GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

Bekijk het origineel

De beteekenis der wetsidee voor rechtswetenschap en rechtsphilosophie - pagina 54

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

De beteekenis der wetsidee voor rechtswetenschap en rechtsphilosophie - pagina 54

Rede bij de aanvaarding van het hoogleeraarsambt aan de Vrije Universiteit te Amsterdam

3 minuten leestijd Arcering uitzetten

53 Veeleer mengen zich door dit idealistisch stelsel transcendentaal-kritische elementen uit de Kantiaansche gedachtenwereld. Met Hegel stemt Binder volkomen overeen op dit punt, dat ook hij het rijk der causale noodwendigheid, het rijk der natuur, als vrije daad des geestes wil begrijpen, om aan een antinomie tusschen causaliteit en vrijheid te ontkomen 8). Ook hij ziet den geheelen kosmos onder de souvereine heerschappij van ideeën, die in de objectieve "Vernunft", haar laatste eenheid vinden. Maar hij ontkent, dat de ideeën zelve zich verwerkelijken in natuur en geschiedenis. Hij bestrijdt Hegel's leer van de immanentie der ideeën in de werkelijkheid (Zie b.v. Philosophie des Rechts S. 866). Veeleer blijven de ideeën bij hem een bloot "geldende". Dit is ongetwijfeld een Kantiaansche rest in Binder's objectief idealisme en daarmede hangt een tweede nog belangrijker verschilpunt met Hegel samen: Binder neemt een pluraliteit van ideeën aan, die in een coördinatieverh ouding naast elkander worden gesteld. Zoo stelt hij naast elkander de theoretische waarheid, als idee der wetenschap, het goede, als de idee der ethiek, het schoone als de idee der kunst, de religieuze idee als de idee der religie. AI deze ideeën, waarnaast onze toenemende kennis nog meerdere zal kunnen ontdekken, zijn gelijkelijk categorische waarden, zij zijn transcendentaal als "die absoluten, unbedingten Bedingungen des Wirklichen". Zij zijn onderscheiden, laatste functies van het "transcendentale Ich". En juist daarom kunnen zij niet aan elkander gesubordineerd worden, gelijk Hegel zulks deed, die alle andere waarden aan de waar11eidswaarde ondergeschikt maakte en daardoor tot een panlogisme moest komen. Wat de waarden tot een eenheid verbindt is uitsluitend de "Vernunft", of de "Geist", aus dem sie sprieszen, das Bewusztsein" 9). Deze kritisch-Kantiaansche inslag in Binder's objectief idealisme geeft een eigenaardige verwikkeling aan de humanistische wetsidee, waarin zijn stelsel gegrond is en verscherpt het antinomisch karakter ervan. Want hier worden vier en mogelijk nog meer ideeën, en daarmede onderscheiden wetskringen, zonder eenigen reëelen band naast elkander gesteld. Binder's stelling, dat ze alle uitstralingen zijn uit denzelfden geest, uit dezelfde rede, is in een objectief idealistisch stelsel met een coördi natie onverdragelijk. Wanneer Kant het "sein" en "sollen" tegen elkander isoleerde, dan geschiedde zulks hierom, wijl hij vast hield aan een "Ding an sich" en op de grenzen van het wetenschapsideaal ten behoeve van het persoonlijkheidsideaal wilde wijzen. Maar het idealisme is juist ontstaan uit den drang Kant's humanistische instelling tot de consequenties te voeren en de kritische grenzen tusschen verstand en rede op te ruimen, door de rede ook over het terrein des verstands als scheppend souvereine te erkennen. Binder's humanistische wetsidee vertoont derhalve een eigenaardige tweeslachtige natuur. Ze is gegrond in het objectief vrijheids-idealisme, in de transpersonalistische opvatting van de souvereiniteit der persoonlijkheid, van het vrijheidsbewustzijn. Het primaat is toegekend aan het

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 15 oktober 1926

Inaugurele redes | 114 Pagina's

De beteekenis der wetsidee voor rechtswetenschap en rechtsphilosophie - pagina 54

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 15 oktober 1926

Inaugurele redes | 114 Pagina's