GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

Bekijk het origineel

Een „Afscheiding” in Duitschland.

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Een „Afscheiding” in Duitschland.

8 minuten leestijd Arcering uitzetten

Den 16en September anno 1834 verschenen in de luthersche pastorie te Hönigern in Silezië eenige regeeringspersonen uil Breslau en gelastten den predikant, Eduard Kellner, hun naar de gevangenis te volgen.

Wat had aeze merkwaardige man misdreven*? Een der Koningen van Pïuisen, van ouds beschermheeren van de gereformeerde belijdenis ~-aan wie o.a. de stichting (1783) en instandhouding van de Geref. Kerk te Vlotho a. d. Weser te danken is —, Friedrich Wilhelm UI, in zijn jeugd onder rationalistische invloeden opgevoed, maar dank zij den druk der tijden (heerschappij der Franschen!) tot een zekere „kerkelijke vrooraheid" gekomen, waarbij hem kwesties, die de belijdenis betroffen, tamelijk vreemd bleven, Friedrich Wilhelm Hl dan wilde in zijn land de eenheid tusschen de luüierschen en de gereformeerde „belijders" tot stand hrengen, en wel langs den weg van de „Unie". Eerst werden Gereformeerden en Lutherschen in dezelfde provinciale bestuursressorten samengebracht. Later (1822) volgde de invoering van een geünieerde Agende (Liturgie-boek), van zulk een gemengd karakter, dat van alle zijden verzet kwam. De Koning beval toen de invoering en ijcgunstigde tevens allen, diè zijn Agende aannamen door „bevordering" etc. Toch bleef een groot deeï der gemeenten zich verzetten, oi.a. Schleiermacher — hoewel hij op zichzelf voor de Unie was —, omdat hij den Koning het recht betwistte regelen voor den Eeredienst in te vocrerL Ook was er verzet van velen op gronden oaitleend aan de belijdenis.

Toch werd ook dit verzet gebroken, en wel door de kwestie.... commissoriaal te maken en door langs dien weg allerlei concessies te doen!

Een derde etappe van den strijd beteekende in 1830 (300-jarig jubileum van Augsbiu-g!) de uitnoodiging van den Koning, dat men op den gedenkdag toch tol de Unie zou toetreden door bij het Avondmaal den ritus van het brood-breken te volgen. (De Lutherschen gebruik(t)en bij het Avondmaal oblaten = miwels). Nu beteekende het •wmm gebruiken van de Agende-in-dien-zin dus aanvaarding van de U n i e, en bovendien werden nu vooral de Lutherschen door den drang van den Koning gedwongen hun behjdenis prijs te geven. Verzet kwam er dus vooral van Luthersche zijde, speciaal in Silezië. Die predikant Scheibel, bij wien zich honderden gezinnen hadden aangesloten, werd afgezet en.... emigreerde.

Ook Eduard Kellner nu had geweigerd de geünieerde Agende aan te nemen. Met de volgende woorden had hij zijn vrienden daarvan rekenschap gegeven: „Bij mijn ordinatie (plechtige „indiensttreding" van een candidaat) heb ik mij verbonden aan de Luthersche belijdenis. Deze belijdenis verkondigt het rijke en reine evangelie, zooals God het door de hervorming van Maarten Luther voor onze landen ontsloten heeft. Tevens verwerpt die belijdenis enkele gereformeerde leerstellingen als dwaalleer. Nu moet echter volgens den wil des Konings in de geünieerde Evangelische Kerk de belijdenis van Lutherschen en Gereformeerden gemengd gelden. Daartoe zal de nieuwe Agende ingevoerd worden. Zulk een vernieuwing mag ik niet goedkeuren door daaraan mee te doen: want ze is tegen Gods Woord en de Luthersche belij­denis."

Daarom had Kellner de geünieerde Agende niet aangenomen, zijn afzetting door den geünieerd geworden Superintendent („toezicht"-uitoefenende predikant in een Synode == classis) niet erkend, omdat ze uitging van een geünieerd kerkbestuur en niet van een Luthersch, en liet hij zich nu gevangen nemen.

Meer dan vier jaar heeft hij in de gevangenis moeten doorbrengen.

Zou het toch maai' niet beter geweest zijn, wanneer Mj üe geünieerde Agende aangenomen had? Hij had toch ook zóó zijn gemeente verder kunnen dienen en gebed in den zin van de Luthersche belijdenis kunnen prediken!

Zoo redeneerde men in zijn O'mgeving en in zijn tijd.

Zeker, maar.... het is nog nooit geraden geweest iets tegen het geweten te doen, en wel allerminst wanneer dat geweten belijdt zich gebonden te weten aan Gods Woord.

Uit dat Woord van God had Kellner reeds in zijn studententijd geleerd, dat het opstand tegen God is wanneer wij, menschen, naar eigen goeddunken leven, in plaats van God onzen Heere te dienen en in Zijn kracht onze medemenschen. Dit Evangelie en niets anders moest de kerk, naar Kellner's innigste overtuiging, aan hel volk prediken. Nu had, volgens hem, de Luthersche belijdenis dit Evangelie het zuiverst bewaard, vandaar dal hij zijn volle persoonlijkheid inzette in den strijd voor het handhaven, onverkort, van die belijdenis. En nu was het hem niet genoeg, dat het hem persoonlijk eventueel mogelijk zou blijven om in zijn eigen gemeente het Evangelie in Lutherschen zin te prediken. Het was veeleer een gewetenszaak voor hem, dat de Luthersche K e r k i n heiland niet zou ondergaan.

Evenwel, met zijn gevangenneming scheen het lot van de Luthersche Kerk in die streek beslist. Leek hel niet vanzelfsprekend, dat de geheele beweging zou vastloopen, zoodra haar geestelijk hoofd verwijderd werd?

Inderdaad, dat zou gebeurd zijn, wanneer alleen maar de predikant en niet ook de gemeente-leden zelf geweten hadden, waarom de strijd ging. Juist daarvoor nu had Kellner gezorgd. Toen liij in 1822 zijn ambt in hel uitgestrekte Hönigern met zijn drie en dertig buurtschappen aanvaard had, had hij door preeken en door bijbelavonden zijn gemeentdeden het oude evangelie, dat hem zelf tot zoo grooten troost geworden was, onvermoeid en onverpoosd verkondigd. En tot zijn groole VTeugde had hij ondervonden dat Gods Woord niet ledig wederkeert. Het geestelijk leven wies in dit door rationalistische prediking verwoest gebied. In korten tijd verkocht hij 400 bijbels in zijn gemeente, wat heel wat beteekent wanneer men in aanmerking neemt, hoe laag het sociaal peil in die dagen ook en vooral in die streken was. Een machtige „opwekking" volgde. Maar.... daarbij liet Kellner het niet. Hij wenschle alles in de zuiverste k e r k e 1 ij k e banen te leiden. Kerkelijke vragen van liturgie en belijdenis, en dus ook dé brandende kwestie van dien tijd, de Unie, besprak hij met zijn gemeente. Daardoor waren zijn schapen precies op de hoogte met datgene wal er in den kerkdijken strijd passeerde.

Toen derhalve hun predikant gevangen gezet werd, bleven ze hardnekkig aan hun rechten vasthouden. Acht processen werden hun aangedaan. Ze wilden ook hun kerkgebouw niet aan de nieuwe geünieerde Evangelische kerk afstaan. Dag en nacht bewaakten ze dat. Maar zie, daar gebeurde het ongelooflijkste: op den 24slen December 1834 Het de Koning de kerk door 500 militairen „bestormen" en de deuren openbreken ten behoeve van de geüniëerden!

Ondanks den afval — dank zij vooral de sociale boycotting — bleef een belangrijk deel der gemeente getrouw. Zij sloten zich nauwer aaneen en hielden voortaan hun door den slaat verboden godsdienstoefeningen, meest leesdiensten, in het geheim.

Boven hun kerkelijk leven schreven zij: men moet Gode meer gehoorzaam zijn dan den menschen. Hel hagelde natuurlijk boeten. Want elke deelnemer aan een geheime godsdienstoefening moest een daalder, bij herhaling verdubbeld, betalen. Men was daar niet „gezegend" met de Code pénal!

Meestal 's nachts kwamen zij bijeen, en vaak waren dan in hun midden andere Luthersche predikanten, die eveneens de nieuwe Agende niet aangenomen hadden en daarom afgezet waren, maar nog niet gevangen gezel. Onverschrokken trokken zij door die streek, hoewel een hoog bedrag aan „vanggeld" op hun hoofd gezet was.

Maar in die vervolging konden de getrouwe gemeenten toch roemen. Toch? Neen, juist daardoor. Ze werden niet moede te getuigen van Gods rijken zegen over hun leven, dien zij ontvingen uit Zijn Woord.

Deze strijd duurde tot 1840: een zware strijd, een ongelijke. Want aan de eene zijde stond de Koning met zijn politie en zijn soldaten, aan de andere zijde een groepje Lutherschen, aan wie elk uiterlijk machtsmiddel ontbrak. De Koning had openlijk uitgesproken, dat in geen geval een zelfstandige Luthersche Kerk naast de geünieerde zou worden geduld. Intusschen, de Koning stiei'f. Maar in leven bleef de kleme, verdrukte en vervolgde Luthersche Kerk. Zij had, dank zij Gods genade, de overwinning behaald. Want, hoewel men haar alle uiterlijk bezit had afgenomen, haar rijke innerlijk bezit — Gods Woord naar Luthers belijdenis — mocht zij weer v r ij uilstallen: de nieuwe Koning, Frcderik Wilhelm IV, maakte een eind aan de vervolgingen. De gevangen predikanten werden vrij gelalen, de inbeslagnemingen hielden op.

Begin Maart 1841 keerde Kellner in zijn oude gemeente terug. Gemakkelijk was zijn taak in den beginne niet. Het was nu zaak voor het kleine, trouw gebleven groepje gdoovigen, wier financiëelc draagkracht door de vervolgingen en jusütioneele executies geweldig verzwakt was, ©en kerkelijk leven op te bouwen alleen uit vrijwillige bijdragen zonder een cent ondersleuning van den staat. Er moesten kerkgebouwen komen, scholen gesticht, tractementen — hoe gering ook — voor de predikanten bijeengebracht.

In het jaar 1845 telde deze Luthersche Kerk in oud-Pruisen 18.644 zielen in 20 parochies met 22 predikanten. Thans heeft ze 57.000 zielen en wordt ze verzorgd door ongeveer 90 predikanten.

Hun grootste rijkdom toen èn thans (ten tijde van het Müller-regiem!) is, dal zij — ook nu — vrij en ongestoord van al hun kansels Gods Woord mogen verkondigen in den zin van hun zoo geliefde Luthersche belijdenis.

Is hun geschiedenis niet bijna trek voor trek le vergelijken met wat de „Afscheiding" bij ons vertoonde?

T. DELHAAS.

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 16 november 1934

De Reformatie | 8 Pagina's

Een „Afscheiding” in Duitschland.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 16 november 1934

De Reformatie | 8 Pagina's