GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

Bekijk het origineel

De dag, waarop

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

De dag, waarop

7 minuten leestijd Arcering uitzetten

Amsterdam, 19 December 1919.

De dag, waarop de Christus geboren is, is ons niet bekend.

De Evangelisten melden ons wel den dag, waarop Christus aan het kruis voor ons gestorven, is en ook den dag, waarop hij uit de dooden herrees, maar de dag, waarop hij in Bethlehem is geboren, wordt ons niet genoemd.

En evenmin kan men zeggen, dat de traditie ons dezen dag bewaard heeft. De Christelijke Kerk heeft wel van meet af het Paaschfeest gevierd, maar het Kerstfeest is een der jongste feesten, die de Kerk ter eere van Christus heeft ingesteld. En wel vindt men, reeds eer het Kerstfeest in gebruik kwam, bij enkele oude schrijvers in de derde eeuw den [25 December als den dag van Christus geboorte aangegeven, maar dat het aanwijzen van dezen dag niet berust op een historische overlevering blijkt wel daaruit, dat schrijvers uit dienzelfden tijd weer andere dagen noemen. Een overlevering, die op historisch gezag aanspraak kan maken, bestaat aangaande Jezus' geboortedag niet. Zelfs kan men wel met zekerheid aannemen, dat Christus' geboorte niet in December heeft plaats gevonden. Al is in Palestina de winter niet zoo streng als bij ons, toch kan kwalijk worden aangenomen, dat tegen het einde van December de herders nog den nacht doorbrachten met hunne kudden in het open veld.

Het lijdt dan ook geen twijfel, dat de keuze van den 2Ssten December als geboortedag van Christus op symbolische gronden is geschied. Echter niet, zooals men gewoonlijk meent, omdat op 25 December de winter-zonne-stilstand eindigt, de zon nu weer in kracht en gloed toeneemt en de dagen weer beginnen te lengen, waarin men dan een symbool zag, hoe in Christus de Zonne der gerechtigheid voor ons is opgegaan, na de eeuwen van donkerheid, die zoo zwaar op de menschheid hadden gedrukt. Want wel is het juist, dat deze weerkeer van het zonnelicht door de volkeren feestelijk werd begroet en de Christelijke Kerk dit natuurfeest met het Kerstfeest heeft saamgesmolten, zooals de Kerstboom mét zijn lichten bewijst, maar de eigenlijke reden, waarom de 2S December als geboortedag van Christus is aangenomen, is dit toch niet. Reeds lang voordat de viering van het Kerstfeest was opgekomen en het heidensche Yul-feest ter eere van de zon verdrong, vindt men reeds bij kerkelijke schrijvers dezen dag als den geboortedag van Christus aangegeven, terwijl er bij hen geen sprake van is, dat zij dezen dag met het weerkeeren der zon in verband brengen.

Veel meer grond is er dan ook voor de meening, dat de vaststelling van Christus geboorte op den 2Sen December te danken is aan een oude overlevering omtrent de schepping der wereld. Naar de Kerkvaders meenden, zou de schepping hebben plaats gevonden toen de lente in den zomer overging en wel op den dag, waarop dag en nacht even lang zijn, d.w.z. op den 25en Maart. Volgens sommigen was op den 2Sen Maart de schepping zelve aangevangen, volgens anderen was de eerste scheppingsdag de 21e Maart en werden op 25 Maart de zon, maan en sterren geschapen. Met deze eerste scheppingsdaad Gods werd nu de tweede scheppingsdaad Gods in verband gebracht, waardoor de Verlosser ons werd geschonken. De aankondiging van Christus komst door den Engel Gabriel en de ontvangenis van Christus uit den Hei­ligen Geest, de wondere scheppingsdaad Gods, waardoor het Woord vleesch werd, werd daarom op den 25en Maart gesteld. En zoo kwam men er toen van zelf toe, om den geboortedag van Christus negen maanden later, dat is op 25 December, te stellen. Zoo verklaart zich de keuze, van dezen dag van zelf, zonder dat men aan een heidensch zonnefeest als oorsprong van ons Kerstfeest behoeft te denken. Het is Christelijke symboliek, die in Christus' ontvangenis en geboorte de herschepping der wereld vieren wilde.

Maar ook al bestaat er geen rechtstreeksch verband tusschen het kiezen van den 2 5 en December als herdenkingsdag van Christus geboorte en het feest van het weer opkomen der zon in kracht na de donkere dagen, toch heeft de Christelijke Kerk van oude tijden af tusschen beide wel een symbolisch verband gelegd. 25 December was niet alleen voor de Noorsche volkeren, die dan hun Yulfeest vierden, maar ook voor de Zuidelijke" volkeren, waar het Kerstfeest het eerst ontstaan is, de dies invicti solis, d. w. z. de dag, waarop de zon, na schijnbaar al meer haar lichtgloed verloren te hebben, weder haar onoverwinnelijke kracht toonde en uit de worsteling over de duisternis zegevierend te voorschijn trad. Het saam vallen van beide feesten, hoe toevallig dit ook zijn moge, gaf toch een veel rij kereen diepere beteekenis aan hetKerstfeest, dan dit in verband te brengen met de legendarische overlevering aangaande den tijd, waarin de schepping had plaats gevonden, wat bovendien eerst langs een omweg tot de vaststelling van Christus geboorte op den 25en December leiden kon. Een zoo ingewikkelde berekening sprak het Christelijke gemoed niet toe.' Veel meer zag men in de keuze van dezen dag ter herdenking van Christus geboorte, de dag, waarop ook de volkéren het w^r opkomen van de Zon vierden, een v^vulling van de heerlijke profetie door Zacharias van Christus geboorte gegeven n.l. »dat God door de innerlijke bewegingen zijner barmhartigheid bewogen, ons bezocht heeft uit den hooge met den opgang der Zonne, om licht te verspreiden voor degenen, die in schaduw en duisternis des doods gezeten te zijn en onze voeten te richten op het pad des vredes".

Aan het oud-heidensche gebruik, aan het Yulfeest ontleend, om een denneboom met lichten versierd in onze huizen te plaatsen, hebben we geen behoefte, om ons deze rijke beteekenis van ons Christelijk Kerstfeest voor oogen te stellen. Eer dient deze heidensche zede om de aandacht af te leiden van wat voor ons Christenen op het Kerstfeest de hoofdzaak moet zijn. De Kerstboom met zijn lichten en geschenken heeft maar al te vaak de kribbe van Bethlehem in de harten verdrongen. Zelfs in wereldsche gezinnen, waarin aan het Kerstkindeke niet gedacht wordt, is de Kerstboom in eere. Eenig Christelijk symbool schuilt in dezen Kerstboom niet. Maar wel ligt er een heerlijke beteekenis in, dat ons Kerstfeest saamvalt rnet het weer opkomen van de Zon in ongebroken kracht. En nu we den dag van Christus geboorte niet weten, kon de Kerk geen juister keuze hebben gedaan dan door haar Kerstfeest op dezen dag te stellen. Het is Christelijke symboliek, dat ons wijst op het nauw verband tusschen natuur en genade, schepping en herschepping. Zoo valt ons Paaschfeest, het feest van Christus' opstanding uit de dooden, saam met de herleving van de natuur uit haar langen winterslaap. Zoo ons Pinksterfeest, dat de uitstorting des Heiligen Geestes en de toebrenging" van de eerstelingen van Christus' gemeente ons predikt, met het rijpen van de eerste halmen op den akker daarbuiten. En zoo kon ook ons Kerstfeest, dat de komst ons verkondigt van het Kindeke, dat de Zonne der Gerechtigheid is, niet beter geplaatst worden dan nu, na de donkere en sombere dagen die vooraf zijn gegaan, de zon weer haar kracht herwint en haar stralen ons weer toezendt.

Want in de dagen, die achter ons liggen, waarin het matte zonlicht maar al te vaak door grauwe nevelen versluierd was en 't al om ons heen te versterven scheen, werd een beeld ons gegeven van de sduisternis en schaduwen des doods«, waarin naar Zacharias' profetie de volkeren verzonken waren voor Christus komst. En wat den zaligen jubel en blijdschap van ons Kerstfeest uitmaakt, is dat de barmhartigheid Gods ons in den Kerstnacht geschonken heeft den Opgang uit de hoogte, de Zonne der Gerechtigheid, onder wiens vleugelen genezing te vinden is, die weer Goddelijk licht straalt in oaze harten en door dat licht onze voeten weer richt op het pad des vredes.

Zoo komt ons Kerstfeest ook in deze donkere en gedrukte tijden, waarin het schijnt, alsof de schaduwen des doods zich opnieuw over de volkeren hebben uitgespreid, om ons opnieuw levenshoop en levensmoed te schenken. Want ons Kerstfeest predikt ons, dat de Opgang uit de Hoogte, Hij, die van zich zelf getuigen kon : Ik ben het licht der wereld, ons in het Kindeke van Bethlehem is gegeven. En wie voor dat Kindeke in aanbidding neerknielt, zal het licht weer in de duisternis zien opgaan en op den weg des vredes wandelen.

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van zondag 21 december 1919

De Heraut | 4 Pagina's

De dag, waarop

Bekijk de hele uitgave van zondag 21 december 1919

De Heraut | 4 Pagina's