GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

Bekijk het origineel

Buitenland

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Buitenland

6 minuten leestijd Arcering uitzetten

Duitschland, Protest uit de Broedergetaeente tegen het modernisme harer docenten.

Het blijkt dat de Daitsche Broedergemeente nog elementen bevat, die tegen den afval van de leiders hunner gemeenschap ingaan. Er ver scheen een brochure met den titel: „Wijblijven troiiw ! Eea protest en eene belijdenis", van de hand van E. Püschel, waarin scherp tegen de ontkennende leeringen der theologische leiders getuigd wordt. Hetgeen in dit vlugschrift verkondigd wordt, komt op het volgende neder. Gelijk men in de groote Pruisische landsKerk energiek tegen de liberale Theologie protesteert, moet ook in de kleine Broedergemeente krachtig en met allen nadruk tegen den nieuwen vreemden geest, die uit Gnadenfeld waait en de gemoederen ontrust, de stormklok geluid worden, Gods Zoon en Gnadenfelder wijstieid, dat zijn tegeGstellingen. Wij oud geloovigen weren den eersten, want wij willen onzen Goddelijken Heer, den Koning met de doornenkroon, die de Broedergemeente tot, dusver zoo genadig geleid heeft, niet ontrouw wordeo. Wij doen slechts één gewichtige vraag aan de docenten van het seminarium van Gnadenfeld: Kunt gij trouw en eerlijk belijden dat Jezus Christus Gods Zoon is, dat Hij opstond uit den doode en dat Hij zal wederkomen om te oordeelen de levenden en de dooden, of niet ? Wanneer gij dat niet kunt, leg dan uw leerambt neder.

De Broedergemeente kan alleen op den bodem van de belijdenis van de kerk der Reformatie leven en gedijen. Hare geschiedenis leert dit duidelijk; wanneer zij van dezen grondslag wordt losgerukt, dan heeft haar laatste uur geslagen.

Het zou een daad der liefde voor onze Broedergemeente zijn, wanneer de docenten van Gnadenfeld, als zij de Godheid van Christus niet erkennen, bun ambt nederlegdeo. Dat zij broodeloos zouden worden, wanneer zij tot dien stap konden besluiten, is in het geheel ciet gezegd; ook zouden zij, wanceer zij hun ambt nederlegden, de Broedergemeente niet behoeven te verlaten en werden zij daardoor niet uit de gemeente gestootea. De gemeente kan nog wel zooveel geld samenbrengen, dat de docenten daarvan kunnen leven, totdat zij een hun passenden werkkriisg gevonden hebben. De hoop dat de docenten toch nog juist in onze Broedergemeente den gekiuisigden en opgewekten Zone Gods zullen terugvinden, geven wij niet op, wij willen hun daartoe te allen tijde broederlijk de hand reiken; maar dat zij hun plaats als leiders zullen blijven innemen, om bij het waarnemen van hun ambt den weg naar Golgotha terug te vinden, kunnen en mogen wij om Jezus' Gads Zoons wille en om de Bfoedergemeente niet dulden. Wanneer de Uniteits directie, die tot hiertoe zoo weinig getoond beeft een sterke ruggegraat te zijn en die als tegenpartij tegenover het grootste deel der Broedergemeente staat, niet energiek ingrijpt en een goeden toestand in Gnadenfeld schept, dan zijn de dagen der Broederschap geteld.

De BerliJDSche vergadering van 21 Maart 1909 is de eerlijke waarschuwer, de getrouwe Eckart: niet verder op dezen weg! Gij verwijdert u al meer en meer van het Ktuis, de afgrond komt al nader en nader. Keert terug; nog is het tijd! Wordt weder wat gij wsait: een vaste burcht, waarin, trots alle vijanden Gods, en tot troost van allen die Jezus liefhebben, het kostelijkste kleinood der Evangelische Christenheid, het geloof dat Jezus Christus Gods Zoon is, op het veiligst bewaard en beschut blijft, opdat de Heere op den groeten dag des gerichts tot u zeggen kan : „Gij zijt Mij getrouw gebleven".

Zal deze stem uit de gemeente iets uitwerkec? Wij vreezen. De Gnadenfelder docenten werden gesteund door de twee laatste synodale vergaderingen der Broedergemeente, op welke alle leden, op een enkele uitzondering na, het door de docenten ingenomen standpunt goedkeurden,

Engeland, Strijd tusschen de Anglicaansche Kerk en de Overheid, In Engeland was sedert jaar en dag het huwelijk van een weduwnaar met de zuster zijner overleden vrouw bij de wet verboden. Zoodanig huwelijk werd door de Engelsche wet als „incest" en door het Prayer Book als in tegenspraak met de wet Gods en de wet des lands gebrandmerkt. Na een actie van vele jaren werd tegen den wil der bisschoppen van de Anglicaansche Keik door het Eogelsche parlement in 1907 het bestaande verbod opgeheven, ofschoon het huwelijk van eene vrouw met den broeder van baar gestorven man verboden bleef. Maar niet alle predikanten der Aoglicaansche Kerk konden zich met de pa-lementsacte vereenigec. Een predikant te Birmingham verbood een man, die vóór de verandering der wet in den staat Canada met de zuster zijner overleden vrouw in het huwelijk getreden was, bet avondmaal. De gecensureerde beriep zich op de rechtbank, en deze moest hem in het gelijk stellen, daar naar de wet des lands elk Engelschman bet recht bezit om aan een heilig Avondmaal in zijn parochie deel te nemen, al had hij ook de wet des lands overtreden. De predikant bracht de zaak in hooger beroep, doch opnieuw werd hij in het ongelijk gesteld,

De hoogkerkelijke of ritualistische partij der Anglicaassche Staatskerk wil het daarbij niet laten zitten, In de Church'Times van 17 Dec, worden de predikanten opgeroepen om het recht der kerk tegenover de staatswet te handhaven. Ieder predikant, zoo heette het in het artikel, moet in dezen strijd banierdrager worde»; en al moest men er veel om lijden, in de gevangenis worden gezet, al volgde afzetting, de overwinning kon evecmin als bij vroegere gevallen uitblijven. Maar ook de leekén moesten medehelpen, door lieden die een door de Kerk verboden huwelijk aangiügen, te boycotten.

Het is waar dat de hoogkerkelijken in vroegere gevallen bij den strijd tegen de macht van de overheid de overwinning behaalden Hoe dikwijls zijn predikanten of geestelijken der Acglicaansche Kerk door de rechtbanken veroordeeld, omdat zij onwettige, Roomsche ceremoniën bij de Godsdienstoefeningen invoerden. Velen hunner werden in de gevangenis gesloten. Maar het eind van de zaak is geweest, dat de Ritualisten hun gang gingen en zelfs in toenemende mate de kerken met beelden versierden, de Roomsche mis invoerden, enz. enz.

Met dit voorbeeld voor oogen durven zij opnieuw den stiijd tegen de rechtbanken aan. In zeker opzicht hebben de Eogelsche Ritualisten gelijk. De O /erheid mag men in de Kerk niet laten beerschen. Maar waarom gaan dan de hoogkerkelijken niet met de dissenters samen, om de Kerk vrij te maken van de banden waarmede zij aan den Scaat verhoeden is?

WiNCKEL,

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van zondag 23 januari 1910

De Heraut | 6 Pagina's

Buitenland

Bekijk de hele uitgave van zondag 23 januari 1910

De Heraut | 6 Pagina's