Valsche geruchten.

De kantteekenicg door ons op de mededeeling van Prof. Noordtzij gemaakt, schijnt den indruk te hebben gegeven alsof wij van oordeel waren, dat de onjuiste alarmeerende geruchten, die in de kerken de ronde deden, en waarop het schrijven van Prof. Rutgers aan opze redactie doelde, in dien vorm en met dien onjuisten inhoud door Prof. Noordtzij op de vergadering te Utrecht waren verspreid.

Deze indruk is niet juist.

Aangaande hetgene op deze geheime vergadering is meegedeeld, stonden ons geen officieele berichten ten dienste. Wc konden alleen afgaan op hetgeen na deze vergadering als geru.cht de kerken doorging. In hoeverre deze geruchten zuiver weergaven wat te Utrecht meegedeeld was, of met allerlei bijmengsels versierd waren, konden wij uiteraard niet beoordeelen. -

Na ingewonnen informatie kan verklaard worden, dat althans op één punt deze geruchten zeer beslist in strijd waren met hetgeen Prof. Noordtzij zelf had meegedeeld. Ook waren door hem de bedoelde mededeelingen niet gedaan, gelijk wij onderstelden, als „vaststaande feiten", maar als regelingen die wellicht voor wijziging vatbaar zouden blijken.

Dit persoonlijk incident moge hiermede als afgedaan worden beschouwd.

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Terug naar resultaten Printen