125 jaar Faculteit der Godgeleerdheid aan de Vrije Universiteit - pagina 325

de herstructurering van de studie

324

heid’ moest worden bezien. Dat gebeurde dan ook. Want over de studietijd werd opgemerkt dat die gehandhaafd moest blijven op zes jaar. Ten aanzien van het doctoraal examen na zes jaar was men van mening dat dit enerzijds aansloot bij de waarde van de titel in andere faculteiten, maar anderzijds een devaluatie was van het bestaande doctoraal examen. Een voordeel was de specialisering. Wel moest worden nagedacht over de hulpwetenschappen als de sociologie. Die hulpvakken zouden met name op gespannen voet kunnen komen te staan met de dogmatische bezinning ten aanzien van de kerk. De vraag rees of de kerk ook verantwoordelijkheid moest dragen voor de sociologie. Het resultaat van dit alles mocht voor de faculteit bevredigend heten. Met de steun van curatoren, deputaten en de curatoren van Kampen in de rug deed de faculteit aan directeuren verslag van wat zich afspeelde.42 Het ging in de herziening van de studie om integratie en concentratie, om een betere afstemming van de vakken op elkaar, om de mogelijkheid na het kandidaatsexamen te komen tot een specialisatie, en dat alles in zes jaar. Uitdrukkelijk werd verklaard dat er veel plaats in het curriculum was ingeruimd voor andere wetenschappen, maar dat het geenszins de bedoeling was van de theologen ‘halve sociologen’ te maken. Enkele maanden later zond de faculteit een uitvoerig lesplan naar curatoren.43 Daarbij werd ook een ontwerp-brief aan de synode gevoegd. Een en ander betekende immers een wijziging van het contract, zodat ook de kerken hierover moesten worden gehoord. Curatoren meldden aan directeuren in principe akkoord te kunnen gaan en adviseerden hen contact op te nemen met de synode.44 Aldus geschiedde. De synode kon zich met de nieuwe studieopzet verenigen.45 Het lesplan laat zien dat het patristisch Grieks en Latijn uit de propedeuse waren verdwenen. Een inleiding in de psychologie, de encyclopedie, de godsdienstwetenschap, de algemene kerkgeschiedenis en de sociologie waren daarentegen aan het curriculum toegevoegd. De propedeuse had daarmee een oriënterend karakter gekregen. Het tweede, derde en vierde jaar waren bestemd als voorbereiding op het kandidaatsexamen, dat een administratief karakter had gekregen. Nieuw waren de vakken sociologie van kerk en godsdienst, inleiding in de praktische theologie alsmede communicatie en interactie. Op zichzelf genomen namen deze vakken geen overdreven plaats in binnen het

Faculteit der Godgeleerdheid; Perfect Service; pag 324

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Printen