GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

Bekijk het origineel

Onze Studenten.

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Onze Studenten.

4 minuten leestijd Arcering uitzetten

Op het Evangeliesatiecongres te Rotterdam heeft Dr. Harrenstein, toen hij sprak over den Evangeliesatiearbeid onder studenten, er op gewezei), dat er ook onder de Gereformeerde studenten gevaar voor afzakking bestaat. Wel was dit met het meerehdeel volgens hem niet het geval, maar men ontdekte toch symptomen, die het ergste deden vreezen. Scepticisme was aan de orde van den dag. De arbeid Van de Kerk en van de Dienaren des Woords werd hoogst onbevredigend geacht; critiek op de preekwijze en op meiiig ander feit werd luide geuit. En hij eindigde met open en rond te zeggen, opdat ieder het hooren zou, dat het hoog tijd was, dat men zijn aandacht wijden ging aan het verontrustende verschijnsel, dat vele van onze Gereformeerde studenten gevaar liepen straks voorwerpen van Evangelisatie-arbeid te rhoetén worden.

Nu was deze ernstige waarschuwing, blijkens de nadere toelichting, die Ds. Harrenstein bij het mondeling debat gaf, niet in de eerste plaats bedoeld met het oog op de studenten, die aan de Vrije Universiteit studeeren. Hij verklaarde toch, dat deze afzakking vooral voorkwam bij de groote groep van hen, dienietaan de Vrije Universiteit en aan de Theologische School studeeren.

Toch heeft deze klacht, naar het schijnt, aanleiding gegeven tot het gerucht, alsof onder-de studenten aan onze Hoogeschool zulk een afzakking in sterke mate te bespeuren viel. Men meende blijkbaar, dat Dr. Harrenstein, die zelf aan de Vrije Universiteit 'studeerde en den band met de studentenwereld sterk aanhield, hier sprak uit ervaring in deze studentenwereld opgedaan., Waarbij men vergat, dat Dr. Harrenstein, die een der leiders is van de Christelijke Studentenvereeniging, met Gereformeerde studenten uit alle kringen in aanraking komt.

Het^ was daarom wel goed, dat Prof. Bavinck aan den maaltijd, die op den Universiteitsdag te Rotterdam.. gegeven werd, verklaren kwam, dat de ernst van de studie en de levenswandel der studenten aan onze Hoogeschool juist in de laatste jaren zooveel verbeterd was. Een oordeel, dat zeker door alle Hoogleeraren zal onderschreven worden. Ook een'der studenten zelf komt in het Friesche Kerkblad tegen dit gerii'cht op. Hij schrijft:

Nu de beschuldiging, door Dr. Harrenstein op het Congres voor Geref. Evangelisatie tegen de Geref. Studenten uitgesproken, zich zoo la, ngzamcrhand overal schijnt te verbreiden, wordt i het hoog tijd hier openlijk tegen op te komen. > De studentenmaatschappij vormt een van de buitenwereld eaiigszins afgesloten geheel, waardoor het niet studenten vaak moeilijk valt, een oordeel over haar uit te spreken. Dit wordt weer bewaarheid door de beschuldiging van Dr. Harrenstein, dat de Geref. studenten-afzakken en een noodzakelijk object voor Evangelisatie zijn. Het blijkt dat Dr. Harrenstein in 'tgeheel niet meer op de hoogte is van den tegenwoordigen geestestoestand der studenten, maar rekent met de gewoonten, welke een tiental jaren geleden in zwang waren.

Het feit toch, dat, toen voor eenige maanden één der studenten zich aan losbandig leven overgaf, bijna al zijne medestudenten openlijk daartegen protesteerden, getuigt m.i. nu juist niet van afzakken, en zoo zou het ook ten zeerste bevreemding kunnen wekken, wanneer personen, die een groot gedeelte van hunnen tijd aan de Evangelisatie in de Amsterdamsche achterbul rten wijden, zelf tot voorwerp dier Evangelisatie, gemaakt werden.

Verder meen' ik te mogen wijzen op het getuigenis van onze professoren. Den 6en Juli, op den Universiteitsdag, heeft Prof. Dr. Bavinck bij het diner met kracht geprotesteerd tegen bovengenoemde beschuldiging, 'en verklaard, dat de toestand, zoowel zedelijk als reljgieusj gunstiger aanblik heeft dan tien jaren terug.

Het was allerminst mijn bedoeling, hier een opsomming te geven - van onze goede werken.

Daarvoor is er ook bij ons te veel zonde. Maar toch scheen het me noodzakelijk, de waarheid ook hierin bekend te maken, opdat er geen verwijdering ontsta tusschen de gemeenten 'en hunne toekomstige predikanten. Geen afzakken is er onder onze studenten, maar veeleer wordt bij velen een heerlijk geloofsidealisme gevonden, en eeii zich met ernst voorbereiden voor de taak, di« 'hun wacht.

U, Mijnheer de Redacteur, dank ik voor de verleende plaatsruimte.

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van zondag 1 oktober 1916

De Heraut | 4 Pagina's

Onze Studenten.

Bekijk de hele uitgave van zondag 1 oktober 1916

De Heraut | 4 Pagina's