GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

1909-1910 Orgaan van de Christelijke Vereeniging van Natuur- en Geneeskundigen in Nederland - pagina 25

2 minuten leestijd Arcering uitzetten

17 houding staat tot de absolute grootte van den prikkel R, maar tot den logarithme van liet quotient uit de grootte van den prikkel R en de grootte van den prikkeldrempel r Men krijgt dus de formule, dat de grootte der gewaarwording evenredig is met dezen logarithme dus e K log ^ Fechner zocht de beteekenis van zijne formule hierin, dat zij eene algemeene betrekking zou aangeven tusschen de grootte van den prikkel d. w. z. van y en de sterkte van de daarbij behoorende gewaarwording; hij zou dus als het ware een maat voor de gewaarwording hebben gevonden en uit de grootte van den prikkel en die van den prikkeldrempel de sterkte der gewaarwording kunnen berekenen. Men moet echter altijd bedenken, dat gewaarwording en prikkel steeds heterogene grootheden blijven, die niet met elkander vergeleken kunnen worden. Elk heeft zijne eigen maat, voor den prikkel is het de prikkeldrempel en voor de gewaarwording de minimale verandering. Uit den aard der zaak gaan de beweringen van Fechner veel verder dan die van Weher. Be laatste beweerde alleen, dat om eene gegeven gewaarwording te versterken de nieuwe prikkel in eene bepaalde verhouding tot den aanwezige moet staan. Fechner daarentegen beweerde, dat de intensiteiten van twee gewaarwordingen zich verbonden als de logarithmen van de prikkels. Experimenteel kan men wel de wet van Weher bewijzen, maar niet dat de sterkte der gewaarwording logarithmisch afhankelijk is van de sterkte van den prikkel. Fechner zelf had reeds waargenomen, dat er eene onderste en bovenste grens voor de wet moet aangenomen worden en dat zij vooral geldt voor de intensiteiten, die bij het gewone gebruik onzer zintuigen in aanmerking komen. Den laatten tijd is echter ge bleken, dat zij ook voor deze gemiddelde intensiteiten niet volkomen geldig is. Bij de gewaarwordingen, waarbij eene exacte bepaling van de intensiteit der prikkels mogelijk is, geldt de Weber'sche wet althans slechts approximatief. Wanneer wij nagaan in hoeverre de wet van Weber van toepassing is voor de verschillende zintuigen, dan blijkt, dat men zich

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van zaterdag 1 januari 1910

Orgaan CVNG Geloof en Wetenschap | 204 Pagina's

1909-1910 Orgaan van de Christelijke Vereeniging van Natuur- en Geneeskundigen in Nederland - pagina 25

Bekijk de hele uitgave van zaterdag 1 januari 1910

Orgaan CVNG Geloof en Wetenschap | 204 Pagina's