GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

Bekijk het origineel

Voor Kinderen.

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Voor Kinderen.

5 minuten leestijd Arcering uitzetten

Vóór drie eeuwen.

op den eersten April Verloor Alva zijn bril.

ledere knaap weet, wat dat rijmpje beteekent; maar niet iedereen beseft de groote beteekenis van de inneming van den Briel, op den isten April 1572.

Mag ik thans eens verhalen, wat er in datzelfde jaar in 't Noorden des lands voorviel, mede als gevolg van deze schijnbaar nietige gebeurtenis?

Daar, in Friesland, was Joost van Schouwenburg door den Prins tot stadhouder aangesteld. Deze Joost, aangevuurd door de heldendaden der Geuzen, besloot het stadje Dockum voor den Prins te veroveren, en gelastte den hoplieden Sippe van Scheltema en Sikke Tjessens voor de uitvoering van zijne plannen volk te werven. Deze werving bleef niet bedêVt voor den Spaanschen bevelhebber Caspar |Robles, die de dappere hoplieden onschadelijk'trachtte te maken, door ze gevangen tenement'Maar ze waren op hunne, hoede, en wisten zictete redden door te vluchten. •;

De hopman Van Scheltema, dien we nu in het oog moeten houden, week naar Ameland, waar hij zekeren kapitein der watergeuzen, Gijsbrecht geheeten, aantrof. Dat het plan, Dockum te veroveren, in duigen was gevallen, verdroot beiden zeer. Maar Gijsbrecht wist raad. Hij stelde zich met schip en bemanning ter be schikking van Van Scheltema, teneinde de verovering van Dockum toch te ondernemen. Van Scheltema, wiens huis na zijne vlucht door de Spanjaarden geplunderd en daarna verbrand was, nam der voorslag aan, en — het geuzenscheepke stevende naar den N.-O. hoek van Friesland. Het landde weldra te Oostmahorn, waar eenige bezetting achtergelaten werd.

Met dertig man marcheerde Scheltema naar Dockum, door een drietal dorpen van Oostdongeradeel, wier bewoners zich onder klokgelui verzamelden, om zich voor een goed deel aan te sluiten bij de kleine bende. Daar naderde de troep de oude veste, en — de Spaansche bezetting vloot in de richting van Leeuwarden. Bij de Aalzumer poort was nog wat tegenstand geboden; doch men kon het tegen het steeds wassend legerke van Scheltema niet meer uithouden: denisdcn September was Dockum door de Watergeuzen ingenomen.

Alle geestelijken, uitgezonderd een monnik, verlieten de stad, en de Spaanschgezinde inwoners werden onder eede verbonden, zich binnen hunne huizen te houden, terwijl de gevonden krijgslieden in de gevangenis werden gezet. Te vergeefs beproefde men den sterken toren van het St. Bonifacius klooster, waarin een gedeelte der Spaansche krijgslieden zich verstoken hadden, te bemachtigen: noch 't geschut, noch 't vuur vermocht iets op zijne dikke muren. IJverig was men in de weer om de bolwerken te herstellen, toen den i7den September, 's morgens te 8 ure, een troïp van 500 Spaansche soldaten met geschut de stad naderde. De eerste aanval op eene zwakke plaits in het bolwerk werd afgeslagen door de bezetting en door de burgers. De teruggedrongen Spanjaarden hernieuwden den aanval bij de Hanspoort, waar men ze niet verwacht had; de wacht, uit boeren bestaande, vluchtte in allerijl het veld in, en zoo lag de stad voor den vijand open, die daarvan onderricht werd door de bezetting van den toren.

Wie met de tuchtiging van Naarden, Haarlem, enz. bekend is, behoeft geen beschrijving van de moordtooneelen, die thans in Dockuras straten werden vertoond.

Niets werd ontzien noch gespaard. Mannen, vrouwen, kinderen, ouden en jongen, gezonden en zieken, allen werden zonder genade vermoord, zoodat, naar Winsemius getuigt, het water in de vaart een massa bloeds geleek. Daarna werd de stad aan de vier hoeken in brand gestoken, en werden de huizen geplunderd. Met buit beladen, keerden 400 van de moordenaarsbende naar Leeuwarden terug. Nog voor deze stad bereikt was, ontmoette hen echter de troep, . onder Sicke Tjessens, dien Joost van Schouwburg uit Franeker ter versterking van Dockum had afgezonden

De Spanjolen werden van een groot deel van den buit ontlast, waaraan eene menigte, die sneuvelden, dan ook weinig behoefte meer hadden. Dockum bleef tot 1577 in 't bezit der Spanjaarden, maar ging toen voor goed voor hen verloren. Moge uit het verhaalde blijken, hoe ook der Friezen bloed vergoten is voor de zaak der vrijheid van het vaderland, met hare zegenrijke gevolgen.

(Ingez.)

HET WOORD GODS.

Er zijn raenschert en kinderen genoeg, die van den Bijbel gehoord hebben, ook veel weten van de geschiedenissen die er in staan; die er veel over spreken, maar één ding verzuimen, namelijk het woord Gods zelf te lezen en te onderzoeken. Zij denken, wij weten er al genoeg van.

Zoo dacht ook iemand van wien ik u wil vertellen. Hij las wel boeken en lang geen slechte, maar het Woord van God las hij niet

De Bijbel stond wel te pronk, maar werd zelden geopend.

Op zekeren dag kwam hij bij een vriend. Hij trad een kamer binnen, waar zich op het oogenblik niemand bevond en zag een boek op de tafel liggen. Hij sloeg het zonder bedoehng even open. 't Was een Bijbel. Vooraan op het schutblad stond iets geschreven.

Het was:

»3i Mei. Door de genade van God den Heiligen Geest, dezen Bijbel doorgelezen voor de dertigste maal.

o Heere, behoud in mij de de liefde tot uw Woord; dat het mijn mond zoeter zij dan honig en honigzeem en mijn ziel kostbaarder dan goud, ja dan het fijnste goud.

o Licht van God, blijf ons bestralen. Opdat wij dwalend niet verdwalen!"

De lezer lei het boek neer. Hij was diep getroffen, sprak even met zijn vriend, doch ging sj; )oedig weer heen.

Te huis gekomen nam hij den Bijbel, die te proi)k stond, opende en las hem. Dat deed hij voortaan en steeds weer, totdat het hem onmisbaar was geworden. En hij leerde verstaan, dat hoeveel goeds er ook te lezen zij, vóór en boven alles Gods Woord gaat, dat zegt: »Zalig is hij die leest" namelijk wat de Heere in dat Woord openbaart.

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van zondag 13 november 1892

De Heraut | 4 Pagina's

Voor Kinderen.

Bekijk de hele uitgave van zondag 13 november 1892

De Heraut | 4 Pagina's