GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

Bekijk het origineel

Paschen.

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Paschen.

7 minuten leestijd Arcering uitzetten

... en zag de doeken liggen eii den zweetdoek, die op Zijn hoofd geweest was, zag hij niet bij de doeken liggem, maar ïu het bijzonder in een-andere plaats same'ngerold. Joh. 20 : 6, 7.

Gevouwen doeken.

Niet waar, idat mag wel Koimiscii sdhijnèü.: teinge-lenglams etó — opgevouweia idoëfen. Openbaritog, van hemelsch© beerlijikIheLd en d© properlieiid vaia zdnidelijlk: biniaemhuisje. Wezens, öie van boven geblüfcseimid zijb., idi© Öm Paaschvorst hebben begroet, die Iden wereÜomfeer, Iden triumf valn het leven hebben iaaaaohouwd met hemelsche verrukking en die het niet over zioh kunnen verkrijigen, . te gaan izitten, vóórdat heel n©t, en heel oridelijK de graMoeÜcfen zijn ^evoTiweta en opgerold en ter plaatse zijia ^neergevlijd: d© éétó hier, 'diaar 'de ander. Tenzij toissohien gij mieenen mloclht, dat de hand van den verrezien 'Christus' zelf zoia heeft geschikt de doekten, waarmiee zijki. doode lichaam: was be^dekt en omwonden. Maar dan woridt het wonderlijke leer mieer dan minder.

Hoe bet zij', wij willen er eigenlijk! maar hiet aan. Liefst loiopen we eï over heen. E|n wij' nemien de kritiek op den bijbel kwalijk, SaH ze 't groot© en groiotsche paasohverhaaJ pluiziend ontleedt door de één© kleinigheid mimitiens tegen de ander© .nit te spelen len datn vinden we het-heel onöerbiedlg, bij! al di© geweldighddlen zöo op 'dö kleinighedejn in te gaan. Maai is het wel iets aJnders dan kritiek, niet eens op het verhaal, , doöh op zij'n hoofdpersoon len op d© hem' omringend© eerewaoht van engelen, indien wijzelf al maar door weigeren, gtil te staan biji dat toch altijd fcomisdh' aandoelnd verhaal van geesten, die op Paaschfeest doeken vouwen, 'ióó, als de Lievensvotst zijlh dageraaid teg©^ Hïoet ginig?

Ja, dajt is 'óók kritiek'. En wel heel erge kritieki'.

Want eigenlijk vinden wij het beneden kritiek'. Als uw hooider, o preldiker, voor uw, oogen oiimidd©ïlij'k na uw toöh altijd gebrekkig© paaschpreek, maar Jxalf zóó acGliraat was in het vouwen van zijb, kleed, als dezfe engelen zijn jih het plooien van Christus' 'graldaeken, g© zondt mompelen over al te vluchtigen, al te luohtigen ijidritk'. Maar Hu zijin hier ©ngelenj, die gezien hebben d© volkbmien openbaring van het paaschwonder zjelf, en zö vouwen doeken jen' schikken a© — in... een graf. Verhoogt uw .poorten, nu den boog, dicteert' luw rhetorioa en uw eerbied. Maar d© ©ngeien' vouwen doeken. Beizingt.d©: oid'© i|h ÖieHi hemiel, die oftlè op aarde, gehjk zie door 'd© opstanding! valn Christujsi uit de doodbn is bevestigd ; en hersbeÜd, zloo vermaant ge; lemj d© lejugelen stelten ordei pip ziakten •— in ©en gïafspelohk len het zingenj schijhen ze verleerd te hebben na Beüilehems nacht.

Dunk U Idat niet olneerbiadig ? Neen — het schijnt nog eriger u toe. Wi© oneerbiedig is, is over dein: eerbied heen of tegen den leerbied giekant. Maar deze bliksemiend© troongeesten Gods lijken aan den eerbied nog niet ©ens toe te zijhji wie kan nu zeggen verslondon te zijln vajn de Christusaanschonwing, als bijl doeken vouWt, gl-afdoeken rolt? Is dat nu heniellogioa? Zijjn dat enigelontroeringen? Is dat mteiditalie op paaschfeest, is dat aanbid}ding van het , wo(nider van de rechtvaardigtoaking der heiligen: deze doek hier, en di© alridjer flaar? En ailes precies op zijh jplaats...

Zoo is uw kritiek; wees maar eerlijk.

Doch houd eens op, engelen te beoordeelen naar den 'maiatstal van, uzelf. Weet g© Ini'et, dat iwat voor u onvergeefiijk-komisch lij^kt, omdat gij' tegenstrijdilgheid ziet tusschen deh jubelenden paasichhof en de opgevouwen doeken, voor 0© engelen volstrekt niet tegeirislrijdig is? En dat Idus het komisch© hier ontbreekt?

Zondige niiensch en zondelooz© engel toch zijiri twee. • '

Wij, intenschen, hebbeln .de zond© met haar Igebrek zien doorgaan ook tot d© binnenkameren van onze ziel. En daarom k'umnen wij! nooit zien, nooit voelen, nooit handelen zonder verlies. Het is bij ons strijd ook' ih de denkwereld; als' wij' het grooite willen zien, omtglipt ons heit kleinei ©n als onziö naam' P'luizer is, dan wijkien d© vergezichten. }s er bij' ons aanbidding, dan neigen wij; tot het naam'looze spnekten; en gévein' w© God én mtenschen en duivelen huin namen naaj-hun aarid, dan is het denken , d© vertering der aanbidjding. Medi'teeren we, dan voiuwem' we geen doekten. En 'doen we de praktijk haai gedienstigheiid!, dan spreken we van „het gewone". Zoo is 'd© wet der aardei. Mar'tha vouwt de doeken en Maria verwondteützich.

Maar in den hemel zijin zi© verzoend. Dat bewijzen id© engelen. Vol zij|n ze van d© groot© dingen Gods en [de groot© lij'neia zien ze der historie, gelijk 'ze 'd.© Paaschvoïst beheerscht; en begeerig zijn ze wel waarlijk ooi in te zietn... maar ze vergeten de doekten niet. Biji hen geen contemplatie ten koste van den nij'verön dienst en geen aanbidding, di© ha, ai gebrek toont in slappe handen en trage knieën. Wiajnt bij! hen geen zonde. En gelijk bij Jeizras in Gethsemané de intentie de |attentie nieit verteert, zioo is ook bij' den onzondigen engel 'het bwDpd vajn d© ©elniel jnieit dje dood van de andetre.

En nu, gij', gtemoehttö va|n den P^iaschvoist, bekeeï u en wees veïtroost.

Bekeer u.

Want gij! dweept niet dienen, diel zeggen, dat ze krank zij'n van liefde. D^t is uw groot© zond© (tegenover de groote liefde. Dacht gij!, ^at liefde ktank maakt? Of meent gij', .dat ook jin d©n hern!©l zuKe taal gesproken wordt? Lief die miaiakt geziond; ©n als we iln liefde krank zijn, is het alleen te wijiten aaii ipnzie onvolkomenheid, die geen plaats biedt voor' zoo , alzijdi'ge genietinig in ons Öeijne halt. Weet ge piet, hoe dezelfidiei bruid krank is van lielde, eerst, .walmeer ze opgaat in i'axljoïatie van heit groote van de liefdje, èn later, wanneer zte eiiktel haar klein© omgeving heeft liefgehad en haar binnenhuisje, dat is: haar gevouwen doeken ? ^) Vandaag alleen het groot© zien en moigen alleen het kleine; vandaag de roes' in 'de aanbididüng en mioigen 'dei nuohterhei|d van wie simpel-weg doeken vouwt, ja waarlijk, zóó wonden wij! krank in 'd© liefde. Maar gezond is engelenliefde. Bij! Klerstfeest zinigen ze van het groote, maar van gewonden doeken vergeten zij' niet het teeken te maken. En pip Paaschfeest veirhoogen ze d© baan leiü aanbidden, doch tegenover ontbonden doeken vergeten ze niet hun minutieusen phcht te doien!. Wöes' oipi Idie liefdie jar loersch. Hoe vaak hebt gijl het kleine geofferd aan het groote en omgekeerd?

Bekeer u. En wees zóó vertroost.

Want de Paaschvorst belooft u eens eett zalig© opstanding. Uw ziel mag dan aanbidden en uwi handen mogen doeken vouwen. Rijker dan van den lengel zal in idie ure uw liefde zij'n, want meer zijit gijl daar dan 'de lenigel. Altijld het groote en ook immer het kleine. Martha naast Maria; en 'zie, z© verwijten niet. Het geestelijke te zien en tegelijk het natuurlijke. D© majesteit ondeigaaa van €hriistuis' opstandingsglorie en de plooien nielt voorbijkien van zijn gewaad. Eeuwige inspanning en nooit overspa|nnin, g. Liefhebben en niet krank meer zijn.

Zie, dat is onze hemtel. Wij gelooven hem', want wij' hebben engelen 'gezien en Christus gesmaalct

Nu weten wij! m'eer dan Dante, ^ .^.Is hij: droomt van ©en hemd, waarin op Satumus de mediteerenidie zielen zwijlgen ^eta verstild zijln in aanbidding, pf als hij' ziet Btil-trillend zielsbegeeren naar de schoonheid Goids. Waarom heeft hij' di© reppende handen vergeten, waarom ide gevouwen dioeken? Zou hijl nu waarlijk meenen, dat de engel meer mag, mieer kan, op Paaschfeest dan de mensch in Id'en hemel van eeuwige paasohvreugde?

Neen, neen.

Als wij eens d© volle viuchf; van P'aschein génieten in de zaiig© opstanding, dan zullen wijl het zien. Geen boeddhistisch „wegzinken" in aanbid: ding, geen zi'wij'gen over het te veel gewetene, maar spreken en aanbidden, aanbidden en doenl Christus belooft meer dan Boeddha. Troost u, giji, flife vandaag alleen bewondert en mongen alleen maai doek'en vouwt. Di© dus heidten in uw verwondering passief zijit en uw Eoning Zijin rijkdom' niet geeft en mioigen in uw druk-'doenerig leven t© actief zij't en van uwi Meeste Zijto. rijk'doni niet in ontvangst neemt. Troost u. Daarboven is verwondering niet verislinding. Daarboven is het conflict tusschen intentie en attentie beëindigld. Daarboven zullen ^"3' zien, dat verwondering niet de moeder is van die filosofie, naar m^en ons' zeide, m'aar d© dochter van de religie; doch ook, fl, at 'ze haar eenig© niet is — gelukkige

Als wij den Paasohvoist maai eenmaal gezien hebben, dan ziullen w© ophouden, dj© accurate engelen dooi ons zwijlgen: te berispen.


1) Hooglied 2 : 5 ea 5 : 8.

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 25 maart 1921

De Reformatie | 8 Pagina's

Paschen.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 25 maart 1921

De Reformatie | 8 Pagina's