GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

Bekijk het origineel

Generale Synode te Groningen.

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Generale Synode te Groningen.

36 minuten leestijd Arcering uitzetten

Zevende zitting.

De zitting wordt geopend met het zingen van Ps. 33:11, waarna de praeses voorgaat in gebed.

Appèl nominaal wordt gehouden. Hierbij blijkt, dat Oud. J. W. Baas niet meer aanwezig is. In zijn plaats'is ter Synode Oud. F. W. Wielenga, van Apeldoorn, die door opstaan instemming betuigt met de belijdenisschriften.

De acta van de zesde zitting worden gelezen en vastgesteld.

Nadat Ds A, . Schweitzer gelezen heeft het rapport van Deputaten Art. 13 ICO. (Emeriti), in welk rapport ook wordt besproken het voorstel van de Particuliere Synode van Overijsel over deze materie, rapporteert Prof. Grosheide over dit rapport.

De conclusies van dit rapport zullen eerst worden gedrukt en aan de leden der Synode toegezonden, eer zij in behandeling komen.

Ditzelfde wordt ook besloten met betrekking tot de conclusies van een rapport dat door Ds H. Meijering wordt uitgebracht, waarin behandeld worden enkele dingen, die ook in 't rapport van Deputaten Art. 13 werden besproken, maar waarover door Prol. Grosheide niet was gerapporteerd.-Op voorstel van de rapporteerende commissie wordt besloten, wat betfeft dit punt, ook te laten drukken, wat de minderheid in de commissie wilde.

Ds J. L. Schouten rapporteert namens Commissie I over een bezwaarschrift van den heer A. F. te Z., waarin deze zich bezwaard verklaart over de uitschakeling van Genesis I in de beslissingen, door de Synode van Assen genomen.

Door de commissie werd voorgesteld aan A. F. te Z. te berichten : '

I. dat de Synode te Assen onderscheidene malen heeft uitgesproken, waarom Genesis I door haar niet in behandeling kan worden genomen (Acta Voortgezette Buitengewone Synode art 292—295, 341, 367, 378. Bijlage LUI):

II. dat in zijn schrijven geen voldoende gronden worden aangegeven waardoor de Synode thans tot behandeling van Genesis I zou behooren over te gaan, te meer omdat hij nalaat zijn beweringen omtrent de gevoelens van bepaalde personen te bewijzen.

Conform besloten.

Ds J. L. Schouten rapporteert verder over een bezwaarschrift van P. B. te L. Z., waarin deze bij de Synode in appèl komt tegen een besluit van zijn Kerkeraad.

De commissie stelde voor, aan P. B. te berichten, dat zijn appèl niet ontvankelijk is, omdat het, naar den onder ons geldenden regel, eerst op de mindere vergaderingen behoort te dienen, en er geen afdoende reden is, om in dit geval van dezen regel af te wijken.

Aldus besloten.

Oud. Ds L. Bouma rapporteert namens Commissie I over een bezwaarschrift van Br. H. D. P. te H.

De conclusie, die de commissie voorstelde, luidt:

Uwe Commissie waardeert, dat de leden der Kerk gehoor geven aan de vermaning om het goede van Sion te zoeken en op elkander acht te geven en als zoodanig kan zij aan dit schrijven een goed hart toedragen, doch zij ontraadt uwe vergadering om op dit schrijven in te gaan, wijl het daartoe te algemeen is en het geen feiten noemt, welke een zoodanige behandeling door deze Synode zouden kunnen rechtvaardigen.

Conform besloten.

Oud. R. Dijkstra rapporteert namens Commissie IV over een bezwaarschrift van de Brs. J. B. en J. C. de R. te Zuilen, tegen een besluit van de Particuliere Synode te Utrecht inzake hun kerkelijk meeleven met de kerk van Zuilen.

De commissie adviseert:

Ie. het verzoek dezer broeders om bij Utrecht te mogen inwonen niet toe te staan; aangezien in dit geval geen grond aanwezig is om elders in te wonen;

2e. uit te spreken, dat bij opbloei van Zuilens kerk de grensregeling tusschen de kerken van Utrecht en Zuilen dient herzien te worden.

Aldus besloten.

Prof. Dr H. Bouwman rapporteert namens Commissie IV over het voorstel van de classis Harderwijk, doorgezonden door de Particuliere Synode van Gelderland:

Aangezien de uitspraak van de Synode van Utrecht 1905, Art. 14, en die van de Synode van 's-Gravenhage 1914, Art. 140, meermalen leidt tot het voortdurend vermanen en afhouden van het Heilig Avondmaal, overwege de Generale Synode of dit voortdurend vermaan, zonder dat met kerkelijke tucht wordt voortgegaan, te handhaven is.

Eveneens was hierbij aan de orde het volgend punt:

De Particuliere Synode van Zuid-Holland (N. G.), constateerende de moeilijkheid inzake de kerkelijke censuur door de uitspraak der Generale Synode van 1914, Art. 140 Acta, verzoekt de Generale Synode een gedragslijn aan te wijzen, waardoor deze moeilijkheden worden weggenomen.

Over dit punt werd een uitvoerige discussie gevoerd, die in de namiddagzitting werd voortgezet.

De middagzitting werd geopend met het zingen van Ps. 43:3.

De Commissie stelde te dezen aanzien voor:

dat de Generale Synode aan het verzoek van de classis Harderwijk en van de Part. Synode van Zuid-Holland (Z. G.) niet kan voldoen, en stelt uwe vergadering voor, met handhaving der bepalingen van Middelburg 1896, Utrecht 1905, en 's-Gravenhage 1914, dienovereenkomstig te besluiten.

Ds Schouten van Amsterdam stelde voor:

De Synode, gehoord de discussie, besluit Deputaten te benoemen ten einde de volgende Synode van rapport en advies te dienen inzake de voorstellen van de Part. Synodes van Gelderland en Zuid-Holland (N. G).

Nadat het voorstel van Ds Schouten is verworpen, wordt het voorstel der commissie z. h. s. aanvaard.

Oud. Ch. Dixon rapporteert namens commissie V over het punt: deelname aan een Zendingstentoonstelling tijdens de Olympiade 1928.

De commissie stelde voor:

a. de door Deputaten in deze zaak aangenomen houding goed te keuren;

b. aan de te benoemen Deputaten voor de Zending op te dragen ter zake eener eventueele Zendingstentoonstelling, onder verantwoordelijkheid aan de volgende Generale Synode, te handelen zooals zij gewenscht zullen achten.

^^ervolgens rapporteert öud. Dixon over het bijwonen van conferenties inzake de Zending door Deputaten voor de Zending.

De commissie stelde voor:

• De Synode besluite:

a. dat zij prijs stelt op het bijwonen van Conferentiën als bedoeld ;

b. dat de Gereformeerde kerken echter niet als lid tot den genoemden Missionsbond kunnen toetreden, om het verschillend standpunt der samenstellende deelen;

c. dat zij bereid is een billijk aandeel in de kosten bij te dragen;

d. den Deputaten dank te zeggen voor hunne bemoeiingen. Aldus besloten.

Oud. Dixon rapporteert voorts betreffende audiënties van de Zendingsdeputaten bij nieuwe Ministers van Koloniën en een nieuwen gouverneur-generaal.

De commissie stelde voor:

De Commissie, dankbaar erkennende de welwillendheid en belangstelling, betoond door leden der Hooge Regeering", stelt uwe vergadering voor, de handelingen uwer Deputaten in dezen goed te keuren.

Ds J. G Kunst rapporteert over het Zendingsconsulaat.

Te dezen aanzien stelde Commissie V voor:

1. de handelingen der deputaten ter zake van het Zendingsconsulaat dusver verricht, goed te keuren;

2. aan de te benoemen deputaten voor de Zending onder heidenen en Mohammedanen op te dragen de aansluiting van de Zending der Geref. Kerken aan het Zendingsconsulaat alsnog te bestendigen, zoolang die aansluiting

a. geen naar hun oordeel al te zware finantieele eischen stelt;

b. geen gevaar oplevert voor behoud van eigen zelfstandigheid der Geref. Zending, inwelk geval zij in overleg zullen treden met de Algemeene Vergaderingen van missionaire arbeiders op, Midden-Java en Soemba over de vraag, of het ook beter is de aansluiting te doen eindigen en daartoe de volgende Generale Synode te adviseeren.

Conform besloten.

Ds W. Breukelaar rapporteert namens Commissie V allereerst over de opleidingsschool te Djocja.

De commissie stelde de volgende conclusies voor:

De Generale Synode besluit:

1. dank te zeggen aan Br. J. P. Zuidema voor al den gewaardeerden arbeid, dien hij zoo tal van jaren in den dienst der Zending op Midden-Java heeft verricht;

2. uit te spreken hare dankbare waardeering voor den gezegenden arbeid der docenten Ds D. Bakker en Dr F. L. Bakker:

3. ingenomenheid te betuigen, dat op zoo weinig kostbare wijze de reorganisatie der opleidingsschool en hare vestiging in daarvoor zeer geschikte gebouwen tot stand is gekomen;

4. goed te keuren de voor den tweeden docent Dr F. L. Bakker voorgestelde tracteraents-en pensioenregeling;

5. aan de te benoemen deputaten voor de Zending op te dragen na overleg met de docenten der Opleidingsschool en na ingewonnen advies van de afzonderlijke vergadering van missionaire predikanten op Midden-Java de instructies voor den eersten docent te herzien en voor den tweeden docent een instructie vast te stellen:

6. goed te keuren, dat de Javaansche cursus wordt bestendigd en het leerplan voor dezen'cursus worde gewijzigd .en uitgebreid en dat het leerplan van den HoU. cursus is veranderd;

7. bizondere waardeering te betuigen voor de milde bijdrage, die bij gelegenheid van het jubileum der Zending te Djocja door de vrienden onzer "Zending in Indië is bijeengebracht en gestort in het studiefonds der opleidingsschool;

8. dank te zeggen aan de afzonderlijke vergadering van Miss. dienaren des Woords voor haren arbeid in het belang der opleidingsschool :

9. goedkeuring te hechten aan de handelingen van de deputaten voor de Zending inzake de opleidingsschool en hen te dechargeèren van hun finaiicieele besognes. Aldus besloten.

Ds Breukelaar rapporteert vervolgens betreffende de Keucheniusschool te Djocja.

De commissie stelde de volgende conclusies voor:

Ie. de handelmgen van de deputaten voor de Zending inzake de Keucheniusschool goed te keuren;

2e. waardeering uit te spreken dat op zoo bevredigende wijze is voorzien in de behoefte aan betere gebouwen voor de Keucheniusschool ;

3e. dank te betuigen aan Br D. Koelewijn voor al den gewaardeerden arbeid door hem als directeur der Keucheniusschool verricht;

4e. goedkeuring uit te spreken over de benoeming van br J. A. Wiggers tot directeur der Keucheniusschool en hem dank te zeggen voor al zijn arbeid;

e. goed te keuren de instructie voor den directeur zooals die door de deputaten is vastgesteld;

6e. instemming, uit te spreken met de voorloopige loslating van het plan tot oprichting eener tweede Normaalschool;

7e: dank te zeggen aan den Raad van Toezicht en aan de Algemeene Vergadering voor al huimen arbeid in het belang der Keucheniusschool; '

8e. de deputaten voor de Zending te dechargeeren voor de door hen genomen financieele beslissingen op de Keucheniusschool betrekking hebbende.

Aldus besloten.

Ds W. Breukelaar rapporteert voorts over het verleenen van steun aan den Zendingsstudieraad.

De commissie stelde voor:

1. de handelingen van de Deputaten voor de Zending inzake den Zendingsstudieraad goed te keuren;

2. aan de te benoemen Deputaten voor de Zending op te dragen telken jare op daartoe strekkend verzoek voor zoover hun dit billijk zal blijken, den Zendingsstudieraad te steunen met eene bijdrage uit de Generale Kas tot ten hoogste drie honderd gulden.

Aldus besloten.

Ds W. Breukelaar rapporteert vervolgens over een verzoek van de Zendingsactie onder de Studenten aan de V. U.

De Synode besluit:

1. uit te spreken, dat naar haar oordeel aan het verzoek om „den stoot te geven" tot voorziening in de behoefte aan voldoende zendingsonderwijs, genoegzaam is voldaan door haar besluit inzake een „betere vooropleiding" genomen;

2. aan de te benoemen deputaten voor de zending op te dragen op daartoe strekkend verzoek en zoolang dit naar hun oordeel gewenscht zal zijn, in het belang van de Zendingsstudie onder de studenten van de Theol. School en van de Vrije Universiteit tot aan de volgende Generale Synode uit de Generale kas een bijdrage te verleenen tot een bedrag van ten hoogste ƒ 75 per jaar voor elke inrichting en wel onder bepaling dat:

a. telken jare een rekening worde overgelegd van wat met deze gelden is gedaan,

b. de aangekochte literatuur eigendom zij van de zendingsafdeeling der bibliotheek van de Theol. School en van de Vrije Universiteit.

• 3. Van dit besluit kennis te geven aan het bestuur der „Zendingsactie" onder de studenten aan de Vrije Universiteit. Conform besloten.

Ds Breukelaar rapporteert over het voorstel van de Particuliere Synode van Zuid-Holland (N. G.) :

De Generale Synode wijzige art. 25 Z. O. in dezen zin, dat de bijdragen voor de Generale Zendingskris voortaan gestort worden door de, respectieve Zendingsressorten, met dien verstande, dat naar mate een Zendingsressort zwaarder belast is voor eigen Zending, het procentsgewijze minder bijdraagt voor de Generale Zendingskas en naarmate het minder zwaar belast is, het procentsgewijze meer bijdraagt voor de Generale Zendingskas.

De Synode besloot op voorstel der commissie tot afwijzing van dit voorstel, doch tegelijkertijd aan deputaten van de Zending op te dragen te overwegen of het ook gewenscht zou kunnen zijn, verandering aan te brengen in Art. 25 Z. O.

Ds Breukelaar rapporteert over een bezwaarschrift van Zr. A. T.—G. te K.

De commissie concludeerde:

De Synode, kennis genomen hebbende van het bezwaarschrift van Zr. A. T.—G. en van het schrijven van A. T. te K., besluit eene commissie te benoemen van drie personen om deze zaak te onderzoeken en zoo mogelijk te beëindigen.

Aldus besloten.

Prof. Dr J. Waterink rapporteert over de kerk van Soerabaja.

De commissie stelde voor:

Ie. aan de te benoemen deputaten voor de Zending onder Heidenen en.Mohammedanen aan de Kerk van Soerabaja, inzonderheid met het oog op het emeritaatspensioen van Ds Pera, uit te keeren een jaarlijksch subsidie van ten hoogste ƒ900, gedurende de jaren 1928—1930, telkens over het voorafgaande jaar, na en naar gebleken behoefte;

2e. te besluiten de kwestie als afgedaan te beschouwen.

Aldus besloten.

Tenslotte rapporteert Prof. L. Lindeboom over het verzoek van samenwerkende Kerken van Amsterdam en omgeving, om den arbeid der Evangelisatie tijdens de Olympische Spelen 1928 moreel en finantieel te steunen.

De voorgestelde conclusies werden als volgt aanvaard:

1. haar ingenomenheid met den voorgenomen arbeid der zeven kerken uit te spreken zonder te treden m beoordeeling van regeling, leiding en toezicht, die geheel overlatend aan de zorg en verantwoordelijkheid dier kerken;

2. al de kerken op te wekke: " met krachtigen, geestelijken en financieelen steun deel te nemen in dit veelomvattend werk op de wijze door de commissie van uitvoering voorgesteld.

3. dit te doen door een woord van opwekking te zenden aan de kerkeraden en afschrift daarvan aan onze kerkelijke bladen met verzoek om plaatsing en aanbeveling;

4. van dit besluit kennis te geven aan de adresseerende commissie van uitvoering.

Besloten wordt, aan Ds B. van Schelven morgen het volgend telegram te zenden:

De Generale Synode van Groningen wenscht u met uw achtste kroonjaar op den dag van heden van harte geluk en bidt u Gods rijken zegen toe. Moge de avondstond van uw leven overgoten zijn van het licht van Gods vriendelijk aangezicht.

DIJK, Praeses.

KEIZER, Scriba.

Gezongen wordt Gebed des Heeren vs. 3, waarna de praeses voorgaat in gebed en de zitting wordt verdaagd tot Dinsdagmorgen 9 uur.

Achtste zitting.

De zitting van Dinsdagmorgen wordt geopend met het zingen van Psalm 84:1 en 6, het lezen van Jesaja 62:1—7 en gebed.

App'l'l nominaal wordt gehouden, waarbij blijkt, dat van de prae-adviseerende leden Prof. Dr H. Bouwman .ontbreekt, omdat hij heden jarig is. Van de ouderlingen ontbreekt de heer A. Muys van Rotterdam, terwijl zijn secundus, oud. J. C. Diepenhorst van Strijen, bericht van verhindering zond. Afwezig was ook oud. P. Rij'.dijk van Sliedrecht. Voor ISFoord-Brabant en Limburg is aanwezig de tertius-oud. M. J. van Oordt van Werkendam; voor Noord-Holland de secundus-ouderling D. L. Harms van Hoorn, terwijl gearriveerd is de derde afgevaardigde van de Classis Batavia, oud. R. Sloot Jzn. van Magelang. De drie laatstgenoemden betuigen door opstaan instemming met de belijdenisschriften der Geref. Kerken, terwijl de voorzitter oud. Sloot in het bizonder welkom heet en den wensch uitspreekt, dat zijn aanwezigheid hier moge strekken tot versterking van den band Nederland—Indië en Indië—Nederland. Verder wenscht de voorzitter Ds Ploos van Amstel geluk met diens verjaardag op.gister en bidt hem sterkte toe bij zijn verderen arbeid.

Vervolgens worden door den Isten scriba gelezen de acta van de zitting van Vrijdag. Ze worden vastgesteld.

Artikel XIII ICO.

In de zitting van Vrijdag heeft Prof. Dr F. W. Grosheide namens de betrokken commissie gerapporteerd over het rapport van Deputaten ad art. XIII K.O., waarna besloten werd de conclusies te doen drukken en rond te deelen, om in de zitting van heden verder te behandelen. Met deze zaak wordt nu voortgegaan.

Over deze zaak wordt zeer breed gediscussieerd.

Ook in de middagzitting, geopend met het zingen van Ps. 139:14, wordt deze discussie voortgezet.

Tevens zijn hierbij ter sprake gekomen de conclusies inzake pensioenen voor predikantsweduwen.

Tenslotte wordt besloten de zaak van de weduwenpensioenen nogmaals naar de commissie te zenden om nader advies.

Van Ds B. van Schelven komt een telegram in, waarin hij de Synode dank zegt voor den telegrafischen gelukwensch op zijn SOsten verjaardag.

De conclusies inzake art. XIII K.O. worden hierop als volgt vastgesteld:

De Generale Synode, kennis genomen hebbende van het Rapport der Deputaten van de Generale Kas tot steun der verzorging van Emeriti-Predikanten, Predikantsweduwén en - weezen aan de Generale Synode van de Gereformeerde Kerken in Nederland, vergaderd te Groningen 16 Augustus 1927 en volgende dagen, besluit:

1. Deputaten ad Art. XIII D. K. O. haar bijzonderen dank te betuigen voor den gewichtigen en uitgebreiden arbeid in de verloopen periode ten dienste van de Kerken verricht en, als ook het finantiëele beheer zal zijn goedgekeurd, te déchargeeren;

2. haar bijzonderen dank te betuigen aan br. H. Brink te Bellen, die gedurende lange jaren als Deputaat ad Art. XIII ten dienst der Kerken werkzaam was;

3. nieuwe Deputaten te benoemen voor de Generale Kas tot steun der verzorging van Emeriti-Predikanten, Predikantsweduwen en - weezSi en hun op te dragen de bestaande regeling en de door deze Synode inzake Art. XIII genomen besluiten uit te voeren;

4. de vraag, of het ook mogelijk is, dat er een weg gevonden wordt, dat oudere Dienaren des Woords, zonder verlaging van hun pensioensgrondslag, kunnen beroepen worden naar kleinere gemeenten, aldus te beantwoorden:

1. het staat elke kerk vrij, zoo haar bejaarde predikant een beroep naar een kleinere gemeente wenscht aan te nemen, met deze kerk zoodanige financiëele stipulaties te treffen, waardoor wordt overeengekomen :

a. dat eerstgenoemde kerk aansprakelijk blijft voor bet eventueel uit te keeren pensioen;

b. dat dit pensioen berekend zal worden naar het traktement, dat de predikant bij eerstgenoemde kerk genoot;

2. kerken, die onder elkander financiëele verplichtingen hebben aangegaan, teneinde zich .te verzekeren voor de eventueele verschuldigde pensioenen, kunnen aan de getroffen overeenkomst de volgende bepaling toevoegen:

„In geval een bejaard predikant, die een der samenwerkende kerken dient, een beroep aanneemt naar een andere der samenwerkende kerken, dan zal zijn eventueel pensioen, zoo hij bij zijn emeriteering nog aan een der samenwerkende kerken verbonden is, berekend worden naar het hoogst genoten .traktement";

5. de vraag, of het noodzakelijk is, dat door de Generale Synode uitgesproken wordt, dat ook een kerkeraad met zijn predikant kan overleggen dat hij bij 40-jarigen diensttijd of 70-jarigen leeftijd geëmeriteerd wordt, ontkennend te beantwoorden;

6. de vraag, of aan de zaak der volle weezen genoegzame aandacht wordt gewijd, bevestigend te beantwoorden;

7. aan de nieuw te benoemen Deputaten op te dragen in correspondentie te treden met de Classis Batavia over die punten, die tengevolge van haar toetreden als Particuliere Synode nader geregeld dienen te worden, en inmiddels uit te spreken:

a. dat voor de naleving van Art. XIII D. K. O. voor de Classis Batavia in principe dezelfde regeling zal moeten gelden, welke door de Generale Synode van Utrecht 1905, aanbevolen is;

b. dat de Classis Batavia ook ten opzichte van de Generale Kas naar Art. XIII D. K. O. in dezelfde verhouding, wat haar rechten en verplichtingen betreft, zal staan als een Particuliere Synode in Nederland;

8. het percentage voor de Classis Batavia te stellen op 1 pet.; 9. het recht op pensioen aan de Dienaren des Woords bij de Indische Kerken toe te kennen, wanneer zij 25 Indische dienstjaren hebben vervuld, alsook wanneer zij den leeftijd van 55 jaren hebben bereikt en minstens 15 jaar de kerken in Indië hebben gediend;

10. de pensioenen in het vorige lid bedoeld te berekenen volgens de bepaling van de regeling van Utrecht 1905 naar het Indische traktement, met als maximum ƒ3500;

11. aan de bepalingen sub S, 9 en 10 geen terugwerkende kracht te verkenen;

12. voor de berekening van het pensioen van predikanten, die een tijdlang een Indische kerk hebben gediend, de in Indië doorgebrachte jaren dubbel te laten gelden, mits minstens 10 volle Indische jaren een of meer Indische kerken gediend zijn;

13. de percentagecijfers voor het vervolg aldus vast te stellen: Groningen 12J^ pet., Friesland N. G. 8 pet., Friesland Z. G. 6 pet., Drente 4 pet., Overijsel 7 pet., Gelderland 7 pet., Utrecht 6 pet., Noord-Holland 12H pet., Zuid-Holland N. G. 12 pet., Zuid-Holland Z. G. 16 pet., Zeeland 5/4 pet., Noord-Brabant en Limburg 2i4 pet., Classis Batavia 1 pet.;

14. aan de Particuliere Synode van Friesland-Noord te verzoeken, alsnog ƒ 1400 te willen storten in de Generale Kas tot steun der verzorging van Emeriti Predikanten enz.;

der verzorging van Emeriti Predikanten enz.; 15. aan de Particuliere Synode van Overijsel te berichten, dat aan haar verzoek voldaan is, voorzoover het betreft predikanten, die een beroep aannemen naar een kerk, die behoort tot hetzelfde ressort van samenwerkende kerken als die, waarin zij dienden, doch dat het te veel bezwaren met zich brengt een regeling te treffen, die tengevolge zou hebben, dat een Dienaar des Woords een beroep zou kunnen aannemen naar een kleine gemeente, waar dan ook gelegen, zonder daarbij ooit in pensioen-grondslag achteruit te gaan.

Deputaten worden gedechargeerd voor hun financieel beheer. Ds J. L. Schouten rapporteert namens de commissie over een schrijven van de zrs. C. en J. E. B. te 's-Gr., waarin zij er op aandringen de mogelijkheid van hereeniging, geboden door het Getuigenis van de Geref. Kerk in het Hersteld verband, te aanvaarden. ^

De commissie stelde voor aan deze zusters te berichten, dat de Synode, tot haar leedwezen, aan het verzoek niet kan voldoen, omdat de mogelijkheid tot hereeniging niet - in overweging kan worden genomen zoolang de bedoelde Kerkengroep zich principieel tegenover de op Schrift en Belijdenis gegronde beslissingen van de Synode te Assen blijft stellen.

Aldus besloten. Ds Schouten rapporteert nader over een adres van de vereeniging „Woord en Geest" te Zaandam.

De commissie stelde voor dit schrijven voor kennisgeving aan te nemen, aangezien de Synode op een dergelijk verzoek van een vereeniging, welker statuten haar onbekend zijn, naar aanleiding van een publicatie van een Bond van bezwaarden, die in zijn officiëele verklaring de leerbeslissing van de Synode van Assen verwerpt, niet kan ingaan.*

Conform besloten.

Voorts rapporteert Ds Schouten over adressen van 20 belijdende leden te Katendrecht.

De commissie stelde voor aan elk van deze broeders en zusters te berichten dat de Synode:

a. Het ten zeersle betreurt, dat, jia alles wat daarover werd geschreven, er nog belijdende leden zijn, die niet inzien, dat de moeilijkheden, welke in onze Kerken zijn ontstaan, niet te wijten zijn aan de beslissingen van de Synode te Assen, maar aan het feit, dat er aan het volstrekt gezag der Heilige Schrift werd tekort gedaan.

b. Moet opkomen tegen de uitdrukking, dat genoemde broeders en zusters „van ons gestooten werden", aangezien deze uit eigener beweging met de Geref. Kerken gebroken hebben, welke breuk door deze Kerken met diep leedwezen werd geconstateerd.

c. Aan het verzoek tot haar gericht niet kan voldoen, omdat elke poging tot hereeniging vruchteloos ; s. zoolang zij die van ons gingen zich principieel tegen de op de Schrift en de Belijdenis gegronde beslissingen van de Synode te Assen blijven stellen.

Aldus besloten.

Aldus besloten. Ds Schouten rapporteert over een schrijven van Br C. R. te D.

De commissie stelde voor aan br. C. R. c. s. te berichten, dat ook de Synode met droefheid is vervuld over de scheuring, die in onze kerken heeft plaats gehad, maar dat zij van oordeel is:

a. Dat pogingen tot herstel niet mogen worden gedaan, zoolang de bedoelde Kerkengroep geen blijk geeft, dat zij principieel van standpunt inzake Schrift en Belijdenis is veranderd.

b. Dat pogingen tot herstel niet kunnen worden gedaan, omdat bedoelde Kerkengroep welbewust positie heeft gekozen en propaganda voert tegen het standpunt door de Geref. Kerken inzake Schrift en Belijdenis ingenomen.

c. Dat het antwoord van den Kerkeraad van Dordrecht in verband met het onder a en b genoemde, juist is te achten. Conform besloten.

Tenslotte rapporteert Ds Schouten over een schrijven van J. V. d. N. c. s. te N. a. Z.

De commissie stelde voor: aan broeder J. van der N. c. s. te berichten, dat elke poging tot hereeniging vruchteloos is, zoolang de Kerken in het z.g. Hersteld kerkverband zich principieel tegenover de op de Schrift en de Belijdenis gegronde beslissingen van de Synode te Assen blijven stellen.

Aldus besloten.

Oud. J. F. Weerstra rapporteert over een schrijven van den heer J. K. van L. te A.

De conclusie luidt:

De commissie, overwegende dat de heer J. K. van L. geen lid is van één onzer Geref. Kerken, stelt voor, dit schrijven niet in behandeling te nemen.

Aldus, besloten.

Ds H. de Bruyn rapporteert namens Commissie IV nader over het optreden van predikanten en candidaten van buitenlandsche kerken.

De conclusies worden na eenige bespreking als volgt aanvaard: De Generale Synode, overwegende dat van predikanten en candidaten tot den H. Dienst uit buitenlandsche kerken, met welke de Geref. Kerken in Nederland in correspondentie staan, geen mindere waarborgen dienen gevraagd te worden als van onze eigen predikanten en candidaten, besluit te bepalen:

lo. Predikanten eii candidaten tot den H. Dienst uit buitenlandsche kerken, die met de onze in correspondentie staan, mogen niet in eene der Geref. kerken in Nederland voorgaan, zonder daartoe uitdrukkelijk 'toestemming gevraagd en verkregen te hebben,

en wel op deze wijze:

a. Kerkeraden die predikanten wenschen te laten optreden, die slechts enkele weken in ons land vertoeven, hebben hierover vooraf het advies in te winnen van Deputaten voor de correspondentie met de Buitenlandsche kerken;

b. Zij die voor langeren tijd hier verblijven, hebben zich te wenden tot de classis, waaronder zij tijdelijk ressorteeren, die, na ingesteld onderzoek, hierover beslist.

2o. Het colloquium aangaande leer en wetenschap, waarvan gesproken wordt in Art. 165 der Acta van de Synode te Dordrecht in 1893, zal worden gehouden door de classis, bijgestaan door-de Deputaten naar Art. 49 der Particuliere Synode, en zal inzonderheid' gaan over de kennis der Gereformeerde leer en kerkregeering.

3o. Kerkeraden kunnen'aan hunne leden, die naar buitenlandsche kerken vertrekken, ten allen tijde attestatiën afgeven, welke behooren ingediend te worden bij die kerken, die in belijdenis en kerkregeering aan de Gereformeerde Kerken in Nederland het naast verwant zijn. Het aanvaarden van attestatiën door buitenlandsche kerken afgegeven, staat ter beoordeeling van de kerkeraden, die naar bevind van zaken zullen handelen.

Ds D. P. Koopmans rapporteert namens commissie IV over het verzoek der Particuliere Synode van Utrecht:

De Particuliere Synode van Utrecht, lettende op het in de laatste jaren opgekomen gebruik, dat bij de begrafenis van een dienaar des Woords allerlei toespraken worden gehouden in het kerkgebouw en op het graf, waarin de verdiensten des overledenen buitensporig worden gehuldigd;

oordeelende dat dergelijk gebruik aanleiding kan geven tot een met de Heilige Schrift strijdige menschenvereering; verzoekt de Gen. Synode van Groningen, • dat deze uitspreke, dat • dergelijk gebruik afkeuring verdient en in strijd dreigt te komen met den geest van Art. 65 K. O.

De commissie stelde voor, op dit verzoek niet in te gaan.

Na eenige bespreking aldus besloten.

De eerste scriba las nog voor een hartelijk schrijven van Prof. Dr Sebestijen Jenö, Hoogleeraar aan de Theol. Hoogeschool te

Budapest, Hongarije.

Besloten wordt hem namens de Synode Gods zegen toe te wenschen op zijn arbeid in Hongarije.

Na dankzegging door den Assessor wordt te 4 uur de zitting gesloten.

Negende zitting.

De zitting wordt geopend met het zingen van Ps. 75:1 en 3, waarna de praeses voorgaat in gebed.

Appèl nominaal wordt gehouden. Hierbij blijkt, dat de primusafgevaardigde voor Utrecht, Ds K. Fernhout, heden weer aanwezig is.

wezig is. De acta der vorige zitting worden gelezen en vastgesteld.

De praeses herdenkt, terwijl de Synodeleden zich verheffen van hun zetels, hierna in een enkel woord het feit van den dag, de verjaardag van H. M. de Koningin. Hij stelt voor, aan H. M. de Koningin het volgend telegram te zenden:

De Geref. Kerken van Nederland, in Generale Synode te Groningen vergaderd, bieden Uwe Majesteit op dezen blijden dag haar eerbiedige gelukwenschen aan.

Moge God almachtig Uwe Majesteit en het Koninklijk Huis blijven gedenken in Zijn liefde en trouw, en stelle Hij Uwe Majesteits regeering nog vele jaren tot rijken zegen voor ons volk en land en overzeesche gewesten.

DIJK, praeses.

Prof. Dr A. G. Honig zet in een „Leve de Koningin", dat door de Synode wordt overgenomen, waarna het Wilhelmus de herdenking besluit.

De praeses dankt nog den bloemist voor de attentie, om de tafels'der Synodeleden met oranjebloemen te versieren.

Oud. W. Rozeboom rapporteert namens Commissie III over het „rapport inzake onderlinge steunregeling der kerken ten opzichte van hare diaconale armenzorg", welk rapport is uitgebracht door de deputaten Prof. Dr F. W. Grosheide, Mr A. J. L. van Beeck Calkoen en Ds J. P. Klaarhamer.

De commissie stelde de volgende conclusies voor:

De commissie stelde de volgende conclusies voor: Ie. met den inhoud van het rapport der deputaten inzake onderlinge steunregehng der kerken ten opzichte van hare diaconale armenzorg instemming te betuigen en bij de kerken aan te bevelen;

2e. den rapportetffs, Prof. Dr F. W. Grosheide, Mr A. J. L. van Beeck Calkoen en Ds J. P. Klaarhamer, hartelijk dank te betuigen voor hun uitnemenden arbeid;

3e. van bedoeld rapport en de beslissing der Synode mededeeling te doen aan de e.k. Centrale Diaconale Conferentie.

Na eenige besprelcing werden deze aanvaard onder toevoeging van de derde conclusie op voorstel van den praeses.

863 Oud. P. Rijsdijk rapporteert namens de Commissie inzake Zondagsarbeid in fabrieken.

De Part. Synode van Noord-Holland had te dezen aanzien uitgesproken:

gezien, dat in het werktijdenbesluit voor fabrieken en werkplaatsen 1923 in Art. 38 staat en in het aanhangige voor-ontwerp tot wijziging van dit besluit bleef staan, dat in het drieploegenstelsel voor het continubedrijf „een man arbeid in fabrieken of werkplaatsen mag verrichten op Zondag, hetzij a. tusschen 12 en 6 uur des voormiddags, mits op Maandag de bedrijfsarbeid niet vóór 6 uur des voormiddags begint; hetzij b. tusschen 10 en 12 uur des namiddags, mits op Zaterdag de bedrijfsarbeid niet na 10 uur des namiddags eindigt ";

constateerende, dat hierdoor wel een 24-urige rustdag aan de betrokken arbeiders is verzekerd, maar dat door het sub a bepaalde de Zondagsheiliging wordt geschaad, daar een arbeider in deze bedrijven, die verplicht is tot 6 uur des Zondagsvoormiddags te arbeiden, de morgen-godsdienstoefening verzuimen moet;

verzoekt de Generale Synode bij den Minister van Arbeid stappen te doen, dat het in Art. 38 sub a bepaalde uit het werktijdenbesluit vervalt.

De Part.-Synode van Zuid-Holland (Z. G.) sprak de wenschelijkheid uit, dat de Generale Synode der Geref. Kerken zich wende tot de Hooge Overheid met het verzoek, om met meer kracht de Zondagsrust te bevorderen.

De Kerkeraad van de kerk te Groote Lindt lichtte dit laatste voorstel met een nader schrijven toe.

Na breede bespreking wordt besloten op voorstel van Prof. Hepp, door - verschillende leden overgenomen, het rapport terug te zenden naar de commissie met het verzoek, een meer algemeene conclusie op te stellen.

Ds Tj. Petersen rapporteert namens Commissie III over het besluit van de Part. Synode van Noord-Holland, om in beginsel goed te keuren, dat de kerk van Uithoorn tot de classis Breukelen zal gaan behooren, verleent de gevraagde goedkeuring en besluit hiervan bericht te zenden aan de kerk van Uithoorn, de classis Amsterdam en de e.k. Generale Synode.

De commissie stelde aan de Synode voor, goedkeuring te verleenen aan zoodanige grenswijziging tusschen het ressort der Part. Synode van Noord-Holland en dat der Part. Synode van Utrecht, waardoor de kerk van Uithoorn tot de classis Breukelen zal gaan behooren en alzoo zal vallen binnen het ressort der Part. Synode van Utrecht. , ;

Conform besloten.

Voorts rapporteert Ds Petersen over het verzoek van de kerk van Emmer-Compascuum om voortaan te behooren tot de kerken in Drenthe.

De commissie stelde aan de Generale Synode voor dat deze hare goedkeuring hechte aan zoodanige wijziging der grenzen tusschen hef ressort der Part. Synode van Groningen en dat der Part. Synode van Drenthe, waardoor de kerk van Emmer-Compascuum voortaan behoort tot de kerken in Drenthe.

Conform besloten.

Eveneens rapporteert Ds Petersen over de grensregeling tusschen de Part. Synode van Groningen en Drenthe.

De commissie stelde voor, dat de Generale Synode hare goedkeuring hechtte aan de regeling der grenzen tusschen de ressorten der Particuliere Synodes van Groningen en Drenthe zooals deze hebben verzocht en omschreven is in het Agendum der Generale Synode onder K 4a en 5b.

Aldus besloten.

Tenslotte rapporteert Ds Petersen over de grensregeling tusschen de kerken van Nieuw-Weerdinge en Emmen.

De commissie stelde aan de Synode voor, dat zij hare goedkeuring verleene aan de regeling der grenzen tusschen de kerken Nieuw-Weerdinge (classis Stadskanaal) en Emmen (classis Coevorden) en daarmede tusschen de ressorten der Particuliere Synodes van Groningen en Drenthe, zooals deze hebben verzocht en omschreven is in het Agendum onder K 4b en 5a. Conform besloten.

Oud. R. Dijkstra rapporteert tegen een bezwaarschrift van den Kerkeraad der Geref. Kerk te Loenen a. d. Vecht tegen het besluit der Part. Synode te Utrecht inzake grensregeling met de kerk van Vreeland.

De conclusie der commissie werd na eenige wijziging aldus vastgesteld:

Drie deputaten te benoemen, die deze zaak onderzoeken en zoo mogelijk deze Synode daarover rapporteeren.

Ds A. Pos rapporteert namens Commissie V over de Zending onder de Chineezen.

De commissie stelde de volgende conclusie voor:

De Generale Synode besluite aan de te benoemen deputaten voor de Zending onder Heidenen en Mohammedanen opdracht te verleenen om eenige kerk in Holland of op Java, die voor den Zendingsarbeid onder de Chineezen een missionair-predikant wenscht te beroepen, te steunen met een bedrag tot een maximum van ƒ 4500 per jaar.

Aldus besloten.

Ds Pos rapporteert verder over het Zendingsterrein Wonosobo. De commissie stelde de volgende conclusie voor:

De Generale Synode:

a. spreekt uit, dat op grond van den historischen band tusschen de Geref. Kerken in Nederland en het Zendingsterrein Wonosobo, en de kansen voor de Zending aldaar, Wonosobo een behoorlijke verzorging dient te ontvangen;

b. adviseert, dat Delft aan eenige kerk, die bereid, is Wonosobo over te nemen, dit terrein overdrage met al wat aan eigendom der Zending zich in Wonosobo bevindt of op 16 Januari 1922 zich bevond, en tevens die kerk gedurende een nader te bepalen aantal jaren steune met een geleidelijk afnemend bedrag, het eerste jaar gelijk aan wat thans jaarlijks voor Wonosobo uitgegeven wordt;

c. machtigt de te benoemen deputaten voor de Zending de kerk die Wonosobo overneemt, voorloopig te steunen met zulk een bedrag als aan deze deputaten billijk zal voorkomen tot een maximum van f 2000 per jaar en zoo noodig een bedrag ineens tot een maximum van ƒ 4000;

d. draagt aan deze deputaten ook op in gemeenschappelijk overleg met de zendende kerken van Zuid-Holland (N. G.), Zeeland, Noord-Brabant en Limburg en Friesland of eenige andere kerk de zaak der overdracht van Wonosobo zoo spoedig mogelijk tot een goed einde te brengen.

Tijdens de bespreking van dit punt wordt de zitting geschorst.

De middagzitting wordt geopend met het zingen van Ps. 135:2. Bij de bespreking over het vorengenoemde punt wordt de zitting geschorst.

De conclusies worden vastgesteld overeenkomstig het voorstel der commissie onder vervanging van lid d door het volgende: „draagt aan deze Deputaten ook op om ten spoedigste in gemeenschappelijk overleg met de zendende kerken van Zuid-Holland (N. G.), Zeeland, Noord-Brabant en Limburg en Friesland of eenige andere kerk, die zou blijken bereid te zijn Wonosobo als hoofdpost over te nemen".

Ds Pos rapporteert verder over de kosten der algemeene vergadering van Java en Soemba.

De volgende conclusies worden vastgesteld.

De Generale Synode besluit: a. De handelingen van deputaten voor de Zending ter uitvoering van de besluiten der Generale Synode van 1923 inzake de kosten der missionaire vergadering op Java goed te keuren.

b. De te benoemen deputaten voor de Zending te machtigen een bedrag tot dekking van de kosten der missionaire vergaderingen op Java en Soemba te voteeren tot een maximum van respectievelijk ƒ250 en ƒ 100 jaarlijks.

c. De uitgaven van ƒ 550, 37 ten behoeve van de deputatie der algemeene vergadering op Java naar het zendingsjubileum op Soemba goed te keuren en Generale deputaten te machtigen alsnog dit bedrag uit te keeren.

De praeses wenscht Prof. Dr H. Bouwman, die inmiddels ter vergadering gekomen is, geluk met de viering van zijn geboortedag aan den dag van gisteren.

Ds Pos rapporteert nog over het verzoek van de Part. Synode van Friesland (Z, G.), om bij de benoeming van de deputaten zooveel mogelijk rekening te houden met art. 17 van de Zendingsorde ; in dien zin, dat de te benoemen deputaten wonen binnen het ressort van iedere Part. Synode, en zulks met het oog op het contact tusschen de zendende kerk en deputaten met de algemeene Zendingsdeputaten.

De Part. Synode van Friesland (N. G.) deed het verzoek:

De Synode besluit zich te wenden tot de Partic. Synodes der Geref. Kerken in Friesland (N. G. en Z. G.), welke nog in deze maand zullen vergaderen, met het verzoek, dat deze Synodes aan de e.k. Generale Synode aanbevelen tot hare deputaten voor de Zending volgens art. 18 Zendingsorde (voor zooveel Friesland aangaat) zoodanige personen te benoemen, welke woonachtig zijn binnen het ressort der genoemde Part. Synodes — dit met het oog op het noodzakelijke contact, hetwelk dient te bestaan tusschen de Particuliere ressorten en de Generale deputaten tot de Zending.

De commissie stelde voor:

De Generale Synode besluite:

a. Bij de benoeming van deputaten voor de Zending onder Heidenen en Mohammedanen zooveel mogelijk rekening te houden met art. 17 der Zendingsorde, in dien zin, dat benoemd worden zulke personen die wonen binnen het ressort van iedere Particuliere Synode.

b. Van dit besluit mededeeling te doen aan de Part. Synodes van Friesland (N. G. en Z. G.) met verzoek dit ook te berichten aan de Zendingssynode van Friesland.

Aldus besloten.

Ds J. G. Kunst rapporteert namens Commissie V over de handelingen der deputaten voor de Zending inzake art. 123, than.'! 177 Regeeringsreglement.

De commissie stelde voor:

lo. de handelingen der deputaten voor de Zending onder Heidenen en Mohammedanen ten dezen goed te keuren en hun daarvoor dank te zeggen;

2o., met het oog op mogelijke medewerking ten dezen voor de toekomst uit te spreken dat daarbij het standpunt, in 1914 door onze kerken ingenomen, dient te worden gehandhaafd.

Aldus besloten.

Ds J. H. Telkamp rapporteert namens Commissie V over het Zendingsblad.

Uit het rapport blijkt, dat de oplage nog steeds stijgende is en reeds klom tot 67.000 ex. per maand. De winst bedraagt bijna ƒ20.000 per jaar; sinds de vorige gewone Synode ƒ76.820, 88. Het rapport noemt verder twee gronden, waarop deze uitgave de volle belangstelling dient te blijven houden: a. het groote bedrag, dat daardoor in de Zendingskas vloeit en b. de wenschelijkheid, dat de zendende kerken ook van elkanders arbeid op de hoogte blijven.

De conclusies worden als volgt vastgesteld:

1. De handelingen van deputaten voor de Zending onder Heidenen en Mohammedanen met betrekking tot de redactie en de uitgave van het Zendingsblad goed te keuren en hun daarvan décharge te verleenen;

2. redactie en uitgeefster dank te brengen voor bewezen diensten;

3. aan de te benoemen deputaten voor de Zending onder Heidenen en Mohammedanen op te dragen de verzorging van het Zendingsblad tot de volgende Generale Synode;

4. aan deze deputaten volmacht te verleenen, om het contract met de uitgeefster te verlengen.

Ds W. Breukelaar rapporteert namens Commissie V over de Chr. Holl. Inl. Kweekschool te Solo.

De commissie komt tot de volgende conclusie:

1. voldoening uit te spreken over de voltooiing van den bouw der Kweekschool, zonder dat deze van de Generale kas al te zware offers heeft geëischt;

2. de benoeming van br. J. Frouws tot leeraar aan de Kweekschool goed te keuren;

3. goed te keuren de ingevoerde schoolgeldregeling;

4. waardeering te betuigen over de oprichting van het studiefonds en de wijze van zijn werking;

5. goed te keuren, dat de bijdragen van de schoolbesturen zijn gestort in het studiefonds;

6. te bekrachtigen de in de instructie voor de nieuw te benoemen leeraren aangebrachte wijziging inzake den duur der verloven ;

7. dank te zeggen aan den directeur en de leeraren voor al hun zoo belangrijken arbeid;

8. met waardeering voor de getroffen maatregelen inzake het • meisjesinternaat, dank te betuigen aan den heer en mevrouw . Gillebaard voor hun zorgvolle toewijding;

9. aan Dr H. A. van Andel dank te zeggen voor zijn beschik­ king, waardoor het geheele terrein van de Kweekschool aan de Zending is gekomen zonder kosten van de Zendingskas; .

10. dank te betuigen aan den Raad van Toezicht en de Alg. Vergadering voor den veelomvattenden arbeid, die de Kweekschool van hen vroeg;

11. goed te keuren de finantieele administratie en het beheer betreffende de Kweekschool en daarvan décharge te verleenen;

12. uit te spreken, dat de inrichting der Kweekschool naar het nieuwe Kweekschoolplan instemming verdient;

13. te verklaren, dat er uit een principieel oogpunt geen enkel bezwaar bestaat tegen de overdracht der Kweekschool aan een vereeniging, mits daarbij ten volle gewaarborgd zij, dat haar Gereformeerd karakter onverzwakt zal blijven gehandhaafd;

14. aan de te benoemen deputaten voor de Zending op te dragen:

I. terzake van een eventueele overdracht der Kweekschool aan een vereeniging in nadere correspondentie te treden met de Alg. Vergadering op Midden-Java en in samenwerking met de Alg. Vergadering te bevorderen, dat er een vereeniging voor dat doel worde opgericht;

H. de Kweekschool te Solo, nadat een daartoe opgerichte vereeniging zich bereid heeft verklaard tot hare overname en instandhouding, aan deze vereeniging over te dragen, met dien verstande evenwel, dat vooraf moet vaststaan dat:

a. de vereeniging die de Kweekschool overneemt staat op den grondslag van de Heilige Schrift en de Belijdenisschriften der Geref. Kerken;

b. dat die vereeniging tot waarborging van dien grondslag, ook wat het onderwijs betreft, zich stelt onder deugdelijk toezicht ten genoegen van de deputaten voor de Zending;

c. dat, indien er een z.g. „centrale commissie" komt in wier handen tegenover de Regeering het administratief beheer zal berusten, deze commissie geenerlei zeggenschap heeft over de interne aangelegenheden der Kweekschool;

d. dat voorts de statuten der vereeniging, die de Kweekschool overneemt, geen bepaling bevatten waartegen bij de deputaten voor de Zending overwegend bezwaar zou bestaan;

e. dat de Zending, na de overdracht der Kweekschool, geen enkele financieele verplichting voor deze school heeft;

f. dat de overdracht der thans aanwezige eigendommen aan de vereeniging geschiedt op billijke voorwaarden, ook wat betreft eventueele restitutie van door de Zending voor deze school betaalde gelden;

15. de deputaten voor de Zending onder Heidenen en Mohammedanen te machtigen om met inachtneming van wat sub 14 is gestipuleerd alle handelingen te verrichten die zullen blijken noodig of gewenscht te zijn om de overdracht der Kweekschool ten uitvoer te leggen;

16. de handelingen der deputaten inzake de Kweekschool goed te keuren.

Conform besloten.

Oud. Dixon rapporteert namens Commissie V over de Zendingsbibliotheken.

De commissie stelde voor:

De Synode besluite:

a. voor de Zendingsbibliotheek op Soemba voor 3 jaren te voteeren ƒ 125 's jaars;

b. voor de Zendingsbibliotheek op Java voor 3 jaren te voteeren ƒ 200 's jaars;

c. voor uitgave van den Catalogus der Zendingsbibliotheek te Rijsoord voor éénmaal te voteeren ƒ 225.

Aldus besloten.

Hierbij stelde de praeses tevens aan de orde een voorstel van Oud. Van Beeck Calkoen;

De Synode drage aan deputaten voor de Zendingszaken op te onderzoeken op welke wijze het best ware te voorzien in de zorg voor het algemeen archief van de Zendingszaken en voor de Zendingsbibliotheek,

en de volgende Synode dienaangaande te dienen van rapport en advies.

Dit voorstel wordt aangenomen.

Ds J. L. Schouten leest hierop het rapport van deputaten der Generale Synode te Utrecht inzake uitbouw der belijdenis en brengt het rapport van Commissie I over dit rapport uit.

Deputaten deelden mee dat zij aan de opdracht van de Synode van Leeuwarden en Utrecht niet kunnen voldoen, en stellen voor niet alleen hen te ontheffen van hun taak, maar tevens geen andere deputaten weer te benoemen. Commissie I legde aan de Synode de volgende conclusies voor:

a. Het voorstel van deputaten te aanvaarden om hen te ontheffen van hun taak; b. deputaten dank te zeggen voor hun verrichten arbeid;

c. geen andere deputaten meer te benoemen. Over deze voorstellen wordt uitvoerig gediscussieerd. De discussie wordt verdaagd tot morgenochtend.

Nadat Ds Miedema in dankzegging is voorgegaan, wordt de zitting gesloten.

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 2 september 1927

De Reformatie | 4 Pagina's

Generale Synode te Groningen.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 2 september 1927

De Reformatie | 4 Pagina's