GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

Bekijk het origineel

De vra wierd ons toegezonden, of

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

De vra wierd ons toegezonden, of

3 minuten leestijd Arcering uitzetten

iemand, die, elders woonachtig, buiten zijn woonplaats den dienst des Woords bijwoont. al dan niet bij de vergadering der geloovigen hoort en dus ook den zegen ontvangt.

Aanleiding tot deze vraag gaf onze verklaring, dat de Dienst des Woords alleen plaats grijpt in »de vergadering der geloovigen, " en dat deze vergadering alleen door haar kerkeraad wettig kan worden saamgeroepen.

Is dit zoo, aldus redeneert men, dan hoort ook niemand te komen dan de geloovigen van die plaats, daar immers de kerkeraad een plaatselijk karakter heeft.

Deze gevolgtrekking nu rust op tweeërlei misverstand.

Het eerste misverstand is, dat de Dienst des Woords nooit met gesloten, maar altoos met open deuren wordt gehouden. Alle dusgenaamde godsdienstoefeningen zijn openbaar. In I Cor. 14:23 kan men reeds lezen, hoe Paulus spreekt van vreemdelingen die in de vergadering der geloovigen binnenkwamen; en zelfs van „ongeloovigen."

nenkwamen; en zelfs van „ongeloovigen." Het blijft daarom wel de „vergadering der geloovigen" van die plaats, maar deze vergadering wordt publiek gehouden, zoodat een ieder er bij kan komen. In geen land ter wereld is dit dan ook anders begrepen. Allerwegen is de Dienstjdes Woords steeds publiek. En alleen in tijden van vervolging heeft men, om het doodsgevaar te ontkomen, in 't geheim vergaderd.

Maar er schuilt in die gevolgtrekking nog een tweede misverstand.

Er wordt namelijk in deze conclusie voorbijgezien, dat de plaatselijke gedeeldheid nooit de eenheid van het Lichaam des Heeren te niet doet; zoodat elk „geloovige" niet alleen het recht heeft, om ook buiten de plaats zijner woning den Dienst des Woords bij te wonen, maar dat hij ook onder dien dienst in een ander dorp wel waarlijk als een geloovige verkeert.

Hierbij echter zij opgemerkt:

i". Dat de plaatselijke kerk in kerkelijke gemeenschap leeft met andere kerken, en dat dus alle leden van een kerk, die tot dezelfde gemeenschap behoort, ook elders de qualificatie van „geloovigen" in kerkelijken zin bezitten. Wel kan men dit eerst bewijzen door overlegging van een attestatie of verklaring van zijn kerkeraad; en bij het Sacrament is dit zelfs noodig; maar overmits hij onder het gehoor geheel lijdelijk verkeert, bestaat hiervoor bij den Dienst des Woords geen noodzakelijkheid.

2< *. Dat wie zelf niet behoort tot een kerk, die met deze kerk in gemeenschap staat, voor zich zelf heeft te beslissen, of hij daar gaat zitten als belijder, of als verwerper van zijn Heiland; en voor zich zelf weten moet, of hij den zegen zich kan toeëigenen.

En 3". dat het raadzaam is, in den regel bij den Dienst des Woords in zijn eigen plaatselijke kerk op te gaan; en van dien regel alleen dan af te wijken, als de omstandigheden ons naar elders roepen; of wel bijzondere aangelegenheden ons minderen zegen onder den Dienst des Woords in eigen woonplaats doen vinden.

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van zondag 7 juni 1891

De Heraut | 4 Pagina's

De vra wierd ons toegezonden, of

Bekijk de hele uitgave van zondag 7 juni 1891

De Heraut | 4 Pagina's