GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

Bekijk het origineel

Vereenigingsleven.

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Vereenigingsleven.

7 minuten leestijd Arcering uitzetten

ONZE JONGELINGEN.

IV.

De sprong van de Joagemannen-Vereenigingen, van het type der uitvoerig besproken Haagsche Vereeniging, op het Nederlandsch Jongelingsverbond, is niet groot, om de eenvoudige reden dat die vereenigingen, zooals gezegd, bij het verbond zijn aangesloten en er afdeelingen van vormen, hoewel haar optreden, zooals voldoende gebleken is, van dat der andere afdeelingen niet onbelangrijk verschilt.

De op de gewone wijze werkende afdeelingen van het Nederlandsche Jongelingsverbond vormen als het ware den overgang van de zich bijna uitsluitend op maatschappelijk terrein bewegende Jongemannen-Vereenigingen tot de Joogelings-Vereenigingen op Gereformeerden Grondslag, welke zich feitelijk geheel alleen met de bestudeering der christelijke, gereformeerde beginselen bezighouden.

Het verschil in werkkring kan reeds blijken uit wat beide verbonden vooraan in hun officieele jaarboekjes schrijvea.

Van het Nederlandsch Jongelingsverbond heet het:

Het Nederlandsch Jongelingsverbond beoogt de behartiging van de hoogste, zoowel als van de maatschappelijke belangen der jongelingen onzes volks.

De grondslag des Verbonds is: de erkenning der Schriften van het Oude en Nieuwe Testament als het Woord van God, en van onzen Heere Jezus Christus als den algenoegzaraen Zaligmaker en God geopenbaard in het vleesch.

Ieder die met dit doel en met dezen grondslag instemt en die den arbeid des Verbonds zedelijk en stoffelijk wil steunen, kan bondslid worden tegen een bedrag door hem zelf te bepalen.

Daartegenover zegt de Gere formeerde'Bond, om hem nu zoo maar kortheidshalve te noemen, van zijn doel, dat blijkbaar uitsluitend op het terrein van de beginselen ligt, het volgende.

De Nederlandsche Bond van Jongelingsvereenigingen op Gerejormeerden Grondslag heeft ten doel, de organisatie van ^de Jongelingsvereenigingen op Gereformeerden Grondslag, voor zoover dit met het karakter der Jongelingsvereenigingen is overeen te brengen, dienstbaar te maken aan den in-en uitwendigen bloei der reeds bestaande of nog op te richten Jongelingsvereenigingen op Gereformeerden Grondslag.

De Band beschouwt als de roeping der Jongelingsvereenigingen op Gereformeerden Grondslag om, overeenkomstig ons calvinistisch volkskarakter, werkzaam te zijn tot het doen kennen en belijden der Gereformeerde beginselen voor Kerk, Staat en Maatschappij.

Het Nederlandsch verbond draagt, zooals uit het bovenstaande reeds genoegzaam kan blijken, Dijk als praeses. Ds. Elshove als assessor en Ds, V. d. Heijden als scriba.

De notulen der vergadering van 24 Nov. en 30 Dec. 11. werden gelezen en goedgekeurd. Het voorstel van de classis Dokkum, dat de Generale Synode het optreden van studenten in de gemeenten niet meer toesta, wordt door de classis niet gesteund.

Het verzoek van Zevenhoven om de tot dusver genoten subsidie voor het predikantstractement gedurende de vacature te mogen behouden voor kerkbouw, kan niet worden ingewilligd. Voorts wordt, met het oog op eene nadere regeling van eventueel noodige hulp aan Zevenhoven, heel de door deze kerk genoten subsidie ingetrokken.

Aarlanderveen protesteert tegen het besluit der buitengewone vergadering van 30^ Deo. 1.1., dat de kosten dier vergadering voor rekening dier kerk komen. De classis blijft bij het genomen besluit.

een meer algemeen christelijk karakter, terwijl de broederbond, reeds in zijn naam, maar ook in heel zijn optreden, zijn Gereformeerd karakter op den voorgrond schuift.

Om geen ocjuisten indruk van het Nederlandsch Verbond te vestigen, mag er echter wel op gewezen worden, dat dit Verbond onder zijn warme voorstanders ook wel mannen telt, welke in de Gereformeerde Kerken een plaats der eere bekleeden.

Het schijnt echter wel, dat men algemeen den indruk heeft, dat het Nederlandsch Verbond ia z'n geheel op politiek en maatschappelijk terrein niet zou sympathiseeren met wat den Gerejormeerden Bond lief is.

Het mag echter betwijfeld worden, of die indruk wel geheel juist is. Want we willen toch op een verschijnsel wijzen, dat wellicht een eigenaardig licht werpt op de sympathieën van beide verbonden.

Na het jubileum van DR. KUYPER kon men toch in het Gereformeerd Jongelingsblad een driestar lezen, waarin vreugde en volioening betuigd werden over het feit, dat de jubilaris in zijn antwoord op de hem gebrachte gelukwenschen, bijzonder uitvoerig stilstond bij den Gerejormeerden Bond. Het is trouwens een bekende zaak, dat DR. KUYPER den arbeid der Jongelingen zeer hoog aanslaat.

Daartegenover staat echter, dat de K roniekschrijver van A& Jongelingsbode, het orgaan %an het Nederlandsch Verbond, er zijn leedwezen over uitsprak, dat, althans in de plaats zijner inwoning, wèl de afdeeling van den Gerejormeerden Bond, maar niet die van het Nederlandsch Verbond was uitgenoodigd mee te doen aan de ofificieële huldiging van den zeventig j «igen staatsman.

De Kroniekschrijver laakte het doen vad de leiders dezer huldebetooning niet onzacht, en deed duidelijk uitkomen, dat er z. i. een miskenning in lag van het Nederlandsch Verbond. Over die uitlating in het officieele orgaan van het Verbond verheugen we ons; al laten wé het gewraakte feit zelve geheel en al onbesproken, terwijl we niet kunnen nagaan of het juist is.

Maar laten we, voor we verder gaan, eens luisteren naar wat men in het Verbond zelf zegt over het doel van de C. J. V. voor onzen tijd.

Over dit onderwerp komt een artikel voor in Christophilus, het officieel jaarboei-je van het Verbond voor 1907. J. v. B. schrijft daarin, na gememoreerd te hebben het ontstaan der Jongelingsvereenigingn in den tijd van het Réveil, en de vraag gesteld te hebben of de C. J. V. thans nog recht van bestaan heeft, het volgende: „

Vereenigingen, die nog steeds bij de eerste beginselen zijn blijven staan en daarbij nog, natuurlijk, dat frissche en krachtige missen, dat althans de eerste Jongelingsvejeeuigingen bezaten, kunnen onmogelijk thans vau veel beteekenis wezen. Zullen zij eenigszias in staat zijn zoodanig onder het opkomend geslacht te werken, dat dit den geest des tijds leert ver staan, dan moeten zij, ofschoon vrucht van de geestelijke opwekking in de vorige eeuw, thans zich openbaren naar den vorm van ón? en tijd.

„Hiermede treed ik niet op met een nieuwe stelling. Al eerder is op de tegenwoordige roeping onzer Vereenigingen haar aandacht gevestigd. Doch waar het ons thans om te doen is, geldt niet zoozeer het doel als wel de wijze waarop dit doel moet verwezenlijkt worden. Want hoeveel er ook in de laatste jaren over de tegenwoordige omvangrijke taak onier vereenigingen geschreven is, en hoeveel idealen onze theoretici haar ook hebben voorgehouden, tot op dit oogenblik zijn vrijwel alle dingen gebleven gelijk als in het begin.

„We moeten dus nu meer de aandacht vestigen op de wijze waarop die roeping kan verwezenlijkt worden, dan op die roeping zelve."

Niettemin is het toch noodig vooraf aan deze even te herinneren, waartoe moge volstaan haar omschrijving die we vinden in „Tweeërlei Richting" en die aldus luidt:

„„Onze Vereeniging houdt vast aan haar levensbeginsel, blijft in de lijn van haar geschiedenis, maar rekent ook met de behoeften der jongelingen voor dit leven en geeft dus acht op de omstandigheden des tijds."

„„Zoo is de uitdrukking: „bevordering van Christelijk leven", die in den aanvang van onze Vereenigingsgeschiedenis een meer beperkte beteekenis had, in den loop der jaren uitgebreid.

„„Christelijk leven toch is niet slechts het kennen en belijden van Christus, maar die belij denis van Hem, door Wien en tot Wien alle dingen geschapen zijn, toe te passen op elk levensgebied, niet slechts op dat van huisgezin en kerk, maar ock op dat van maatschappij en Staat, van kennis en kunst. Wij wenschen de vragen des tijds minder dan ooit in onze C. J. V. te ignoreeren. Wij willen niet eenzijdig een scherpe grenslijn trekken tusschen het natuurlijk en geestelijk levensgebied. Integendeel, de Christelijke beginselen moeten dat levensgebied door dringen, üe jongelingen moeten met kennis van zaken worden toegerust. Zij moeten zijn niet alleen vrome Christenen, maar dappere strijders, die het maatschappelijk en natuurlijk levens gebied moeten veroveren voor de waarheid des

Evangelies." „Aldus stellen we het doel onzer Vereenigingen in dezen tijd voor."

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van zondag 23 februari 1908

De Heraut | 4 Pagina's

Vereenigingsleven.

Bekijk de hele uitgave van zondag 23 februari 1908

De Heraut | 4 Pagina's