GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

Bekijk het origineel

STEMMEN UIT ONZE KERKEN.

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

STEMMEN UIT ONZE KERKEN.

11 minuten leestijd Arcering uitzetten

Hooggeacht© Redactie!

Gaarne opname van liet volgende onider „Stemmem iiiit on, Zie Keaien". Ik lajs hot ingiezoindeni stuk van Br. K. T. d. Beirgl ini laoi. 12 van „D'e Reformiatiel", Jk ben gem predikant-redaote'ui' van. een Kerkbode, en jk behoor tot de jongeren, en wa, t ik hier laat volgen, „is één der gedachten die leven ia den boezem der gen^Êenten". Indien Br. v. d. B. aoo ajgemeen het gemchlti verneemt, dat Dr. Geelkerken op één lijn te stellen is met den heer Netelenbos^ kan ik veraekeren^ hieriaiaiiH, mijner/zijds geen deel te hebben. Maar, waar Br. v. d. B. izóóveiel , zorg vertoont over den goeden naam van Dr. G.^ vnaag ik hem, toont deize zélf wel "zorg over zijn goeden naiam, en óók, toont hij izooiveel zorg over hei goed gerucht van onze Geref. Kerk? Heeft Dr, G. het ook izoo opgenomen voor den goeden naam-onzer Kerk, toen döze door Netelenbos smiaadheid werd aanjedaajn, kort na het omtstajan van iz.ijn conflict, bij zijn rede in „Salvatori" te Amsterdam? Br. v. d. B. is daar zeker niet bij tegenwoordig geweest? Ik wel, toevalligerwijs. Netelenbos behandelde daar izijn conflict met onze Kerk weinig anders dan als een klucht. Hij stak deni draak met den ternst die vergaderiii, ge(a van! op^ieneisi onzer Kerken met zijn geval maakten. Bij het begint Bpec'uleerde N. al dadelijk met goed sncces op den lachliiist van het izéér gemengd gehoor, door te vertellen, dat hij „gesuspendeerd" wias, dat dit feitelijk „opgehangen" beteekende, en de vergadering dus ia hemi een „officieel opgehangene" voor zich zag. Groote vroolijkheid! Later vergeleek N.' het gaan naar een bioscoop met het opgaan naar een Geref. Kerk, onder bepaalde omstandigheden, wat ten guaste der bioscoop uitviel. Nog grooter vroolijklieid van het overgroote deel der — drukbaaochte — vengadering! Geroep: „Goed izoo!" „Zeer juist!" Handigeklap en voetengestamp. Ik noem slechts deize staaltjes, om het optreden van N. te typeeren. En wat wias nu het optreden van Dr. Geelkerken, na de, voor öff wereld aoo' amusante causerie van N. ? Kwam hij met de roede tot hem? Kwam hij, „gedachtig blijvende aan het 9e gebod en desizelfs positieve izijde", op, voor den goeden naam van onze Geref. Kerk? Men moest wel haast izeggen „integendeel"! Zijn korte toespraak had eene, voor N. vergoelijkende, strekking. De vergad«iiiag nam hiertegenover een neutrale houdinjg aan. Heel anders, in 't algeaneem, werd dit, toen een, eenvondiger, Geref. broeder, met ontroerinig, trachtte onze Kerk te verdedigen. Gefluit, toenemend gestommel, geroep: „sta niet laoo te liegen!" e.d.

Welnu, Br. v. d. Berg, is hiet izóó niet zéér te verontschuldigen, indien werkelijk Dtr. G. soms min of meer gelijk gedacht wordt met N.? En laou er nieli véél méér reden izijia, Dr. G. te wijzen op beide zijdejö van het 8e gebod, i.iz. zijn houding tegenover onze Geref. Kerk, dan dat de Kerk te doen, ten aanizien: van den feo'eden n^am van Dr. G.'? Vindt Br. v. d. B. dan niet, met mij, de beschuldiginig van Dr. G. van tekort aan ontferming bij onze Kerk, all ens chand eUj kst? Waar Izijn — zeer weinige buitenstaanders nu daargelaten — de menischen die, ook malar van' verre •— izóóveel ontferminig! tooneUi niet met mooie en vrome woordehj slechts, maar met daden, met tasten in de portemonnaie — als de Gereformeerden? Waar Èijn , zij? Hoe durft Dr. G. zóó spreken? Zöu het bedoelde gerucht over Dr. G. dan wel Izóó „boos en| lasterlijk" (zijn? Laat Dr. G. eerst zelf maar zorgea voor izijn goeden naam„ door , zijhe aan-onze Geref. Kerk verschuldigde', hoogachting, haar steeds — openlijk — en onbeperkt te betoonen! i

Met 'hartebjken dank voor de plaatsing; van' ddze „stean uit de gemeente"! heb ik de eer te Izijn, ho-ogaahtend.

Uw abonné, E. V. d. M.

[Indien Dr. Geelkerken of de neer "Van' den Berg hierojD wenscht te antwooirden„ stelt „De Reformatie" hun daar­ toe gaarne in de gelegenheid.

Red.]

Mijnheer de Redacteur,

Tot m'n g'roote blij'dsioha, p kwiam in No. 11 der „Reformatie" iets voor over de ondervviJEerssalarissen. Jamijner vond ik het, dat Uw bazUin, die anders geeln onziekeren tO'On aansiaat, geen helderder geluid gat aangaiande de vernederende uitlatingen van Minister De Visser over de onderwijzers in de Volksvertegenwoordiging, en de onbroederlijke houding van Chr. pers en Rec'htsche Kamerleden. Maiar .... hierover is te veel geizegd, om er een. enkel woord meer alan te w^'deni. Op iets anders , wilde ik gaarne de aandacht vestigein. In „Die School met den Bijbel" van 9 Dec. 1920 fcomjt een driestair voor „Le Christ avaint tout". Een „vriendelijk" correspondent meent den heer Lens er op te-(moeten wijzen, dait daze en natuurlijk met hem duiiz-enden .Chr. 'onderwijzers „die gedachte uit het oog| verloren". En nu is het mij opgevallen, dat z, eer veel predikanten er ook iZioo over denken. Ik tenminste heb nu reeds 3 Zondaigen aaneen verschülende Geref. pre-'difcanten, w.o. 2 professors, hooren bidden in de gemeentelijke samenko-msten om „beginselvastheid", „nooit het kruis los te laten", enz. .... maar geen wO'Ord vernam ik over de teleurstelling, die ons deel werd. Ook anderen mijner collega's hadden bij anderen ooizer predikanten hetzelfde opgemerkt. Wat is het gevolg? Dat de meeste menschen uit de kerk je - aanspreken met: „Nou, noU, worden jullie ook al rood? " „Ben je nu nc^g niet tevreden? " „Die tijdgeest, die tijdgeest, oiofc onder onze meesters!" enz. Ik neem dat die menschen niet kwalijk, want , ze worden door den dominee inl den waan gebracht, dat we dreigen af te vallein. Vo'O'i^ de rest geen nieuws! „Giaat heen en wordt warm!" 't Doet 'mij pijn, dat de achting voor ons corps, die •heusch aoo hoog - niet is, en ook door de .üitlatiugeiii Van sommigen onzer, die, toen de Minister hen in 't aangiezicht sloeg en Pers en Kamerleden hen nog wat blauwe bulten' op den koop toe stompten, niet altijd even Christelijk en parlementiair Ij/Un pijn uitschreeuwden en tot onvoorzichtige daden zich lieten verleiden, niet grooter is geworden, na in' het oog van het Geref. volk nog door zulk eeixz ij dig bidden wordt verminderd.

Hopend dat u deze regels een plaatsje kunt bieden in Uw geëerd blad en anders Uw meening over daze kwestie wüt zegigen, verblijf ik met de beste wensohen voor uw friS'Cli blad.

Met de meeste hoogachting.

Uw dw., H. C. V. DONK, Geref. onderwijzer.. 'Soheveningen, 15 December 1920.

[Eerlang zal in ons blad een Rubriek „Onderwijs en Opvoeding" worden geopend. Dan' kan aan glaken, als ouze inzender hier noenit, meer aiandacht worden, gewijd.

Red.]

Hooggeachte Heer,

Het heeft 'mij verhelugd, dat U tegenover het oordeel van Professor Grosheide over Liturgische diensten, in het „Noord-Hollandsch Kerkblad", Uw© meening, als daarvan afwijkende beeft gesteld. Ook mij trof de groote subjectiviteit van dat oordeel; het mijne, b.v., dat niet na „enkele weken", maar na eene ervarinlg van minstens tien Jaren, gevormd werd, aoU ik daar lijnrecht mede in tegenspraak kunnieu' noemen. ' •

Wel ao'u ik het met den Hoogleeraar eens zijn, als Ihij mocht willen böweren, dat zijne zienswijze door de overgroote meerdedieid van „onze menschen" wordt gedeeld, want ik gelo'of inderdaad, dat alleen onder het intellectaeele deel, en daar dan nog spoi^adisch, a. a. trouwens des professors eigen oordeel .genoegz; aam aantoont, behoefte wordt gevoeld, aan een meer actief deelnemen aan onzen eeredienst.

Dat dit , zo'0 is, kan wel daaraan worden geweten; , dat weinigen ooit met een andere'n vorm van gods; dienstoefening hebben kennis gemaalct, en dit is wellicht - een gelukldge omstandigheid, zo'olang er zoo heel weinig kans bestaat, dat aal worden tegemoetgekomen aan de wensohen Van hanj, die het wonderschoona van het gemeemschappelij'k, plechtig geïntoneerd gebed, en van zooveel verhevens in den lit'urgischen dienst hebben leeren kennen.

Ik acht het echter, en dat is de reden ran mijn schrijven, onbillijk, dat zoo maar zonder meer, op den' liturgischen dienst wordt geschoven, wat eenvoudig een fout van de menschelijko natuur is, dit n.L, dat deze zoo igauw .zijne bek'oring verliest. Ik zou daartegenover de vraag willen doeu, of onze huidige dienst dan immer ongestoord zulk een bekoring op ons üi'toefent?

Indien ik mijne waardeering voor liturgische diensten Iianjdhiaaf, dan is het hierom, dat dan althans, onafhankelijk van voOiPganger, of, in vacante kerken, voorlezer, ten allen tijde, n'alast de preek iets schoons en stichtends geboden woirdt, m.a.w. dat. men dus niet zoo geheel van een enkelen perso'on afhankelijk is. ' Met de meeste hoogachting noem ik mij.

Uwe dw., M. M. H. V. B. C.

[In het laatste nummeir van „Noiord-HoIlaJndsch, Kerkblad" gaf prof. Grosheide deze nadere toelichting:

Onze bedoeliug was niet om verrijking der liturgie tegen te houden of kleine reeds tot stand gebrachte uitbreidingen te veroordeel en, we wilden alleen waarschuwen, om er niet te veel van te ver-•wiachten, er m.n. niet van te verwlachten' trouwer kerkbezoek, of kerkbezoek van menschen, die anders niet kwamen. Dan wilden we waarschuwen tegen het stellen van het liturgische boven de prediking.

R e d.]

Kerkboekjes en „losse Evangeliën".

De boekhandelajar toonde ons onlangs „losse Evangelietjes" met aardige illustraties. Of we er geen zin in hadden ?

Neen, daar hielden we niet van. Rare menschen toch, die Gereformeerden. Ze houden niet een'si van gedeelten uit Gods Woord, los verkocht.

Daar zit echter meer achter. De Bijbel is Gods Woo> rd. 't Johannes-evangelie is ook Gods Woord, maar slechts in 'samenhang en verbanid met de andere boeken krijgen we Het Wc'ord Gods J^drie kapitale letters).

Datzelfde bezwaar dragen we tegen onze „Kerkboekjes". Ze zijn handig ingericht. 'Veel voor weinig geld. N. 1'., Psalmen, Catechismus, Kort Begrip, Liturgie, Leerregels van Dordt, Gelooi£sbelijdenis(sen), en — hoe jammer — slechts zelden de Kerkenordeniinig. Pardon^ we verglaten de: Ee; nige Gaztogen. Hoe konden we zoo'n ge-wichtig „schibboletisch" deel vergeten. '

En - er iziJn zelfs „bijbeltjes" die nog , 192 gezangen extra bevatten. Ja - we hebben ze gezien met ver lover de tweehonderd. Dat zijn extra dikke boeken.

Maar — we hebben ons aJ een, 3 meer aige-vraagd: Waarom mag het Oude Testament er niet bij? Moet ge eens zien als dominee uit Jesaja preekt. Blijven de boekskes rustig op de bank slapen. 'Volgenden Zondag is Joh. 10 aan de beurt. Worden de boekskes allemaial wakker en doen er hun best, wie 't mooiste ritselmuzie'k maken kan.

Dat is g.een gezonde toestand. Die Nieuw-Testamentjes beweging lijkt 'ons alles belialve gereformeerd, 't Is jammer, dat de S-ynode van '20 achter den rug is. Maar 't lijkt ons toch niet ondienstig er op te - wijizen, da, t het tijd wordt dat we nu eens een officieel Kerkboek krijgen. En dan niet met een NieUw-Testamentje voorin, gelijk de uitgave van Prof. Lindeboom (meeU ik) zelfs heeft, maar met óf heel Gods Woord, óf met enkel psalmen en (eönige) geziangen plus het noodig te oordeelen confessie-en liturgiegedeelte. Welke onzer Kerken piakt die koe .eens bij de horens ?

Wij voor ons gplooven, dat gemalczucht en oinrecht zinnigheid liier heiden schuld hebben. Met zoo'n grooten Bijbel loopen is vervelend. De bia'nen|z; ak is te klein. Onder den arm is ook lastig. En Wat zoudein de menischen Keggen! Balthazar Gerards deed het immers ook zooj echt farizeeuwsch. En aan den andereu bant hebben de 19e eeuwsche theologien dikwijls het Nieuwe Testament voldoende geacht ter zaligheid. Sommige e-vangelisators hebben al aan „losse Evan, 'g|elietjes" genoeg.

Er is echter een oplossing: Als alle banken nu eens ee'n rand kregen en we konden daarop ouiZie Bijbelsj neerleggen. In sommige Kerken (Engelsche en Duitsche) legt de kerkeraad zelf op iedere plaats er een vóór u. M'aar - wij kunnen hem best meebrengen, den naam voorin geschreven, ligt 'hij rustig op ons lederen Zondag te w.achten.

Dan doen we meteen niet mee aan dit soort Schriftcritiek. Immers wie ewangelietjes en NieUw-Téstamentjes knipt, „snijdt het Woord allesbehalve recht". De schaar gaat dwars. En zelfs zijn we Prof. Obbink niet-dankbaar Toor iz'n extract bijbel (zonder hoofdletters), - waarin de „meest interessante" gedeelten te vinden zijn, naar we ons voorstellen. We houden ons maar aan de hééle - wfaarheid, wat of „interessant" of niet voor u is, is aóó Subjectief, dat we ons daar niet aan wagen. We kunnen het mis hebben, want we iüijn miaar „leek".

K.

[De geachte inzender roert hier vele dingen aan, die in verloop van tijd in ons blad .aullen ter spraka komen.

Red.]

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 31 december 1920

De Reformatie | 6 Pagina's

STEMMEN UIT ONZE KERKEN.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 31 december 1920

De Reformatie | 6 Pagina's