GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

Bekijk het origineel

Taalbederf door de school van Kollewijn - pagina 117

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Taalbederf door de school van Kollewijn - pagina 117

Rede bij de 54ste herdenking van de stichting der Vrije Universiteit te Amsterdam

2 minuten leestijd Arcering uitzetten

109 114 a.w. 1894, 280. 115 Tweern. Tijdschr. 3e jg. (1897) II 416 vlgg: De Spelling^ kwestie. Het stelde tegen het vonnis „allemaal gekheid" de onderteekening van vier professoren (432, vgl. 420), en eindigde in de klacht over onverschilligheid en onkunde (435). 116 a.w. 429. 117 Men zie de brochures van Dr. De Vooys over De VerhreU ding van de Vereenvoudigde Spelling, zooals die — alles zoo breed mogelijk uitstallend — verschenen zijn in 1911 (toen was titel: Wie gebruiken de V. S.?), 1917, 1933. 118 Schepers, Het nieuwe Taalonderwijs en het Kunstbegrip der Nieuwe Gidsschool, in Taal en Lett. 6 (1896) 337*341. Enkele na* men zijn nog A. Heytingh, E. du Perron, M. Uyldert, J. K. Rens» burg, P. C. Kops, G. Bruning. Velen zie ik vermeld met één werk; trokken zij zich weer terug? 119 "\Yel laat hij de buigings#n weg, maar overigens schijnt hij te willen zijn en blijven als zoo'n oudere bij Simons (zie aant. 107): „(Schrijvend) met nawerking van de regels die hij altijd toe* paste". (Maar wellicht heeft hij zich inmiddels aangepast). 120 Ik -yvijs in dit verband op de nog altijd wel lezenswaardige voordracht van C. H. den Hertog voor de Maatsch. der Ned. Letterk. in 1897: Onvrede in TaaU en Letterwereld, waar de beide bewegingen wel samen worden bezien, maar tegelijk het behoud der normen op het eene gebied warm bepleit, en op het andere de verwerping daarvan gul toegejuicht, in Zola. 121 C. P. Brandt van Doorne [d.i. R. A. Kollewijn], Huiselik Leed (1895) bevat de geschiedenis van een „ofsier", die eerst een tijdlang heeft «evreën" met een al te burgerlijke, arme Lucie, later iets meer in zijn stand is getrouwd, door een toeval in het dorp Putten terecht komt, waar hij Lucie, die zich kort geleden heeft gekoppeld aan den erfoom zijner vrouw, een sukkeligen „ouden iedieoot", gaat opzoeken, bij haar blijft logeeren, als haar man afwezig blijkt, en haar verleidt tot overspel. „Zij gaf zich aan hem over, helemaal, helemaal". Wroeging heeft hij geen zier; zij ook niet, als haar „godsdienstige" vrees geleidelijk geweken is, dat ze gestraft zal worden. Zij blijkt zwanger, haar oude Kobus gaat 't trotsch vertellen aan neef en nicht. De Vrij's in overspel gewonnen kind zal dus de verwachte erfenis wegkapen. Zijn

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van zaterdag 20 oktober 1934

Rectorale redes | 142 Pagina's

Taalbederf door de school van Kollewijn - pagina 117

Bekijk de hele uitgave van zaterdag 20 oktober 1934

Rectorale redes | 142 Pagina's