GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

Bekijk het origineel

Algemeene taalwetenschap en subjectiviteit - pagina 13

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Algemeene taalwetenschap en subjectiviteit - pagina 13

Rede uitgesproken bij de aanvaarding van het hoogleeraarsambt aan de Vrije Universiteit te Amsterdam

2 minuten leestijd Arcering uitzetten

11

tische verwondering niet tot dat stilstaan, dat in de plaats van de vervulling van een practisch doel kan treden. Hoezeer draagt niet de meest primaire grammatische vastlegging van een taal nog geheel en al het karakter van een schema dat practische doeleinden dient. Welk een afstand is er niet tusschen het psychologisch-historisch verstaan en het technisch ~icfi eigen mak.en voor het gebruik of ook het zinloos overnemen van het door anderen gesprokene. Wij zien dus de beoefening der taalwetenschap geboren worden uit de bezigheid der practisch gerichte subjectiviteit in de realiteit van het leven. Dit is slechts een aanvang, evenwel ook niet meer. In laatsten zin geen grond, zoo goed als voor Kant het kennen wel met ervaring aanvangt, maar niet daarin gegrond is. Nemen we het theoretische taalbewustzijn als slechts schijnbaar autonoom, en in wezen gegrond in practische, dat is buitentheoretische realiteit, zoo naderen we tot een pragmatistische opvatting. Het is inderdaad bijna bevreemdend, dat de pragmatische waarheidstheorie juist bij de wetenschap der taal niet meer steun zocht. Dit zal hiermede samenhangen dat men bij de theoretische taalwetenschap wegens haar jeugdig en weinig gefundeerd wetenschappelijk karakter voor de opstelling van algemeene theorien niet te rade gaat. Het karakter der grammatica is in eerste aspect pragmatisch: zij leert hoe men voor de uitdrukking van iets bedoelds den uiterlijken vorm hanteert. Dit kan de geest zich inprenten en toepassen. Van eenig verder kennen is daarbij geen sprake. Het is dan ook in die samenhang geen mysterie, maar vrijwel een vraag zonder zin, waarom bij dezen bepaalden inhoud deze bepaalde vorm behoort. Hierin bewijst onze geest zijn practische grondslag, dat hij die kloof, door geen kennen volkomen te overbruggen, eenvoudig negeert en daarbij slaagt in zijn streven om zich verstaanbaar te maken. Zoo is het feit van het sprekend zich uitdrukken niet anders dan een soort van handelen. Dit handelen kan meer of minder doelmatig zijn, maar in alle geval is het gericht op de vervulling van zijn ontheoretisch doel. Het schijnt wel of met dit be-

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 30 mei 1924

Inaugurele redes | 44 Pagina's

Algemeene taalwetenschap en subjectiviteit - pagina 13

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 30 mei 1924

Inaugurele redes | 44 Pagina's