GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

Bekijk het origineel

Buitenland.

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Buitenland.

11 minuten leestijd Arcering uitzetten

Duitschland. Nog iets over de jongste Algemeene Synode der Prui sischelandskerk.

De Algemeene Pruisische Synode heeft zich zelve geëerd door den gewezen hofprediker Stöcker als plaatsvervangend lid van den Synodale commissie te verkiezen. Voor drie jaren, toen deze vergadering eveneens samenkwam, hadden de leden den-ijverigen arbeider in den wijngaard des Heeren willen kiezen; doch toen er rondverteld werd, dat dit den jongen keizer niet aangenaam zou zijn, liet men hem smadelijk vallen. Zeker had men hem een plaats in de »Synodale vorstand" gegeven, doch er was geen plaats open, en er schijnt niemand geweest te zijn, die zijn zetel prijs gafom dien door Stöcker te laten innemen.

Overigens is de Pruisische Synode merkwaardig geweest, omdat de Gereformeerden er zich nog al in geweerd hebben. Zij kwamen er tegen op dat het voor twee eeuwen gestichte fonds, smons piëtatis" geheeten, hetwelk bestemd was voor de gemeente der Hugenooten, tegenwoordig bestuurd wordt door eene commissie, waarvan de leden niet tot de Gereformeerde kerk behooren. Dit fonds heeft een inkomen van ƒ30, 000 en wordt sedert 1886 door een commissie, door den Opperkerkeraad benoemd, beheerd. De president van den »Oberkircherath" beloofde, dat, wanneer er een plaats als bestuurslid openviel, hij een belijder der Gereformeerde religie benoemen zou, terwijl hij verzekerde, dat de fondsen gebruikt werden vopr het doel waarvoor zij eenmaal werden bestemd. Ook beloofde hij, dat hij een verslag der* werkzaamheden van het bestuur aan de > vorstand" der Synode zou zenden.

De G»eformeerde bond had ook gevraagd om in het hoogste kerkbestuur vertegenwoordigd te worden. De president van den Opperkerkeraad wilde echter daarvan niets weten, maar was van meening, dat er geen sprake kon zijn van eene achteruitzetting der Gereformeerde kerk, omdat de Gereformeerde Synodale op tuchtverordeningen in de Luthsrsche kerk drongen. De bestaande Unie had zich meer en meer als eene Confederatie ontwikkeld, en het zou volgens den president moeilijk zijn om daartegen in te worstelen. De Lutherschen hadden ook in het midden kunnen brengen, dat hunne leiders langen tijd haast niet en een tijd lang in het geheel niet geroepen werden om deel uit te maken van het hoogste kerkbestuur, doch zij deden het niet, zooals dè Algemein Ev. Luth. Kirchenzeitung zegt.

Wij kunnen ons echter niet begrijpen, waarom de Gereformeerden in Duitschland er zoo tuk op zijn dat ook eenige Gereformeerden enkele zetels van den Opperkerkeraad zullen bezetten.

Immers is dat lichaam een staatscreatuur, dat niet op de lijn der Gereformeerde beginselen ligt.

Het vraagstuk van de zelfstandigheid der Evangelische kerk werd op deze vergadering geen stap verder gebracht. Wel werd deze quaestie bij het einde der vergadering genoemd, doch waarschijnlijk heeft men er niet al te zeer op willen ingaan omdat er geen tijd meer voor een ernstig debat was.

Engeland. Het Church-Congres.

Den gden October kwam te Exeter het»Church-Congres" samen, eene vergadering waarin men geen, voor de Episcopale kerk bindende besluiten, nemen kan, doch waarin men saamkomt om de belangen der staatskerk te bespreken. De bisschop der diocese was president en de bisschop van Londen hield de preek, waarmede de zittingen werden geopend. Verschillende referaten werden geleverd door Canon Overton Littie, de hoogleeraren Sandy en Driver, graaf Nelson, de heer R. H. Hutton en anderen. Gelijk men op dergelijke vergaderingen gewoon is, spraken weinige leden hunne gevoelens vrijmoedig uit, terwijl eveneens naar gewoonte menige dissonant in de vergadering gehoord werd. De vergadering was druk bezocht zoowel door predikanten, of liever »de geestelijkheid", als door leeken. Het kon haast niet uitblijven dat de voorstanders der hettendaagsche Schriftcritiek met de belijders van de leer der kerk in het stuk van Gods Woord met elkander in botsing kwamen. Canon Duver en Dr. Stanley stonden tegenover pater Ignatius, die groot applaus uitlokte, toen hij eischte, dat de hoogere critiek buiten de kerk zou spreken en niet binnen hare muren, m. a. w. dat de voorstanders dier critiek de kerk zouden verlaten. Graaf Nelson sprak over hereeniging met degenen die de Episcopale kerk verlaten hadden, terwijl Canon Overton sprak over de moeilijkheden die hij met de Nonconformisten had. Deze beschreef den toestand aldus:

«Niemand, zoo sprak hij, kan dit zoo sterk gevoelen als iemand die het werk der kerk te doen heeft in een kleine gemeente, waar de afscheiding krachtig is en waar men geen genoegzame ruimte vindt om zich te bewegen. Wanneer uw beste tenor het kerk-choor verlaat, omdat hij s bekeerd" is; wanneer uwe beste leerlingen aan de Zondagsschool doodelijk beleedigd zijn, omdat zij geen prijzen gekregen hebben in overeenstemming met hunne verdiensten, en gij ziet hen dan den volgenden Zondag naar de Zondagsschool der dissenters gaan, terwijl zij de gezegende kinderen der kerk smaadheid aandoen, is dit zeker een treurig geval; wanneer gij mét een weinigje vergeefelijke ijdelheid, uw vriend uit Londen verzoekt om een Zondag bij u door te brengen, in de hoop om hem er op te wijzen hoe gij al aardig vat hebt op uwe landelijke gemeente, hoe teleurgesteld kan men dan uitkomen; wanneer men dan den kansel beklimt, dan kan het gebeuren dat gij niet ziet op eene zee van omhoog ziende aangezichten maar op een woud van ledige plaatsen. Wat is het geval ? De bekeerde slagersjongen heeft de kudde getroond naar de Camp-meeting die in de buurt gehouden wordt, waar hij op hetzelfde oogenblik op een wagen eèn redevoering houdt over de ongeregeldheden der kerk. Met het oog op dit alles is het waarlijk zeer moeilijk om de genade van Christelijke liefde op hen in praktijk te brengen."

b Het is geen wonder en wij verblijden er ons in. Wanneer de Episcopaalsche predikanten w steeds meer den weg naar Rome betreden, en g dan door allerlei uitwendige ceremoniën de prediking van Gods Woord vervangen of verkleinen; wanneer het Evangelie van Gods vrije genade niet meer verkondigd wordt, maar inderdaad geleerd wordt: doe dat en gij zult leven, dan kan men er zich over verblijden, dat een bekeerde slagersjongen de schare voorhoudt, dat er een andere weg is om God te behagen, dan die welke door de Churchmen van de Episcopale kerk wordt voorgehouden,

Rusland. Om zich een denkbeeld te vormen van de vervolgingen waaraan de Lutherschen in de Oostzee-provinciën door de regeering worden bloot gesteld, hebben wij slechts feiten mede te deelen, die in een officieel rapport te vinden zijn. In dit rapport blijkt het, dat 90 predikanten tot geldboeten werden veroordeeld, of in de gevangenis werden geworpen. Sommige leeraars werden twee of driemaal veroordeeld, omdat zij de verordeningen, die tegen de niet-Grieksfhen waren uitgevaardigd, overtreden hadden. In Lijfland alleen werden 80 predikanten vervolgd.

De gouverneur van Kiew heeft bevolen, dat het depot van het Britsch en Buitenlandsch bijbelgenootschap in die stad zou worden gesloten. Ook heeft dezelfde machthebber bevolen, dat in de vier provinciën, die onder zijn bevelen staan, de colportage van bijbels zal worden belet, onder voorwendsel, dat de mannen, die den bijbel van huis tot huis aanbieden, propaganda maken' voor de Stundisten.

Zoo redeneerde men steeds in Rusland, althans in den laatsten tijd. Rusland is het land waarin de volmaakste gewetensvrijheid genoten wordt, zoo redeneert Pobedoneszew, de procurator der Heilige Synode. Ieder kan de religie zijn toegedaan, die hij goed vindt. Doch wanneer hij ook maar de minste poging doet om anderen tot zijn belijdenis over te halen, dan is de Russische wet er om dezulken met geldboeten, gevangenisstraf, ja met verbanning naar Siberië te vervolgen. Alleen de Grieksch-Orthodoxe kerk mag propaganda maken. Die propaganda wordt met de macht en het geld van den staat gesteund. Maar overigens is men in Rusland vrij, als men er voor zorgt, dat geen enkele uiting over de lippen komt die eenigszins als een misprijzing der Grieksch-orthodoxe kerk kan worden opgevat. Komt iemand te eigener beweging tot een Lutherschen predikant, om in de Luthersclie kerk te worden opgenomen, dan loopt die predikant groot gevaar naar Siberië gezonden te worden, wanneer hij zulk een persoon tot het H. Avondmaal toelaat. Zelfs wanneer zich bij den Lutherschen predikant iemand komt aanmelden om het Avondmaal in zijn kerk te gebruiken, die vroeger Luthersch geweest is en met geweld of met list tot de Grieksch-orthodoxe kerk is overgehaald, en de predikant laat zich verleiden om hem tot het heilig Sacrament toe te laten, dan loopt hij nog gevaar om tot de zwaarste straffen veroordeeld te worden.

Van harte hopen wij, dat deze jammerlijke dingen, nu de jonge Czar aan de regeering kwam, weldra zullen ophouden. Pobedonószew's invloed heeft al heel wat jammeren over Roomschen, Joden en Lutherschen gebracht.

Zwitserland is voor menschen, die droomeo van een godsdienst boven geloofsverdeeldheid, een land om van te watertanden. Het militaire departement van het Zwitsersche eedgenootschap heeft een bevel laten uitgaan, waarbij bevolen wordt, dat voortaan de preeken van de veldpredikers niets mogen bevatten wat hen, die tot eene andere confessie behooren, kwetsen kan. Dit bevel is uitgelokt door een preek van den Roomschen veldprediker Widmer te Bem. Deze had zich in een preek minder vleiend uitgelaten over de Joden.

Een Joodsch soldaat uit Luzem bracht dit aan, ofschoon hij niet bij de godsdienstoefening tegenwoordig was geweest, waartoe ook geen soldaat, volgens de Zwitsersche wet, gedwongen wordt. De bondspresident beval, dat een onderzoek zou worden ingesteld, waardoor het bovenvermelde bevel werd uitgevaardigd.

Nog wonderlijker is hetgeen een predikant in het Freiburger blad Liberie mededeelt. »Voor 15 jaren was ik veldprediker, of liever, ik vervulde de taak van garnizoensprediker zoo nu en dan. Op zekeren avond ontmoette ik den commandant van de herhalingscursus. Hij vroeg mij: «Mijnheer de veldprediker, denkt gij er aan om morgen godsdienstoefening te houden ? " xDat is mijn voornemen, heer commandant.'' »In dit geval, " sprak de commandant, smoogt gij niet van godsdienst spreken.''

De hoogleeraar Dr. Virchow heeft zich op het Anthropologen-congres te Innsprück opnieuw uitgesproken en wel in dezen voege: «Darwin zelf bepaalde zich in 't begin van zijn werk over den oorsprong der soorten bij zijn uiteenzetting van de ontwikkelingsleer tot den mensch. Er is over deze vraag veel onderzocht. Men heeft haar in den weg der bespiegeling zoeken op te lossen en is tot de apen-theorie gekomen. »Men had evengoed tot de schapen-theorie kunnen komen." De apentheorie heeft, volgens Virchow, aan de kennis van het menschelijk lichaam veel schade en weinig voordeel aangebracht. De tegenwoordige anthropologie houdt zich met deze, voor 25 jaren opgeworpen vragen, weinig bezig. Zij houdt zich onledig met de tegenwoordig bestaande wereld, en dan komt men tot het rassen-vraagstuk. Het is niet mogelijk te bewijzen, dat een gekleurde stam uit een niet gekleurde voortkomt; er ontbreekt elk positief voorbeeld voor. Komt iets dergelijks bij een enkel individu voor, zoo beschouwt men het als een ziekelijk verschijnsel; Virchow is van oordeel, dat een metaplasie (d. i. een overgang van de eene soort in de andere) onmogelijk plaatshebben kan zonder anomalie.

Dat de anomalie erfelijk worden kan, leert' de Aetiologie. Heeft dit in eene familie plaats, dan komt men tot de erfelijke verandering, en door vermenigvuldiging komt men tot het ras. »Wij weten dat teruggang plaats hebben kan (Atavisme.) Waar wij Atavisme vinden, zal men gewis de vraag moeten opmerken, of niet dit Atavisme een bewijs is, dat het ras uit een oorspronkelijk gestelde aard zoo ontstaan is. Over de herkomst van een stam kan men bijna nooit iets met zekerheid zeggen.

Het Darwinisme is in den laatsten tijd ook nog krachtig bestreden, n.m. door lord Salisbury, den leider der Tory party in Engeland. Wie weet of niet weldra de tijd aanbreekt, dat ook de natüuronderzoekers Darwin's theorie of onderstelling slechts als een curiosum van het laatst der 19de eeuw zullen beschouwen.

Oudlieidkundigen van verschillende kleur hebben voor het eerst een congres gehouden te Salone op de kust van Dalmatië. Roomsche, Grieksche en Protestantsche oudheidskenners waren daar te zamen. Vraagstukken, de Christelijke oudheid betreffende, werden daar in goede harmonie besproken. Zij waren vereenigd in een historisch monument, het Spolato-gebouw, te midden van de ruïne van het paleis van Diocletianus, waarin deze Keizer zich terugtrok, en eindigde met zich van het leven te berooven, na vergeefsche pogingen te hebben aangewend om het Christendom te vernietigen. Frankrijk en Engeland waren bij deze samenkomst niet vertegenwoordigd. De discussiën werden in het Latijn gevoerd, maar ook werd de Italiaansche, Duitsche en Croatische taal gehoord.

WINCKEL

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van zondag 2 december 1894

De Heraut | 4 Pagina's

Buitenland.

Bekijk de hele uitgave van zondag 2 december 1894

De Heraut | 4 Pagina's