GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

Bekijk het origineel

VU Magazine 1974 - pagina 282

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

VU Magazine 1974 - pagina 282

4 minuten leestijd Arcering uitzetten

te waarschuwen en eventueel zelfs te bestraffen met intrekking van zendtijd, wanneer zij teveel amusementsomroep worden.

Houvast

Marga Klompé Niet streng genoeg geweest?

Minlster Van Doorn Zware klus

erkenning dat artikel 35, tweede3 lid, 'thans dus ontoepasbaar en ineffectief ectief zou zijn'. 'Is het namelijk moeilijk in algemeneie zin zin te omschrijven wat precies een volledig •lledig programma is, in negatieve zin is de ie bepaling wel degelijk te hanteren. Err zijn voorbeelden te bedenken - en misschien chien ook wel feitelijk aan te wijzen - vani programma's die overduidelijk niet volledig •lledig zijn en waarin de vier onderdelen i niet of niet in redelijke onderlinge verhourhouding voorkomen. Voorts moet bedacht dacht worden dat de vaagheid van de bepaling laling geen vrijbrief geeft aan omroeporganisaanisaties om haar links te laten liggen noch noch de minister ontheft van de verplichting :hting haar te doen naleven. Ook de wetgeving 'eving op andere terreinen dan het omroepge'•epgebied kent talrijke bepalingen van gelijke 'elijke vaagheid die juist door hantering in1 con-

crete gevallen - in de jurisprudentie dus - hun nadere betekenis krijgen.' En zeker mag de minister de boel niet op z'n beloop laten. 'Indien de minister of de regeringscommissaris onvoldoende toezicht uitoefent op de naleving van deze verplichting, ontstaat het gevaar van rechtsongelijkheid. De omroeporganisaties, die de verplichting ernstig nemen, kunnen sterk in het nadeel geraken t.o.v. die zulks niet doen. Indien de minister niet de hand laat houden aan dit artikel, richt hij eigenlijk een uitnodiging tot alle omroeporganisaties om op dit punt de wet te ontduiken.'

28

Kortom, aldus de opstellers van het advies: de wet verplicht hem zo nu en dan de 'kwaaie pier' te spelen. Want een populaire rol is het nimmer om omroepen

Het advies bepleit voorts de rechtszekerheid te vergroten door bij algemene maatregel van bestuur meer houvast aan te reiken over de wijze waarop de wet moet worden toegepast. 'Omroeporganisaties weten dan beter waar ze aan toe zijn'. Andere opmerkingen, die gemaakt worden, zijn dat het h.i. niet slechts het doel van de wetgever is met het 'open bestel' te bereiken dat er vele omroeporganisaties zullen bestaan. De wetgever wilde méér. De omroepen zouden ook 'in aard, karakter of ideologie verschillen moeten vertonen, mede teneinde op deze wijze de bestaande verschillen in de samenleving ook in de omroep tot hun recht te laten komen.' Een nieuwe omroep zou dus werkelijk iets nieuws aan het reeds bestaande assortiment moeten toevoegen om voor een zendvergunning in aanmerking te komen. Voorts maken de deskundigen uit de omroepwet (art. 13, tweede Hd, sub 4) op dat instellingen die cultureel of godsdienstig dan wel geestelijk weinig of geen profiel vertonen, in overeenstemming met de bedoeling van de wetgever geweerd kunnen worden. 'Wie weinig profiel bezit, zal niet gemakkelijk kunnen aantonen dat hij zodanige profiel bezit, dat zijn uitzendingen daarom geacht kunnen worden van algemeen nut te zijn.' Samengevat concluderen de adviseurs, dat de omroepwet voldoende instrumenten bevat om de bedoelingen van de wetgever te effectueren. 'Indien thans de overtuiging veld zou winnen, dat het omroepbestel dreigt te ontglippen aan de oorspronkelijke bedoelingen van de wetgever, is dat primair terug te voeren op het ministeriële beleid. Voorts op het onvoldoende effectief zijn van de politieke controle door het parlement, maar ook op het onvoldoende waakzaam zijn van de zich bedreigd voelende omroeporganisaties om tijdig in rechte op te komen voor hun belangen.' Kortom, als er sprake is van 'vertrossing', dan hebben minister Klompé, de Kamerleden, maar ook de omroepen zélf het erbij laten zitten, zo zou het advies kunnen worden vertaald. Minister Van Doorn wacht een zware klus. Want ongetwijfeld zal De Telegraaf het weer opnemen voor 'den van een werkdag vermoeiden man en diens gezin' die tot in de huiskamer met politiek zou worden vervolgd. Zoveel is er sinds 1930 nu ook weer niet veranderd in ons land.

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van dinsdag 1 januari 1974

VU-Magazine | 516 Pagina's

VU Magazine 1974 - pagina 282

Bekijk de hele uitgave van dinsdag 1 januari 1974

VU-Magazine | 516 Pagina's