GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

Bekijk het origineel

„Strafbaar door het heische buur.”

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

„Strafbaar door het heische buur.”

9 minuten leestijd Arcering uitzetten

Doch ik zeg u: oo wie ten onrechte op zijnen broeder toornig i? , die zal strafbaar zijn door het gericht; en wie tot zijnen bioeder zegt: dka, die zal strafbaar zijn door den grooten raad ; maar wie zegt: ij dwaas, die zal strafbaar zijn door het heische vuur. Matth. 5 : 22.

Hard was osïe Heere Je^us herhaaldelijk in den toorn van zija woord, en wie ons het beeld van Jezus eeciglijk in ssadite en litflijke tinten teekenen wil, kent hem niet. Te zeggen dat het iemand beter ware, dat een moleDsseen om zijn hals gebonden en hij in de diepte der zee geworpen wierde; publiek op de markt personen van aanzien als addergebroedsel toe te sprekec; en zoo ook te betuigen dat wie zijn broeder eea dwaas scheldt, de straffe vaa het helsche vuur beloopt, is nüch zacht, noch lieflijk, maar veeleer hard en niets sparend. Liefde spreekt in dit alles zeer zeker, v/ant het doel van dit harde aantasten is, wakker te schudden, te doen breken met de zonde, en te redden voor eeuwig. Doch juist met het oog op dit doel kon Jezus' woord vaak niet lieflijk noch zacht, maar moest het hard en bart-kwetsend zijn. Juist in het zachte en litflijke ontbreekt zoo vaak de echte liefde. Het spreekwoord van den zachten geneesmeester is zoo jammerlijk waar.

In die stellige betuiging van Jezus, dat wie zijn broeder een dwaas scheldt, strafbaar zal zijn door het helsche vuur, treft die hardheid van «Jezus' woord daarom te meer, omdat dit harde woord juist strekt van de liefde onder de broederen hoog en heilig te houden. Wie Jezus toebehoorden, mochten onder elkander niet twisten, noch aan nijd en wrevel toegeven. Jezus l'.eeft het in zijn hoogepriesterlijk gebed, eer hij naar Golgotha ging, zoo vurig afgesmeekt, dat de zijnen éen zijn mochten, gelijk hij zelf met dea Vader éea was. Al zijn verlosten zouden ia hem, in sijn mystiek lichaam zijn ingelijfd, ea daarom voelde Jems zelf de pija die dit mystieke lichaam doortrok, als broeders onder elkaader aan wrevel of nijd.toegaven. Vaadaat dat Je/us reeds in zijn eerste groote rede na zija optredea in Ualilea, dit booze . kwaad tekeer gaat, het over ea weer elkaar lief hebbea aaa zija volgeliagea ten wet ea regel stelt, ea tot ze'fs met de straf van het helscne vuur bedreigt, wie zich vermeet of verstout, om diea grondregel te brekea.

Dat "mea toorat op zija broeder kan gewenscht wezen, ji het tooraca op den broeder kaa zelfs plicht zija, mits uw toorn zich nooit tegen hem, maar altoos uitsluitend tegen het kwaad keert, waaiia hij verviel. Anders zijt ge ten onrechte op hem tooraig, ea reeds die ongerechtige toora, ook al breekt die aiet ia bitterlieid uif, stelt u volgeas Jezus' woord schuldig Maar veel erger nog wordt het, als ge ia bitterheid eea nijdig woord tegea hem over uw lippea laat komea, ea hem voor eea Raka, d. i. voor een uilskuiken, uitscheldt. Maar gaat ge

nog verder en tast ge ook zijn godsdienstig zedelijk karakter aan, door hem uit te maken voor een dwaas, d. i. een deugniet, of door wat daarmee gelijk staat/ dan ging er haat uit uw ziel tegen hem uit, en wie zijn broeder haat is een doodslager. En vandaar dan ook die scherpe, harde waarschuwing van Jezus: Wie zich zoover vergeet van uit haat tegen zijn broeder te handelen, en hemeen dwaas noemt, is strafbaar door het helsche vuur.

Lees nu over zulk een uitspraak van Jezus toch nooit heen. Het is zulk een ontzettend zeggen van uw Heiland, vooral zoo ge indenkt, hoe keer op keer, eiken dag van de week, zulke •vinnige, bittere woorden van haat door broeders in Christus' Kerk tegen elkander gebezigd worden. Het is zoo> niet wij mogen er over oordeelen, of een boos en bitter woord meer in de drift van het oogenblik, dan gewild over de lippen kwam, en dus of het uit haat opschoot. Dit weet alleen wie zoo bitter sprak zelf, en de Kenner van zijn hart weet het. Maar het jammerlijke in de gemeente des Heeren is, dat ieder er op zijn beurt getuige van is, hoe toorn, ongerechte toorn, toorn in bittere woorden overgaande, vaak opwelt tot tusschen de broeders en zusters in eenzelfde Christelijke huisgezin, zoo maar niet tusschen man en vrouw, tusschen ouders en kinderen, en dat zoo goed als niemand daarbij denkt aan het strenge woord van Jezus, dat wie zóo doet, er zijn eigen zaligheid om kan verliezen, en in de hel kan terecht komen. Het is altoos Kaïa tegen Abel, de eerste aandrift der zonde om elkaar niet te zoeken, maar, af te stooten, niet te kunnen velen dat de ander meer is, en hem weg te wenschen dat hij ons niet meer hindert.

Vroeger heeft lust aan het vreeslijke den misslag begaan om die verwijsing naar de hel om te zetten in een ijsli^e afschildering van verlorenen, die in een hoog opvlammend vuur lagen ts verzengen en te verschroeien, en dit is de hel aardsch maken, juist dezelfde fout als het afschilderen van de zaligheid ia aardsche genietingen, zooals de Koran dit doet. Maar nog veel verkeerder is stellig vat men thans pleegt te doen, door de hel en het helsche vuur te willen wegcijferen, alsof alléén zekere beeldspraak bedoeld ware. Of heeft Jezus niet uitdrukkelijk en omstandig betuigd, dat zoo ge verloren gaat, ook htel uw lichaam in de hel zal gewoïpen worden?

En daarom, houdt u toch aan Jezus. Jezus legt er zulk een nadruk op, en zegt opzettelijk: Zóó hebben de ouden het gezegd, maar ik seg u, tïx dan komt dat harde, scherpe woord, dat wie zijn broeder in haat bejegent, strafbaar zal zijn door het helsche vuur.

Die wijzen onzer eeuw, die u zeggen, dat er geen wezenlijke hel is, dat van een helsch vuur niet mag gesproken worden, dat dit alles overdrachtelijk moet uitgelegd, zij weten er niets van. Jezus daarentegen kwam van de overzij van het graf tot ons. Hij alleen wist het hoe het is. Hij wist het met volle zekerheid. En hij heeft met een „maar ik zeg u" het u ÏOO bang en diep-ernstig op het hart gebonden: Spreek, handel toch nooit in haat jegens uw broeder. Ge wint er niets mee, en ge maakt u zelf er strafbaar door met niets minder dan met het helsche vuur. Het gaat vlak tegen den Christus io, en het is uit Kaïn en uit den demon die Kaïa aandreef en voor eeuwig verdierf.

En 4et nu toch op de gradatie in Jezus' woord. Reeds als ge iu uw hart ten onrechte toornt tegen uw broeder, maar uw toorn nog inhoudt, zijt ge schuldig aan het Gericht. Zoo ge uw toorn tegen uw broeder laat uitkomen, zoodat ge hem een domoor of uilskuiken scheldt, en aldus zijn verstandelijk vermogen beleedigt, zijt ge schuldig voor den Grooten raad, die den schuldige steesigen laat. Maar zoo ge nog verder gaat, en zelfs zijn zedelijk karakter aantast, en hem scheldt' voor een deugniet, een lasteraar, een leugenaar of wat ook zijn zedelijk wezen raakt, komt niet op hem, maar op u de straf, en dan geen mindere straf dan het helsche vuur.

De liefde onder zijn volk, de broederliefde onder zijn verlosten, leden van hetzelfde mystieke lichaam, is Jezus heilig. Hij wil en kan niet dulden, dat die heilige liefde onder de zijnen wordt aangetast en verhaakt.

Zelfs uw vijand zult ge liefhebben, om alleen de zonde in hem te haten. En hoe zoudt ge dan uw broeder mogen beleedigen, kwetsen, zeer doen en tot bitterheid prikkelen. Wie dit doet begaat geen kleine, maar een zeer groote zonde. Hij haalt de Kaïnszonde in het heilig Huis des Heeren binnen. Hij gaat rechtdraads tegen Jezus in. En daarom treft hem zoo bitter harde straf.

Dat daarom een ieder toch op zichzelf en op zijn huis toezie, dat dit booze kwaad, ook waar het insloop, niet voortwoekere, maar met wortel en tak worde uitgeroeid. Het kost wel veel, hierin zichzelf te overwinnen, maar het moet, of het zou uitkomen, zooals Jezus het u dreigt, dat ge bij uw sterven den hemel voor u gesloten vondt.

De zonde moet en moogi ge haten, maar uw broeder moet ge liefhebben. Tegen de zonde van uw broeder moogt en moet ge vaak toornen, maar ge doet dit ten onrechte, zoo ge niet even beslist tegen de zonde in u zelf toornt. Het blijft altoos de balk en de splinter. Scherp, als met een microscoop, de zonde in uw broeder begluren, maar blind voor uw eigen zonde zijn. Vandaar onder broederen, tot in dezelfde Kerk des Heeren, zoo telkens bittere verhoudingen; broeders van eenzelfde huis die elkander niet zetten kunnen; die alles averechts beoordeelen, en een bittere stemming jegens den broeder in hun geest voeden; een bittere stemming die zoo dikwijls achter hun rug in laster, en als ze er bij zijn, in bittere woorden zich uit.

Dit nu brengt een oordeel, een ban over de gemeente en over het gezin. Het is uit den Booze en niet uitjezus. Het is gif voor medicijn, venijn voor balsem. En toch zijn er die in zulk een door Jezus geoordeelden toestand jaren kunnen voortleven. S-oort ge u dan niet aan Jezus' stellig woord, aan zijn gestrenge uitspraak? Gelooft ge dan niet, dat het uit zal komen, zooals Jezus het u heeft aangezegd? Is dan het heilig Evangelie u geen Woord Gods meer? Eu zoo ge dan bij de enkele gedachte aan zulk een ingaan tegen Je«uB en zijn woord reeds terugdeisst, maak er dan toch, niet morgen, maar heden reeds, een eind aan. Verman u zeli, belijd schuld en verzoen u. Eu zoo ge ooit een zoet en zalig oogenblik in uw leven gesmaakt hebt, ge zult het dan als loon van utr verootmoediging opnieuw ea met volle teugen genieten. Hard is Jezus tegenover een iegelijk en ook tegenover u, zoo ge zijn liefdetwet jegens de broeders schendt, maar ook de engelen juichen om u, en Jezus ziet in heiligen vrede op u neder, zoo ge u zelf overwint, en het laatste zweem van haat tegen den broeder uit uw hart uitbant.

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van zondag 30 januari 1910

De Heraut | 4 Pagina's

„Strafbaar door het heische buur.”

Bekijk de hele uitgave van zondag 30 januari 1910

De Heraut | 4 Pagina's