GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

Bekijk het origineel

Ingezonden Stukken.

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Ingezonden Stukken.

7 minuten leestijd Arcering uitzetten

(Buiten verantwoordelijkheid van de Eedactie.)

SCHARNEGOUTUM, l6 April 1888.

Hooggeachte redactie!

Vergun me in uw veelgelezen blad kortelijk iets mede te deelen van de gebeurtenissen, die hier in den laatsten tijd op schoolgebied hebben plaatsgegrepen.

In het begin van de maand Augustus des vorigen jaars werd door den predikant der Hervormde Gemeente alhier, den heer Ds. Enderle, voorzitter van het bestuur der Chr. school te dezer plaatse, van mij geëischt, dat ik bij mijne mede-ingezeténen niet over de reformatie der kerken zou spreken, óók niet, wanneer mgne opinie daarover gevraagd werd. Ik meende aan dit verlangen geen gehoor te mogen geven, daar mijne persoonlijke vrijheid daardoor aan banden werd gelegd, en ik bovendien als lidmaat der gemeente, waar het pas gaf, niet mocht zwijgen van den leugenachtigen toestand in de Ned. Herv. kerk en den eisch van he Woord Gods in dezen. Eindelijk was, naar mijne bescheiden meening, de reformatie der kerk geheel in overeenstemming met de belijdenisschriften der Gereformeerde kerken hier te lande, en met deze belijdenisschriften had ik instemming betuigd bij het aanvaarden mijner betrekking als hoofdonderwijzer aan de Chr. school alhier (art. lo der instructie voor de onderw.). Kort daarop belegde de voorzitter eene bestuursvergadering, teneinde mij door het bestuur der school tot neutraliteit inzake de reformatie te dwingen, doch deze vergadering viel door onderlinge verdeeldheid in het water.

Zoo bleef de zaak hangende, tot in het begin dezes jaars, toen op een paar vergaderingen der Ver. voor Chr. Ond. alhier onderscheidene personen sDoleerenden" en Chr. Gereformeerden niet en een achttal »synodalen" wel als lid der vereeniging werden toegelaten. De meerderheid kwam daardoor sterk aan de zijde der laatsten.

Den loden Februari zond ik aan kerkeraad en kerkvoogdij bericht, dat ik niet langer godsdienstoefeningen kon bijwonen, waar, bij de bediening des Woords en der Sacramenten, óók nog de synodale organisatie van 1816/52, die, evenals de pauselijke kerkregeering, het eeren van de majesteit van Koning Jezus onmogelijk maakt, geëerbiedigd werd, en dat ik daarom met den eersten Maart mijne betrekkingen als voorlezer, koster en organist nederlegde.

Den 2 7 sten Februari daarop was er vergadering van kerkvoogden en notabelen der Hervormde Gemeente ter behandeling van de rekening over '87 en de begrooting over '88. De predikant der Hervormde Gemeente woont deze vergaderingen bij en heeft eene adviseerende stem. Als notabele was ik daarbij ook tegenwoordig. Na behandeling der genoemde zaken (de agenda vermeldde ook niet meer) moest ik de vergadering verlaten om les te ge\en aan onze normaalles te Sneek. Toen ik vertrokken was, is door de aanwezige kerkvoogden en notabelen een schrijven gericht aan het bestuur der Christelijke school alhier, met de vraag of het niet wenschelijk zou zijn, dat de hoofdonderwijzer der school als zoodanig ontslagen werd, aangezien hij zijne betrekking als organist bij de Hervormde Gemeente had nedergelegd.

De behandeling dezer zaak was geheel in strijd met het reglement op het beheer der kerkefondsen, dat in art 14 zegt: »Bij gecombineerde vergaderingen van kerkvoogden en notabelen wordt de vergadering, met opgaaf der punten van behandeling, vier dagen tevoren, door den president-kerkvoogd opgeroepen."

Dat de kerkeraad, wegens mijn bedanken als voorlezer, niet een dergelijk schrijven aan het bestuur der school heeft gezonden, ligt naar mijn vermoeden hierin, dat een zoodanig voorstel daar geene meerderheid kon krijgen.

Op eene 12 Maart gehouden bestuursvergadering der school is toen met drie tegen één stem (één lid was wegens ongesteldheid afwezig) besloten de Vereeniging op te roepen en tot haar met een voorstel tot ontslag van den hoofdonderwijzer te komen. De drie leden, die vóór stemden, waren ook aanwezig op de vermelde vergadering van kerkvoogden en notabelen. Het afwezige bestuurslid nam den volgenden dag als zoodanig zijn ontslag.

Vervolgens kwam de vergadering der vereeniging op 19 Maart en in deze werd met veertien tegen elf stemmen en drie blanco het voorstel van het bestuur aangenomen en besloten den hoofdonderwijzer der Christelijke school als zoodanig te ontslaan. Na afloop der stemming over het voorstel bedankten tien der aanwezigen ("waaronder één bestuurslid) voor hun lidmaatschap en verlieten de vergadering.

Nadat nog de hoofdcommissie der Ver. voor C. N. S. te Amsterdam aan het bestuur der school bericht had, dat zij dit ontslag niet goedkeurde, ontving ik den uden April j. 1. het volgende schrijven van het bestuur:

SCHARNEGOUTUM, II April 1888.

Weledele Heer!

Wij vinden ons genoodzaakt, u mede te deelen dat de Vereeniging voor Christelijk Nationaal Schoolonderwijs te Scharnegoutum e. o in hare vergadering van 10 Maart j.l. besloten heeft, u te ontslaan uit de betrekkmg van hoofdonderwijzer aan hare school.

De Vereeniging is daartoe gedrongen door de verandering, welke uw kerkelijk standpunt heeft ondergaan. Toen zij u benoemde, waart gij voor haar een vriend van de Ned. Hervormde kerk, terwijl gij thans blijkens het door u genomen ontslag als koster en voorlezer en organist bij de Hervormde Gemeente alhier, met de omstandigheid daarbij, dat gij ganschelijk nalaat, aan de godsdienstoefeningen dier gemeente deel te nemen, en de zaak der doleantie bevordert, u van de Ned. Hervormde kerk hebt afgewend.

Daarom kon de Vereeniging niet anders handelen, dan zij deed, hoezeer het haar overigens smart, dat zij tot dezen maatregel heeft moeten overgaan, aangezien zij noch tegen uw onderwijs, noch tegen uw levensgedrag bezwaren heeft.

Naardien u het ontslag gegeven wordt om andere redenen, dan die van een ergerlijken levenswandel, berichten wij u, in overeenstemming met Artikel 19 van de Instructie voor de onderwijzers aan onze Christelijke school, dat bedoeld ontslag zal gerekend worden in te gaan den uden October 1888.

Hoogachtend noemen wij ons

Het Bestuur van voornoemde vereeniging.

(w.g) JB. ENDERLE TZ., Voorzitter.

­ „ D. D. ROLLEMA, Secretaris.

Den Wel-Ed. Heer T. DE JONG, Hoofdonderwijzer aan de Christelijke School te Scharnegoutum.

Het zal, M. d. R., uwe aandacht niet ontgaan zijn, dat bij de vermelding der redenen in dit schrijven niet van eenig artikel van de reglementen der Vereeniging melding wordt gemaakt. Dit zou ook trouwens moeilijk gaan, daar 't eenig artikel, dat eenigen grond tot het ontslag oplevert, is art. 17 der instructie, luidende : »Het ontslag wordt verleend op schriftelijke aanvrage van de onderwijzers of wanneer de Vereeniging daartoe door andere redenen genoodzaakt wordt.

Daarbij is de formuleering der redenen, die als aanleiding moeten dienen, niet van de vergadering, waarin het besluit werd genomen, maar een later werk van hel bestuur.

De datum van lo Maart, in deren brief genoemd, is foutief en moet zijn 19 Maart.

Op initiatief van de bovengenoemde tien personen, die voor hun lidmaatschap der vereeniging voor Christelijk onderwijs alhier hadden bedankt, en nog eenige anderen, werd in den avond van 21 Maart eene vergadering belegd inde kerkekamer der Christelijke Gereformeerde Gemeente alhier, teneinde eene Vereeniging voor Gereformeerd Schoolonderwijs op te rich­ t ten.

De nieuwe vereeniging kwam dienzelfden avond tot stand en staande de vergadering sloten zich een dertigtal personen erbij aan, welk getal nu reeds tot boven de zestig is geklommen

Art. 1 dier vereeniging luidt:

De vereeniging is gegrond op de onveranderlijke waarheid, door Gods Woord geopenbaard en in de Formulieren van eenigheid der Ned. Geref. kerken uitgedrukt.

Art. 2. Zij bedoelt de oprichting en instandhouding van scholen, waarin lager onderwijs wordt gegeven naar de behoeften des tijds en overeenkomstig den grondslag der vereeniging.

De leden betalen eene jaarlijksche contributie van één tot vijf gulden.

Ziedaar, hooggeachte Redactie, hoe zich de zaken hebben toegedragen. Staat het gegeven ontslag in verband met de reformatie der kerken, niet minder de oprichting van de nieuwe Vereeniging voor Geref. Schoolonderwijs alhier. Zij toch is de vrucht van de eenheid in belijdenis van »Doleerenden" en Chr. Gereformeerden. Op de vergadering, in welke die schoolvereeniging tot stand kwam, werd het gevoeld, dat zij »zonen van hetzelfde huis" zijn en als broeders moeten samenwerken. Brenge het Hoofd der gemeente hen spoedig, met al Gods kinderen in deze landen, ook kerkelijk bijeen, opdat zij allen één zijn en opdat de wereld geloove, dat onze Heere Jezus Christus van den Vader is gezonden! P t

U bij voorbaat dankzeggende voor de plaatsing, heb ik de eer, met de meeste hoogachting te zijn,

Uw dw. dienaar, T. DE JONG, Hoofdonderw. der Chr. school.

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van zondag 6 mei 1888

De Heraut | 6 Pagina's

Ingezonden Stukken.

Bekijk de hele uitgave van zondag 6 mei 1888

De Heraut | 6 Pagina's