Eenige kameradviezen uit de jaren 1874 en 1875 - pagina 255
onr.
ONDERWIJSQUAESTIE.
toond, uit officieele stukken, Ijesluiten en schoolwetten der
verschillende
dat in de regeling der schoolquaestie aich het droeve feit voor-
landen, doet,
dat
Nederland
mate
als
ten
land ter wereld
eenige
is,
waar men
Ik gebruik niet het woord: i/odsdienslloos, omdat
gedurfd.
zou
hinderen
ook
vooral
het
omdat
en
den
ik,
(jodsdletial.
nu waar, dat
zelfs
het radicale Zwitserland, voor
een schoolwet in nog veel godsdienstiger zin bezit dan
deel,
geen natie element
sommigen
dit
het vele wat ik verwijderd wil houden,
bij
hartstocht liefst niet in dit debat zie binnensluipen. Ik
zeg: school zonder Is het
die
in
onzent een openbare school zonder godsdienst heeft aan-
ter wereld
die een schoolwet heeft,
is,
zoo hermetisch
zijn
wij,
grooter
en dat er
waarin het godsdienstig
buitengesloten als in de onze, dan vraag ik:
is
AVaar moet het met de godsdienstige opvoeding der natie dan heen?
Dat heeft
de groote politieke quaestie voor de Ilegeering, die te vragen
is
Hoe behoud
:
hoe
zal ik
dat
dit
ook
zonder
verder
quaestie
de
ik
zouden
vragen
om
:
de
1857
Is de regeling,
Men
die wij
ik
heeft gezegd:
zal
mij
stel-
nu heeft men zich af
standpunt
dat
te
thans op dit punt hebben, wel voldoende,
verzekeren
te
?
Men
heeft in
Wij zullen het godsdienstig onderwijs aan de kerk-
zij
stelsel
!
Maar
dan moeien
overlaten,
genoegen nemen. Doen
Ik
volmondig de
geloof dit gaarne, dat dit inderdaad het geval was.
wil
waarop het geheele
met de
natie bloeien, ook de bloei van den
genootschappen overlaten. Uitnemend
genootschappen
niet «integendeel
opvoeding der natie
godsdienstige
gemeend,
Op
is.
zij
de
zal
dat,
onmisbaar
godsdienst
natuurlijk
zij
maken. Maar ik meen de leden der Regeering
te
beamen,
dan heeft
kan,"
godsdienst
niet
toch te goed te kennen, dan dat ling
hoe zal ik de natie zedelijk sterken;
natie,
haar welzijn bevorderen? Als de Regeering zegt: „Ik geloof,
dit niet,
indien zij
men
met
dit
aan de kerk-
deze regeling ook
dan mist men dadelijk een der factoren,
gebaseerd
is,
en weigert het
ditmaal hierin niet verdiepen
;
maar
stelsel zijn dienst.
ik
houd toch
vol,
dat de Regeering zich de vraag heeft snoeten stellen: Is door de tegen-
woordige
schoolwet
genoegzaam
de
verzekerd
?
van
bloei
Naar
het
godsdienstig leven
woord wordt, gaat men verschillende wegen
Het
is
bij
de natie
gelang op die vraag ja of neen geantuit.
daarom, ik herhaal het, een zuiver staatkundige vraag, een
vraag, die de geheele staatkunde van het Kabinet Ijeheerschen ^noet. en sldlif/e
beantwoording
herinnerde,
mag
algemeene phrase.
eischt. -Juist
me)i
ten
En
vooral
deze nu't
om wat niet
ik straks
tevreden
van het Srhoulvoi'bond,
en gerust
zijn
met een
het oog op dat ongelukkig praocedent
van tSchoolverbond vraag ik de Regeering dan ook
nu't
dubbelen nadruk:
Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt
voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen,
vragen, informatie: contact.
Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing.
Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this
database. Terms of use.
Bekijk de hele uitgave van woensdag 1 januari 1890
Abraham Kuyper Collection | 320 Pagina's
Bekijk de hele uitgave van woensdag 1 januari 1890
Abraham Kuyper Collection | 320 Pagina's