GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

Bekijk het origineel

NEGENTIENDE-EEUWSE INTERPRETATIES VAN  ‘EMANCIPATIE’ ALS BEGRIP EN BEWEGING

Bekijk het origineel

NEGENTIENDE-EEUWSE INTERPRETATIES VAN ‘EMANCIPATIE’ ALS BEGRIP EN BEWEGING

5 minuten leestijd Arcering uitzetten

Als uitgangspunt diene dat heden ten dage de wetenschap der sociologie modellen aanreikt waarmee een e.-proces anders wordt beschreven dan gebruikelijk was in de vakliteratuur van geestverwanten: meer afstandelijk, met aandacht voor een ander soort mogelijk-en noodzakelijkheden, minder 'idealistisch' ook waar het een religieuze groepering betreft. Ik denk voor ons colloquium aan Verwey-Jonker, Hendriks, Thurlings tegenover Witlox, Gorris, Brom, Commissaris en Versluis. Het is mijn bedoeling om een zo groot mogelijk aantal 'emancipatoren '-stemmen nog eens te beluisteren met behulp van hetgeen Hendriks o.a. ter voorbereiding van dit symposium heeft gegeven en van de karakteriseringen die Thurlings gebruikte.

Ik zou willen proberen te achterhalen:

1. wat de 'emancipatoren' zelf onder e. verstonden. Dat blijkt eigenlijk tot ver in de negentiende eeuw eenvoudigweg Vrijheid' te zijn en wel vooral met het onderscheid 'formeel' en 'feitelijk';

2. in hoeverre de emancipatoren zelf ook hebben ervaren en gevoeld wat ze eerst volgens de e.-historici en nu volgens de sociologen gevoeld hebben resp. zouden hebben moeten voorstaan. Hoe omschreven zij dat? Welke termen? Welke doeleinden? Welke onderlinge verschillen? Hoe te verklaren? Welke fasen? In hoeverre is er toch meer dan zij zeiden? (onbewust). Ging het om de eigen groep? Om de samenleving in haar geheel? Wilden zij inderdaad alleen maar 'vrij' zijn of wilden ze ook overheersen? (Goddijn + Thurlings tegenover Van Heek + Van Doorn!).

Voorlopige stellingen

I. Wat sociologen zien als proces van interne integratie (vergroot organisatorisch isolement, bevordering van de eigen cultuur, versterking van de eigen identiteit, uitkristallisering van de eigen maatschappelijke ideologie), de 'kerstenende' toepassing op de hele maatschappij, de assimilatie en externe integratie nadien, dat alles is niet zo vanzelfsprekend en glad verlopen als wel wordt gesuggereerd. Het meest interessant is om te zien dat het er vóór ± 1880 helemaal niet naar uitzag dat de zuilen, de middelen van de interne integratie dus, eerst nog nodig waren. Anders gezegd: het is nuttig zich te verdiepen in de 'ongeëmancipeerde' katholieke wereld van b.v. direct na 1853 en dan te constateren: de civis catholicus wil vrij en gelijkwaardig opereren in een civitas neutra, zich lavend aan de bronnen van de zich in-en extensief structurerende ecclesia catholica neerlandica (de 'Romana'). Het latere ideaal van de civitas christiana is nog maar embryonaal aanwezig.

n.Er is een verschuivingsproces van subcultuur naar bewuste contracultuur terwijl er tegelijkertijd een streven is naar groter nationaal bewustzijn. De lijnen van dit niet erg duidelijk krachtenspel zouden nader kunnen worden getekend, met realia en data moeten worden opgevuld.

Enige vragen

I. Wat is er typerend Nederlands (dus samenhangend met de minoriteit in e.) aan eisen van godsdienstvrijheid, vrijheid van drukpers, van onderwijs etc.? Men spreekt toch bij Lamennais ook niet van een e.-proces? Vgl. de eisen en acties van de katholieke ultramontanen in Duitsland tegenover het Staatskirchentum. Dus in hoeverre gaat het hier, los van een echt, endogeen e.-proces, om een internationale problematiek?

n. Wat is er typisch katholiek-emancipatorisch aan vrijheidseisen waar alle liberalen ook mee te voorschijn kwamen? Ik bedoel: men spreekt toch ook niet van de e. der liberale bourgeoisie? Hier hangt waarschijnlijk de echt-katholieke spanning tussen theorie (waarheid) en praktijk (vrijheid) mee samen en die lijkt me het uitwerken waard.

Hl. Algemeen wordt onze 'schoolstrijd' als bij uitstek emancipatorisch gezien, maar er was overal schoolstrijd in West-Europa. Wat is het bijzondere e.-karakter ervan? De buitensporige paci-

ficatie-eisen? En vooral het unieke resultaat straks? Heeft dit laatste het eerste in de historiografie beïnvloed?

IV. Is het niet de moeite waard om te reflecteren op het, intern gezien, juist niet-emancipatorische (emancipatieve? ) karakter van een kerk die zich steeds meer gesloten-clericaal gaat opstellen? (Vgl. Goddijns 'tweede emancipatie' die zich nu zou voltrekken).

V. Is door de e.-literatuur in eigen kring de identiteit van de eigen groep niet overtrokken? Met als gevolgen discriminerende visies op de 'lauwen', de 'laksen', de 'liberalen 9 ? Hangt het hiermee ook samen dat Rogier liever van 'herleving' dan van 'emancipatie' spreekt?

Literatuur

Brom, G. Alfons Ariëns, 2 dln. Amsterdam, 1941.

Brom G. Cornelis Broere en de katholieke emancipatie. 1955. Utrecht-Antwerpen,

Brom G. Alberdingk Thijm. Utrecht-Antwerpen, 1956.

Commissaris, A.CJ. Van toen wij vrij werden, 2 dln. Groningen-Den Haag, 1928 - 1929.

Doorn, J.A.A. van. 'De emancipatie der nederlandse rooms-katholieken in de sociologische literatuuur', Sociologische Gids V (1958), 194 - 204.

Goddijn, J.J.O. Katholieke minderheid en protestantse dominant. Assen, 1957.

Gorris, G. J.G. Ie Sage ten Broek en de eerste faze van de emancipatie der katholieken. 2 dln. Amsterdam, 1947 - 1949.

beschouwd in het licht van zijn tijd. Nij-Görris, G.C.W. Dr. W.J.F. Nuyens megen, 1908.

Heek, F. van. Het geboorte-niveau der Nederlandse Rooms-Katholieken. Leiden, 1954. De meest relevante stukken ook in:

Heek, F. van. Van hoogkapitalisme naar verzorgingsstaat. Meppel, 1973.

Hendriks, J. De emancipatie van de gereformeerden. Alphen a.d. Rijn, 1971.

Rogier, L.J. en Rooy, N. de. In Vrijheid herboren. Katholiek Nederland 1853-1913. 's-Gravenhage, 1953.

Thurlings, J.M.G. De Wankele zuil. Nijmegen-Amersfoort, 1971.

Versluis, W.G. Geschiedenis van de emancipatie der katholieken van 1795 - heden. Utrecht-Nijmegen, 1948. in Nederland

Verwey-Jonker, H. 'De emancipatiebewegingen' in Drift en koers. Assen, 1968.

Witlox, J.H.J.M. De Katholieke Staatspartij in haar oorsprong en ontwikkeling geschetst, 2 dln. 's-Hertogenbosch, 1919 - 1927.

Witlox, J. [H.J.M.] Schaepman als staatsman, 3 dln. Amsterdam, 1960.

Witlox, J.H.J.M. De staatkundige emancipatie van Nederlands katholieken 1848 - 1870. Bussum, 1969.

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 1 september 1978

DNK | 93 Pagina's

NEGENTIENDE-EEUWSE INTERPRETATIES VAN  ‘EMANCIPATIE’ ALS BEGRIP EN BEWEGING

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 1 september 1978

DNK | 93 Pagina's