PERSVERSLAG 3e SYNODE-WEEK

Zitting van Maandagmiddag 1 November.

De praeses opent de zitting met het laten zingen van Psalm 99 : 2, leest Psalm 99 en gaat \oor in gebed. Bij het appèl blijkt Prof. Schilder nog afwezig te zijn, terwijl < Je primusleden Haveman, Vos en Rietkerk worden vervangen door hun secundi Barelds, Kroes en van der Spek.

Nadat het rapport inzake den geestelijken arbeid in. den Noord-Oostpolder is uitgereikt wordt de openbare vergadering geschorst en wordt het verdere van den dag alleen door de Commissies vergaderd.

Zitting van Dinsdagmorgen 2 November.

De praeses opent de zitting met het laten zingen van Psalm 3 : 3, leest vervolgens Jesaja 54, het laatste gedeelte en gaat voor in gebed.

Bij het appèl blijkt dat br. Nelemans weer aanwezig is. Hierna volgt eerst vaststelltog van een deel der acta. Verschillende rapporten worden uitgereikt.

Aan de orde komt een rapport van Commissie IV over dén geestelijKèn arbeid In den Noord Oostpolder. Br. Van den Berg rapporteert.

In de discussie over dit rapport wordt o.m. de gedachte uitgesproken, dat aan de geïnstitueerde kerk van Erameloord de geestelijke arbeid kan worden overgelaten en hiervoor eigenlijk geen deputaten noodlg zijn. Deze gedachte wordt door de Synode niet aanvaard, gewezen wordt op de wenschelijkheid dat de deputaten bij ontginning in eventueel nieuwe gebieden den geestelijken arbeid kunnen voorbereiden. Door aanneming van een amendement Slot en een van Ds den Boeft komen de conclusies in het rapport, door de Synode aanvaard, aldus te luiden: de synode besluit:

1. dank te betuigen aan deputaten voor den door hen verrichten arbeid.

2. wederom deputaten te benoemen met de volgende opdracht:

a. üi overleg met de kerk van Emmeloord de financlëerlng te regelen tot den grens, hun gewezen door de vorige generale Synode.

b. eventueel andere kerken bij te staan, indien voorbereidingen moeten getroffen worden voor kerkelijken arbeid in andere nieuw ingepolderde gebieden.

c. een collecte in de kerken jaarlijks te doen houden, waarbij gerekend wordt op een bedrag van minstens 10 cent per ziel.

Ten opzichte van het drukken der acta ^an: deze Synode wordt besloten dit keer aan drukker Ph. Zalsman te Kampen dit'werk op te dragen en te benoemen deputaten te verzoeken de eventueel door hen uit te brengen rapporten dan ook te laten drukken. Gememoreerd wordt door den praeses dat van sommige deputaatschappen geen rapporten zijn ingekomen. Van Ds Vogel is van Deputaten voor de Zending onder de Joden hieromtrent een schrijven ingekomen.

Hierna wordt de vergadering geschorst tot 'i? avonds half zeven.

Zitting van Dinsdagavond,

Praeses, Ds Van Dijk, laat bij den aanvang zingen Ps. €8 : 14, houdt daarna appèl-nominaal.

Ds den Boeft vraagt dan het woord voor een praealabele kwestie; hij vraagt aanteekeuing m de Acta

dat hij bezwaar heeft tegen de verdere tegenwoordigheid van den Heer Scheps op onze vergaderingen wegens zijn ergerlijk schrijven over de kerk des Heeren, in verband met een door de synode genomen besluit inzake de pers.

Vele afgevaardigden der Synode sluiten zich bij dit protest aan.

Van de Partic. Synode van Drenthe was bij de Synode een verzoek binnengekomen om uit te spreken:

A. om met geen kerk, die dit verzoekt, de samenleving in kerkelijk verband aan te gaan of te hervatten, dan nadat de classis kennis genomen heeft van een rapport harer kerkvisltatoren Inzake leer en inrichting dier kerk; B. om ter plaatse waar de kerk reeds tot - vrijmaking kwam geen predikant die zich daarna vrijmaakt, 'als dienaar des Woords te ontvangen, dan na onderzoek door den kerkeraad te dier plaatse, met dien verstande, dat indien hij geen peremptoir examen heeft gedaan In de

Geref. Kerken een coUoqium doctum gehouden zal worden.

Van de Partic. Synode van Overijssel en Gelderland was een verzoek in gelflken zin.

De Classis 's-Gravenhage en Schiedam hadden hiertegenover uitgesproken dat de vrijheid der kerken moet worden gehandhaafd en dat aan meerdere bepalingen geen behoefte bestaat.

Van de Classis Gouda was een adhaesle-betulglng aan het verzoek van de Part. Syn. van Drenthe ontvangen. Namens Commissie IV rapporteert Ds Bosscha over deze verzoeken. Waarna de Synode als haar oordeel uitspreekt, dat de bestaande bepalingen voldoende zjjn en daarom niet behoeft te voldoen aan het verzoek van do Part. Syn. van Drenthe en aan die van Overijssel-Gelderland en van de Classis Gouda.

Vervolgens stelt de praeses aan de orde de voortgezette behandeling van de conclusies van het rapport inzake de uitnoodiglng tot bijwoning van een „Oecumenische Synode van kerken van Geref. belijdenis", te houden te Amsterdam, 7 Aug. 1949.

Aan het einde der bespreking spreekt de Synode uit:1. dat de ultnoodlgtag tot deelneming aan een „Oecumenische Synode van Kerken van Gereformeerde belqdenls", te houden te Amsterdam op 7 Augustus 1949^ is gedaan in opdracht van een Synode van zich noemende , , Gereformeerde'Kerken", die met De Gereformeerde Kerken, met op den eeuwenouden grondslag van Schrift en Drie Formulieren v£tn Eenlgheld en naar de beginselen van de K.O. m kerkverband leven.

2. dat de in Amsterdam te houden samenkomst niet het karakter kan dragen van een Synode, omdat

A. de Gereformeerde Kerkenordenlng geen „Oecumenische Syueden" kent en bovendien ook geen der partlclpeereude kerken, die zulks aangaat, een mcidenteele wijziging van de bestaande Kerkenordenlng In deze óok maar in overweging genomen heeft; terwijl zulk een incldenteele wijziging thans ook met mogelijk en in de gegeven omstandigheden ook niet raadzaam is;

B. er geen „oecumenisch kerkverband" mogelijk is tusschen „Kerken", die in hun eigen land niet ia één verband leven;

3. dat bovendien het verzoek tot deelneming aan deze» vergadering zooals het tot ons gekomen is, onaanvaardbaa, r is, wijl:

A. de grondslag, die voor de „oecumenische synodes" gesteld is door de z.g.n, „Eerste Oecumenische Synode", wegens de tegenstrijdigheden in de opgesomde belijdenisschriften, de onze niet kan zijn;

B. een vergadering, waarin de prae-adviseurs vanwege hun aantal en plaats een zoodanige overheerschende positie innemen als uit de Acta van de zgn.. „Eerste Oecum. Synode" blijkt, en, gezien de uitnoodiglng, ook op de zgn. „Oecum. Synode" te Amsterdam het geval zal zijn, niet meer een vergadering van afgevaardigden van kerken kan worden genoemd; v

C. de uitnoodiglng oneerlijk Is, daar verwacht wordt dat ambtsdragers, die eerst in Nederland In Christus' Naam zijn afgezet, thans desondanks als leden en prae-advlseurs aan een tafel zouden mogen en kunnen plaatsnemen met degenen, die hen hebben gevonnist, waarmede zou gesuggereerd zijn, dat degenen, die in een bepaald land onwaardig zijn om de kerk van Christus te helpen vergaderen en beschuldigd zijn haar te verscheuren, thans openlijk bekwaam en gewillig zouden mogen worden geacht om de kerk van Christus over heel de wereld te dienen en te bouwen;

D. de uitnoodiglng ook oneerlijk is, omdat de In Grand Raplds op de zgn. „Eerste Oecum. „Synode" bijeen geweest zijnde afgevaardigden uit Amerika en Afrika door hun beslissingen t.a.v. „de kerkelijke moeilijkheden in Nederland" de aan Schrift en belijdenis en K.O. getrouw gebleven Gereformeerde Kerken in Nederland lichtelijk en onverhoord veroordeeld hebben;

E. de bereiking van het doel, dat voor de zgn. „Oecum. Synodes" gesteld wordt n.l. „handhaving van de zuiverheid van-en de reformatie in leer en leven", in allereerste Instantie afhankelijk is van gehoorzame en getrouwe Woordbediening in de plaatselijke kerken, waar ook ter wereld, van welke gehoorzame en getrouwe

Woordbedlentng de ons ultnoodlgende kerken zgn afgeweken.

BESLUIT:

1. de door de synodocratlsch gebonden „Gereformeerd Kerk" van Amsterdam In opdracht van de Synode te Zwolle 1946 toegezonden uitnoodiglng voor een „Oecum. Synode V£in kerken van Geref. belijdenis", te houden te Amsterdam 7 Augustus 1949, af te wijzen;

2. van deze afwijzing me"Sedeellng te doen, onder toezending van dit rapport, aan de ultnoodlgende „Kerk", aan de Chr. Ref. Church of America en aan .Die Geref. Kerk in Suid Afrika.

Naar aanleldtog van een rapport door br. van Oosterom uitgebracht namens Conun. IV over de kosten der Synodes van Enschede en Groningen besluit de synode de broeders W. Asslnk te Enschede en K. C. Kamminga te Groningen te dechargeereu van hun financieel beheer resp. van de synodes van Enschede en Groningen en hun dank te zeggen voor hun arbeid in dezen.

Oolc besluit de synode aan den kerkeraad van Amersfoort te berichten om, in overeenstemming met een besluit van de synode van Groningen 1946, alle kosten te verrekenen (dus ook de persoonlijke onkosten der afgevaardigden), op de geheele afdoening onder te stellen en daaromtrent op de volgende Synode te rapporteeren.

Tevens wordt vastgesteld dat het percentage van bijdrage In de onkosten der Synode voor de Prov. Synode van Groningen 24 % zal bedragen en voor de Part. Synode van Prieslénd 6 %. Voor de overige ressorten blijft het ongewijzigd.

Aan het etade der vergadering besluit de Synode nog om in de zitting van Donderdagmorgen 4 Nov. een begin te maken met de beiiandeltng van het rapport over de „Samensprektng".

De praeses laat nog zingen Ps. 118 : 1. Ds v. d. Bom gaat voor in dankgebed.

De vergadering wordt gesloten.

Zitting van Woensdag 3 November.

Bij de openmg der morgenvergadering laat de praeses ztagen Ps. 24 : 2 en 3 en leest Ps. 24. Daarna gaat hij voor m gebed.

Appèl-nominaal wordt gehouden.

Omtrent een binnengekomen schrijven van de kerk van Ureterp wordt op voorstel van Comm. IH besloten, dit schrijven aan den betrokken kerkeraad terug te zenden; en voor de vraag daarin 'gesteld hem te verwijzen naar wat m de zitting van Vrijdag 29 Oct. 1948 besloten is inzake „Herziening Zendingsorde".

Van de Synode van de Protestantsche Geref. Kerken In Noord-Amerika was een brief binnengekomen waarin deze Synode uitspreekt dat zij gaarne nauwer contact zoekt met de Geref. Kerken (onderh. art. 31). Zij verklaart voorts dat de kerken die op haar vergaderihg vertegenwoordigd zijn, staan op den grondslag van de Sclirift en de drie formulieren van eenlgheld, dat zij het zuivere gereformeerde kerkrecht handhaven en wars zijn van alle hiërarchie. Mocht onze Synode besluiten om stappen te doen to de richting van nauwer contact, dan verzoekt zij om door middel van onze deputaten met de hunne te correspondeeren of samen te spreken om de respectievelijke Synodes (ce hunne en de onze) to de kwestie van contact van advies te dienen.

Van de Partic. Synode van Utrecht, van de classis Gouda, 's-Gravenhage en Schiedam waren voorstellen en adhaesiebetuigtogen togekomen waarto eveneens aan de Synode to overwegtog gegeven werd om besluiten te nemen die konden medewerken aan het tot stand komen van correspondentie met de Prot. Geref. kerken in N. Amerika. Door Commissie I Is over deze materie een rapport bij de Synode togediend, dat gelezen wordt door br. A. Zijlstra. Over de conclusies van dit rapport ontstaat een breede besprektog die het verdere gedeelte van de morgenvergadering en een gedeelte van de middagvergadering to beslag neemt.

In deze besprektog komt ter sprake de houdtog die de Prot. Geref. kerken to N.-Amerlka hebben togenomen tegenover de vrijmaking onzer kerken. Eveneens wat Ds Hoeksema to Amerika gepubliceerd heeft Inzake zijn theologisch inzicht in de kwesties van Verbond en beloften des Verbonds. Ook op den strijd dien de Prot. Geref. kerken to Amerika gestreden hebben en strijden, vanaf 1924, tegen hiërarchie en modemisme wordt de aandacht gevestigd. Ook op de moeilijkheden waarvoor onsè emigranten staan bij hun totrede to het kerkelijk leven m Amerika.

Vanwege al de factoren die bij deze zaak in aanmerking moeten komen besluit de Synode tenslotte nog geen besllsstog te nemen, en verzoekt aan Commissie I - zoowel het rapport als de conclusies nog eens in studie te nemen en een mogelijke herziening te overwegen to verband met datgene wat to de besprektog naar voren gebracht is.

In één der volgende zittingen hoopt de Synode dan op deze zaak terug te komen.

Naar aanleidtog van een rapport van Commissie IH, gelezen door br. Koolstra, dat handelt over een vraag van de kerk van Sneek, om na te gaan, of het nog gewenscht is, dat onze kerken een luisterpost bij den Ned. Zendtogsraad betrekken, spreekt de Synode uit dat zg van oordeel is:

Ie. dat de Geref. kerken niet het gewone-of buitengewone lidmaatschap - vin den N.Z.R. kunnen aanvaarden omdat:

a. deze Raad op een to feite anderen grondslag staat dan onze kerken;

b. deze Raad ten doel heeft o.a. het vertegenwoordigen van de Ned. Zending to haar geheel bij flen Internationalen Zendingsraad (Statuten, art. 1, sub 1), welke zonder nadere keur alle Zendtagscorporaties wil vereenigen en onjuiste opvattingen heeft tozake de taak der zending op sociaal en jKilltlek gebied, en ook als teeken van verbondenheid met den Wereldraad van kerken to alle officleele stukken voortaan spreken zal van „Internationale Zendingsraad m associatie met den Wereldraad van kerken";

c. al deze organisaties worden gedreven door één eenheldsstreven, waarto geloof en ongeloof verbonden worden;

2e. dat het, gezien deze prtoclplëele afwijztog moreel niet

juist Is, bij den N.Z.R. het waarnemersehap aan te vragen; besluit:

Ie. dat de Geref. Kerken het gewone of buitengewone lidmaatschap van den N.Z.R. niet kunnen aanvaarden; 2e. aan de te benoemen deputaten voor de Zending op te dragen den N.Z.R. in kennis te stellen van het besluit genoemd sub 1;

3e. goed te keuren, dat te benoemen deputaten voor de Zending, Ingeval dei N.Z.R. heil tot waarnemersehap uitnoodlgen mocht, enkelen hunner aanwijzen als waarnemers de zittingen van dezen Raad bij te wonen.

Tenslotte wordt in de middagzitting nog in bespreking genomen een rapport van Comm. I over de benoeming van de deputaten-curatoren van de Theol. Hoogeschool der Geref. kerken. Ds F. van Dijk treedt op als rapporteur. Over deze zaaJc besluit de Synode:

I. betreffende de Particuliere ressorten Friesland, Drenthe en het Zuiden, de door de respectieve Synodes dier ressorten aangewezen Deputaten-curatoren te benoemen;

II. betreffende de Partic. ressorten Utrecht en N. Holland, de door de Gen. Synode benoemde Curatoren te machtigen de door de synode van deze ressorten aangewezen of aan te wijzen primus-en secundus deputaatcurator te beschouwen als door de Generale Synode gemachtigd en geïnstrueerd, tot aan de volgende synode;

ni. betreffende de Partic. ressorten van Groningen, Overijssel en Gelderland en Z. Holland er bij de Partic. Synodes dier ressorten op aan te dringen overeenkomstig het besluit van Groningen 1946 (d.i. ook conform art. 3 van het reglement van de Theol. Hoogeschool) elk één primus en één secundus deputaat-curator aan te wijzen, voorzoover dit nog niet geschied mocht zijn;

met dien verstande, dat tot de e.v. Partic. Synode in deze ressorten wordt berust in den status quo, zooals die er momenteel ligt, n.l. dat de door de Gen. Synode benoemde curatoren als door de Gen, Synode gemachtigd en geïnstrueerd zullen achten hen, die het laatst door de Part. Synode in die ressorten als deputaat-curator worden aangewezen.

Na afhandeling van deze zaak wordt de zitting der Synode gesloten. De praeses laat eerst nog zingen Ps. 36 : 2 en Ds van den Bom gaat als assessor voor in dankgebed.

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Terug naar resultaten Printen