo var vervuld, dat hij niet alleeir alle bladen die hij bereiken kan vraagt heel zijn betoog op te nemen, maar ook zijn verzoek om bekendmaking. Onze ruimte gedoogt niet meer dan het lijvig stuk kort te behandelen. Het is echter nuttig, ook nog om andere redenen dan de schrijver wellicht vermoedt, eens goed te zien wat hij eigenlijk wil.

Ds. Stevens richt zich tot alle Protestantsche kerken ter wereld, tot alle broederen die zijn streven willen bekend maken, om hem daarin te steunen. Hij herinnert aan het zendingsbevel des Heeren Jezus bij zijn hemelvaart, en zegt dat Christus duidelijk heeft uitgesproken, hoe in den dag des oordeels onze aanneming door Hem af zal hangen daarvan, of wij voor Hem werken gedaan hebben van »reddend geloof' en wij geen plaats in zijn hemel kunnen verwachten, zoo we dit gebod verzuimen, een taak waarbij elke tijdelijke niets is.

Hoe moet het gaan?

De kerk, zegt Ös. Stevens, moet de mannen en het noodige geld leveren.

Hoeveel menschen en hoeveel geld zijn noodig ?

Er arbeiden nu 3000 geordende Protestantsche zendelingen; 700 ongeordende en 2500 vrouwen; alle uitgezonden door de kerken van Amerika en Europa. De kosten bedragen 30 mill. gld. per jaar, waarvan 10 mill, wordt geleverd door 50 genootschappen in Amerika; 2I/4 mill, door 34 vereenigingen in Europa; bijna 12 mill, door 19 Engelsche en Schotsche vereenigingen en eindelijk 2 mill, door 20 vereenigingen niet kerkelijk, maar grootendeels uit kerkleden bestaande.

Daarbij komt nog de interest op vaste goederen en de uitgaven van de Bijbel-en de Tractaatgenootschappen en vele soortgelijke vereenigingen; dit al doet de som alleen in Engeland uitgegeven tot kerstening van de Heidensche en de Mahomedaansche wereld schatten op ruim 18 mill. gld.

Behalve de 6250 mannen en vrouwen door de Prot. zending uitgezonden, zijn 2500 geordende leeraars en 26, 000 inlandsche evangelisten onder de bekeerden werkzaam, ongerekend de vele onderwijzers. Er is dus nu i arbeider met 5 helpers op de 167, 000 personen. Nu is aan te nemen dat, zoo de bijdragen vervijfvoudigd werden, dus van 30 mill. 150 werden, aan elk heiden enz. het Evangelie in de eerste 10 jaar kon gepredikt. Europa en Amerika konden dan in plaats van 6000 ver over de 30, 000 predikers uitzenden en 't getal inlandsche zou rijzen tot 150, 000. Elke prediker zou dan met 5 helpers nog een goede 30, 000 personen voor zijn rekening hebben." Zoolang al die inlandsche leeraars nog niet zijn opgeleid, kan het geld, later voor hen noodig, besteed worden voor uitzending van zendelingen. Ook 't getal scholen enz. zou toenemen.

De Heer heeft, zoo zegt de schrijver, op vele plaatsen de hinderpalen weggenomen. In Amerika bereiden zich bijna 5000 jonge mannen en vrouwen tot den Zendingsarbeid. Elke kerk bepale nu de te geven som. Elk prediker doe zijn kudde gevoelen, dat de Christen persoonlijk verantwoordelijk is voor de verbreiding des Evangelies onder de heidenen, en wekke belangstelling in de Zending op.

Zoo als 't nu is kan het niet blijven, zegt de schrijver; nu elk Protestant, ook avondmaalgangers, nog geen halven stuiver per week voor de Zending geeft. De kerk moet opwaken en deze «grootste aller ondernemingen onzer eeuw" tot stand brengen. Men zegge niet: we hebben, pas 3 millioen bekeerlingen. Ons is het werk, de uitkomst des Heeren. Het Evangelie is »een reuk des levens ten leven of des doods ten doode." Er zullen meer gezonden worden dan de middelen toelaten te zenden, enz.

Zoover Ds. J. L. Stevens.

Zullen we tot dit plan Amen zeggen?

Het gaat kwalijk. Er is wel iets in van dien „business"-geest, die in heel Amerika's godsdienstig leven zoo sterk heerscht. Br wordt veel te veel met cijfers gewerkt. We hebben er niets tegen, al wil men voor de tien jaar vijf schrijven, maar of het gaat op den weg door Ds. Stevens aangewezen, we betwijfelen het.

Maar wie op den geest van dit schrijven ziet, en min cijfert dan denkt en naspeurt, moet zeggen dat de schrijver daarin gelijk heeft: Zoo gaat het niet. Ds. S. mag te veel rekenen; 't is ook waar dat de meeste Christenen te veel naar zich toe rekenen ien voor de Zending veel te weinig doen. Dit staat vast, en daarbij dat men wel eens ernstig mag vragen of de wijze waarop gearbeid wordt altijd de rechte is. Want gebed en gave en »payer de sa personne" (zich zelf geven) 't is al nog niet voldoende, zoo men ook niet die wegen volgt, welke in het Woord aangewezen en door hem, die zaakkundig en geestelijk onderscheidt, de rechte bevonden worden.

HOOGENBIRK.

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Printen