GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

Bekijk het origineel

De eenheid der Nieuwtestamentische Godsopenbaring - pagina 34

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

De eenheid der Nieuwtestamentische Godsopenbaring - pagina 34

Rede gehouden bij de overdracht van het rektoraat aan de Vrije Universiteit te Amsterdam

3 minuten leestijd Arcering uitzetten

32

er zijn, in de historia revelationis, in de dogmatiek te komen tot de hoogere eenheid, we moeten die zoeken, omdat we er van overtuigd zijn, dat ze er is. Zoeken, niet door te wringen, niet door te ontkennen, wat luce clarius is, doch door aan elke plaats en aan eiken auteur volle recht te laten wedervaren. We willen niet, als al te vaak geschiedt, aan den één een voorkeur geven om den ander te verwerpen, we willen allen gelijkelijJc eeren. Bovenal, we zullen verstaan, dat menschentaal niet bij machte is den vollen rijkdom van Gods openbaring uit te drukken en dat juist verschil van individualiteit dienen moet om dien rijkdom van verschillende zijden te benaderen. Kortom, dit sta voorop, wat tot bijbelschrijver maakt, is niet de individualiteit, maar het gedreven worden door den eenen Geest, Die in allen werkt en Die geeft een verscheidenheid van gaven '*^). Ik kom tot een derde gevolg. Is de Schrift één, dan zullen we_bi[ ^^e^^^x^ese altijd rekenen^met heeLde^Schrift'^'). We hebben de duistere plaatsen te verklaren naar de duidelijke, rekening te houden, met wat elders staat geschreven. Ons pogen zal zijn niet om tegenstrijdigheden te vinden, maar om ze op te lossen, en als dat niet gaat te eindigen met een non liquet en de eenheid te gelooven. De Schrift is één en de verklaring van het Oude Testament heeft te rekenen met die van het Nieuwe Testament en ook omgekeerd. Nu wil dat evenwel weer niet zeggen, dat om een plaats te verklaren elke andere van evenveel gewicht is. Spraken we dat uit, dan deden we te kort aan de individualiteit, die er naar de bedoeling Gods wezen moet. Een plaats heeft voor een andere te meer beteekenis, naarmate ze dichter staat bij de plaats, die men wil verklaren. Een brief van Paulus heeft bij de uitlegging van een anderef» meer beteekenis dan een schrijven van Johannes. Maar dat schrijven van Johannes heeft ook beteekenis, heel de Schrift heeft beteekenis. Nu hebben we echter opgemerkt, dat in het geheel der Schrift toch het Nieuwe Testament een eigen eenheid vormt en dat zal zich ook bij het thans besproken punt laten gelden. Het Oude Testament dient anders, op eigen wijze om een plaats in het Nieuwe Testament te verklaren, dan het Nieuwe Testament zelf, omdat in het Oude Testament de openbaring is gegeven in een anderen vorm. Binnen het Nieuwe Testament kan ik gebruiken zonder meer, ga ik naar het Oude Testament, dan heb ik te rekenen met het verschil in bedeeling, met het onderscheid tusschen het tijdperk der schaduwen en dat der vervulling. En zoo mag ik ook hier wel degelijk spreken van een gevolg van de eenheid der Nieuwtestamentische 'Godsopenbaring. In de vierde plaats zal ten gevolge van die eenheid, de exegese niet tevreden mogen zijn, eer zij de plaats heeft leeren kennen, die een Schrift«

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van maandag 21 oktober 1918

Rectorale redes | 66 Pagina's

De eenheid der Nieuwtestamentische Godsopenbaring - pagina 34

Bekijk de hele uitgave van maandag 21 oktober 1918

Rectorale redes | 66 Pagina's