GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

Bekijk het origineel

Voor Kinderen.

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Voor Kinderen.

5 minuten leestijd Arcering uitzetten

PAASCHFEEST.

Zag 't Eng'lenheir het licht verrijzen, " In 's werelds vroeger dageraad En zong 't in ongekende maat Des Scheppers lof op blijde wijzen,

Nu rijst de zon met schooner schijn. Nu hoeren we, ook door englenmonden Het heerlijk wonder Gods verkonden, Nu zal 't een eeuwge morgen zijn.

Dit Paaschfeest brengt ons 't ware leven De droefnis wijkt, de smart is uit, Daar God zijn Zoon, naar 't raadbesluit, Den heid'nen tot een erf wil geven

O Feestdag, heugelijke tijd Waarop» de Heiland is verschenen Gij droogt de tranen van ons weenen, Schenkt vreugd, die eeuwiglijk verblijdt.

Nu zien we Petrus moe van treuren, Daar hij zijn diepen val beschreit. Maar door berouw teruggeleid, Met Christus 't hoofd weer opwaarts beuren,

Johannes volgt den Meester na, Door innig liefdevuur gedreven, 't Blij Emmaus ziet Gods Zoon herleven, Die maar vervult Bethania.

Al staat Maria's oog bekreten, — Nu Jezus zich aan haar ontdekt, «Maria" zegt, haar hart verwekt, Mag zij Hem weer haar »Meester" heeten.

O heerlijk woord, wat levenskracht. Wat heil doet gij in 't harte vloeien; Mocht ook in mij de balsem vloeien, O Heiland die al 't leed verzacht!

Laat nooit de hope in U mij derven; o, Gij, die al uw volk verblijdt, Verryzenis en leven zijt. Leer mij \n U gestadig sterven.

Want ga *k met U dan in den dood. Dan zal met U het leven rijzen, Dan zal ook straks mijn vleesch verrijzen, Als Gij mij tot uw ruste noodt.

Dat is een schoon vers, vrienden en vriendinnen. Ik durf dat gerust zeggen, ten eerste omdat het waar is, ten tweede omdat ik 't niet zelf heb gemaakt; alleen maar wat veranderd. Want het is al heel oud en zou zoo onveranderd, misschien wat onbegrijpelijk zijn geweest.

Of het dan nu te begrijpen is? Zeker, als men het maar goed leest. Laat, wie lust heeft, eens opzoeken waar in de Schrift de dingen allemaal staan, waarvan hier gesproken wordt. Dat is een nuttig en heerlijk werk, en we zullen het graag meedeelen. Ook leert het recht verstaan wat men leest.

Toch, lieve vrienden, is er" nog iets meer noodig, om dit Paaschvers recht te vatten of liever om' er mee in te stemmen. En dat is de genade waardoor wij, die in de zonde en den dood van nature liggen, bekleed worden met Christus gerechtigheid en gemaakt tot «kinderen der opstanding, die met Paulus zeggen: Ons Pascha is voor ons geslacht, namelijk Christus!"

Door de zonde is de dood in de wereld gekomen, en die is doorgegaan tot alle menschen. Dat is de groote ellende, waarin de menschen van nature zijn. Doch nu lezen wij in Gods Woord, dat er een tijd komt, waarin de dood niet meer zal zyn, noch rouw, noch moeite, noch droefenis, een tijd, door God bereid allen die Hem liefhebben, en Hij zal alle tranen van han oogen afwisschen.

Wie heeft dit mogelijk gemaakt? Dat heeft de Heere Christus gedaan. Hij verwon den dood. Hij heeft het leven en de onverderfelijkheid aan 't licht gebracht. En allen die in Hem zijn, deelen daarin. Dat te weten, daarin verblijd te zijn, is waarlijk Paaschfeest vieren.

De wijze Indiërs.

Onder de Indiërs vindt men er, die al zijn ze heidenen, toch zeer geleerd en kundig zijn. Een van deze laatste, maar die tot de Heere bekeerd was, een oud man, kwam eens in het huis van zijn leeraar. Het zoontje van dezen, een kind van zes jaar, leerde juist den tekst: »alzoo lief heeft God de wereld gehad, dat Hij zijn eeniggeboren Zoon gegeven heeft, opdat een iegelijk die in Hem gelooft niet verderve, maar het eeuwige leven nebbe."

De oude man hoorde dit een poos opmerkzaam aan. Toen kwamen hem tranen in de oogen.

»Wat scheelt u ? " vroeg de leeraar.

»Ik word diep geroerd", was het antwoord, »als ik dit kind hoor spreken. Want het is op zijn zesde jaar al wijzer dan ik op mijn veertigste was. Een zoodanig woord uit het Heilige Boek heeft meer waarde, dan al onze wijsheid te zaam.''

CORRESPONDENTIE.

J. te J. Het zal u duidelijk zijn als we zeggen, dat een vraag als door u gedaan, eigenlijk wat hoog gaat voor deze rubriek. Doch dit is wel zeker, , dat het eten van zekere onreine dieren, als varkens en eenige visschen, wel aan Israël was verboden, maar ons is vrijgelaten. Zoo ook staat het met wat gij meer noemt. Dat de Christenen zich daarvan in den tijd der apostelen onthielden, was of om gteen aanstoot te geven, of wel omdat het met heidensche plechtigheden in verband stond. Doch dat het op zichzelf niet kwaad is, leert de apostel duidelijk, zeggende: »eet al wat in het vleeschhuis verkocht wordt" en «alle schepsel Gods is goed' enz. Meer kunnen we er hier moqilijk van zeggen.

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van zondag 29 maart 1891

De Heraut | 4 Pagina's

Voor Kinderen.

Bekijk de hele uitgave van zondag 29 maart 1891

De Heraut | 4 Pagina's