GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

Bekijk het origineel

PERS-SCHOUW.

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

PERS-SCHOUW.

10 minuten leestijd Arcering uitzetten

Gebedsdag.

Al is liel niet mijn gewoonto, in deze rubriek in vreemde talen te spreken, toch waag ik het er deien keer op. Een oproep kwam ook tot ons om op Zonda, g VS Nov. c.k. ie gedenken den „Universal Day of Prayer for Students", en diis ook onze stem te mengen in het gcmeensdhappelijk gebed, dat dien dag oprijst i'oor de zaak van de Wereldfederatie van Cliristen-studentcn. Het kost ons, in Nederland, wel eens wat moeite, ons een zeifs zwakke voorstelling te vormen van het w^erk dat door deze Wereldfederatie verricht of bedoeld wordt. .Daarom neem ik uit den Oproep hier een gedeelte over:

The need of the missionary work of the Church is to-day tremendously insistent. Mass movements in India, education in Africa, present-day conditions in the Moslem world—to meet alle these, the Church demands the best our Universities and our movements can give. European Student Relief, having piet primary emergencies, comes back to us with an 'urgent plan, for fresh effort in new regions of life and thought. The Federation is no longer the only international student organization in the field; moreover, in addition to student organizations, Churclie-s. Youth Movements and other various movements command a share of the attention of the student world: hence puzzling problems of relationship and co-operation.

Let us give humble and hearty thanks : -- : -—

For the Meeting of the General Committee at High Leigh; for the longing there revealed for unity and fellowship: above all, for the Presence and"Guidance of Almighty God.

For the good work accomplished everywhere by our secretaries, and especially for the drawing closer into our fellowship of isolated Movements through the visits of Dr Mott, Mr Hurrey, and Monsieur Henriod to the Near East, Australasia, and South Africa.

For the new Student Christian Movements in Gj-eece, Jamaica, and amongst the women students in Korea.

For all Movements and members who are standing • last in tribulation, anguish, peril, famine, imprisonment, and in the face of death.

For the abundant answer of God to the faith in which the European Student Relief was undsrtaken; for the love and fellowship generated throught it, and especially for the E.S.R. Conference at Schloss Elmau.

For the awakening of missionary zeal and love in many Movements; and especially for the results of the "student •\^olunteer Convention, Indianapolis, U.S.A.

For the blessing of God on all this year's efforts for student evangelism, particularly on the work for Russian student refugees; for the increasing recognition of the claims of the Christian Gospel by students in India.

For many victories over national and racial prejudice and" distrust; and for courage and persevei-ance manifested by our Movements in facing the social, national, or i-acial problems of their own land.

Let us join in Intercession: —

For the Movements newly admitted into affiliated or corresponding membership, in Hungary, the Philippines, Bulgaria, and Roumania: that they may be strengthened to do their special share in the task of the Federation.

For a Baptism of wisdom, power and love for aU our secretaries and for the members of the Executive and General Committees; for the work of our Oriental secretary in Europe, America and Asia, that the fullest contribution may thereby be given by East to West and 'West to East.

For Student Christian Movements amongst African students in Africa and elsewhere.

For all Student Christian Movement work carried on amongst students in Moslem lands.

For an increased offering of life to meet urgent missionary calls, and for the special blessing of God on the International Missionary Conference, Manchester, England, January 1925.

That God will call and prepare for their work, the leaders we so sorely need.

That the serious financial position of many Movetments may berelieved, and that no call of God to the Federation may go unanswered through lack of courage, resource, and sacrifice in financial work.

For light on the methods of Bible study which can meet the spiritual needs of the present student generation in different lands. For the literature of the Federation and of all the National Movements; and for aUe editors and publication secretaries.

That the many students who recognize the beauty of the Gospel message may be led on to reahze in Jesus the fulness of a Saviour's power.

Men vergeve voor dezen keer. het Engelsch. .lis do voorgangers, uit eerbied voor de breedte van dit werk tn dö diepte van de hier geopende perspectieven, besluiten aan den oproep tot gebed gehoor te geven, zullen de niet-Engelsch-verstaande lezers vanzelf wel a.s. Zondag in hoofdzaak begrijpen, wat hier staat. En zoa niet, er is Maandag wel altijd iemand in de buurt, die vertalen kan voor de ooren van allen, die weten willen, of de zaak van de christen-studenten over de heelewereld een Nederlandsch gebed waard is, ja, dan neen, een gebed in elk geval krachtens „het ambt aller geloovigen".

Ploegen op rotsen?

De Geref. Kerkb. v. Hillegom beschikt over, als ik 't wel heb, een medewerkster voor de Zending, die alle kranten jaloersch kan maken. Herhaaldelijk gaf ze frissche stukken. Hier volgt een artikel, dat haar schrijftrant goed typeert:

Hij is een echte Mohammedaan, die H a r o e a al Ra s ch id. Zijn heele voorkomen heeft iets 'scherps en fanatieks, niets is soepel of buigzaam. Het bruine gezicht met de glinsterende kraaloogjes en de vooruitstekende jukbeenderen; de vastberaden mond met de smalle lippen en de minachtende trek, die er' drie kwart van den tijd omheen speelt, het glanzend witte „toetoch pak" stijf gesteven en gestreken — 't is alles even onbuigzaam en strijdlustig. Daarbij is hij lenig als een kat en sluw! als een vos.

Zijn vader en moeder zijn beiden in Mekka geweest — daarom behandelen zijn klassegenooten hem met een weinig onderscheiding. Vol trots schreef hij onlangs op zijn schrift:

Haroen al Raschid.

Zoon van H. Maisaro.

Taal

En toen ik hem vroeg, wat die H. beteekende (je denkt onwillekeurig aan een HoUandschen voorinaam: Hendrik of Hannes!) toen kwam het er vol trots uit: „Mijn vader en moeder zijn heiden H a d j i, omdat ze in Mekka geweest zijn. Dat mogen ze nu voor hun naam schrijven".

Maar toen ik vol belangstelling naar den tocht informeerde, bleef hij. zoo gesloten als een bus. Hij was niet van plan, om zijn kostelijke parelen voor de zwijnen te werpen! Het eenige \vat ik hoorde was, dat ^e een mooi huis in de kampong bewoonden, beter dan al hun kennissen en familieleden. En Hadji Maisaro behoefde niet meer tewerken, de geloofsgenooten zorgden voor zijn onderhoud.

Onlangs bleef Haroen een week thuis. Ik nioet eerhjk bekennen, dat het me niet speet, dat critische, fanatieke gezicht ta moeten missen. Na acht dagen verscheen hij weer.

„Waar ben je geweest? "

„Ziek geweest."

„Wat scheelde er aan? "

„Besneden". — (Meneer gebruikt niet meer wooi-den, dan hóóg noodig is.)

Nu staat in hun adat, dat een jongen, die besneden is, zijn speeksel niet mag doorslikken. Evenmin als dat in de Poeassa (Vastenmaand) inaig, gebeuren. Dian zit zoo'n heele maand (ik lieb het gelukkig nog niet meegemaakt!) de helft van do jongens met een jjupidoor in hun kastje. En beurt om beurt duikt er één onder dfc bank, en hoor je een onsmakelijk gerochel. Dat komt nu weer alleen voor op een Holl. Inlandsche School!

Maar van dat alles wist ik niets af — 't was zelfs nog nieuw voor me, dat zoo'n jongen besneden moest worden

't Was rekenles. Ik was druk aan het bespreken en verklaren, hoe men den G.G.D. van twee getallen ko-n vinden, toen Haroen ineens uit zijn bank vloog, en buiten iets uitspuwde.. Vijf minuten later gebeurde het weer, na tien minuten weer. Nu ben ik niet gewend, om bij die groote jongens op alle slakken zout te leggen. Als ze maar stipt gehoorzamen, behoeven ze niet voor elke onnoozele boodschap hun vinger op te steken..

Ik ging bij het Hoofd om inlichtingen vragen, en die vertelde me, w^at in de „adat" geschreven stond.

Maar wat ik ook door de vingers zie, ik ben niet van plan, om op een Christel ij ke School Mohammedaansche gebruiken toe te laten. En ik verbood kort en goed dat gevlieg naar buiten om de vijf of tien minuten. .Een volgenden keer konden wel tien jongens tegelijk besneden zijti, en dan zou je de klas wel in een duiventil kunnen herscheppen.

Haroen dacht er echter niet over, om Mohammed's bevelen ook maar één keer te overtreden. In de Pauze zat hij. ijverig scheepjes van papier te maken, die als „cuspidoor" moesten dienen. En na de Pauze dook de jongen telkens onder de bank, en verwijderde daar het overtollige speeksel.

Ik heb hem ook dat verboden. Misschien heb ik er verkeerd aan gedaan — 't kan zijn. Maar laat zulke hadji's hun kinderen dan op een Mohammedaansche school sturen — daar kunnen zulke gebruiken geëerbiedigd worden. Alleen omdat onze school zoo goed staat aangeschreven, en de jongens na zes jaar met een verklaring van het Hoofdj der Schooi overal toegang verkrijgen, ja zelfs van toelatings-examens vrijgesteld worden — alleen daarom komen zulke jongens bij ons op school.

De uitwerking van mijn verbod verraste mij.-Het kleine, fanatieke Mohammedaantje pakte zijn boeken bij elkaar, ham zijn tascli onder zijn arm.

en — verdween met èen vastberaden om do dunne saamgeknepen lippen. uitdrukking

Ik heb Haroen ai Raschid niet meer terug gezien — zelfs nooit meer i-ets van bem vernamen na dien tijd!

En als men bedenkt, dat alle ialandsche schoten in Batavia propvol zijn, dat er geen enkele leerling meer wordt aangenomen, dan staat' men versteld over zooveel fanatisme. T'e moor, waar de inlandsche jongens tot geen examen worden toegelaten, als ze niet ecnc gunstige verklaring vati het Hoofd der School kunnen overleggen.

Ik heb wel vogels van diverse pluimage in mijn kla, s. Batakkers en Chineezen, Soendaneezen en Ambonncezen, Maleiers en Javanen, Menadoncezen en Boegiueczen — allen zitten broederlijk naast eikaar.

Een klein staaltje van Chineesche slimheid.

De Chinees is verplicht, om niet alleen zijn vrouw eii kinderen, maai-zijn heele familie te onderhouden. Eat schrijft z ij n godsdienst hem nu weer voor.

Al bezit een Chinees maar drie kamertjes in zijn heele huis — ge vindt er den grootvader on tie grootmoeder van den man zoowel als van de vrouw, den vader en de moeder, schoonpapa en schoonmama, de respectievelijke ooms, tantes, neven, nichten enz. Om dan vooral het gezin zelf niet te vergeten. Alles hokt en krioelt en kijft dan in één kamertje bij elkaar.

De rijke Chineezen (en Batavia telt er heel wat!) laten groote huizen met tien tot twintig kamers bouwen, om hun heele familie te kunnen herbergen. '

Ik was twee dagen „Hoofd", omdat mijn patroon naar een salarismeeting in Bandoeng moest. Daar doen we in Indië ook al aan!

Daar verscheen den two-eden morgen een allerliefst Chineesch vrouwtje met keurige goudgelalcte muiltjies — een prachtige sarong en rijk met kanten versierde kabaja. Het zware, gitzwarte haar (met klapperolie mooi glanzend gemaalrt) was in èen dikke wrong op het hoofd vastgemaakt en twee gouden spelden schitterden in de Oosterzon.

Een groote Chineesche jongen diende als tolk, want Chineesch versta ik nog minder dan Maleisch.

Ze toonde de kwitantie van het schoolgeld f9.87 (leermiddelen inbegrepen — die worden hier door de leerlingen zelf bekostigd).

„Wil nona daar f 19.87 van maken? "

Ik, hoogst verwonderd: „Waarom? "

En toen kwam de uitlegging. Haar schoonmoeder betaalde het schoolgeld van al haar kleinkinderen. En als nona er nu tien gulden bij op schreef, en een aantal leermiddelen verzon, die de 'jongen had moeten koopen, dan zou zij van schoonmama tien gulden Ie vee'l ontvangen, en die in haar eigen zak steken!

Ik stond even pal'. 'Toen betuigde ik haar, dat ik zooiets beslist niet wou doen, en poogde aan haar verstand te brengen, dat het gemeene bedriegeriji was.

Teleurgesteld ging het Chineesche vrouwtje weg. Z ijl vond zooiets alleen een staaltje van slimheid en zag het kwaad er absoluut niet van in

Schrijfster is W. V. te 'Weltevreden.

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 14 november 1924

De Reformatie | 8 Pagina's

PERS-SCHOUW.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 14 november 1924

De Reformatie | 8 Pagina's