GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

Bekijk het origineel

Generale Synode der Gereformeerde Kerken in Nederland te Dordrecht.

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Generale Synode der Gereformeerde Kerken in Nederland te Dordrecht.

13 minuten leestijd Arcering uitzetten

Derde Sessie.—Donderdag 31 Augustus 1893

Namiddagvergadering.

In deze zitting, waarin de deputatcn van de buitenlandsche kerken aan het woord komen, spreekt het eerst Rev. Dr. Mathews, van de Presbyterian Church of England en tevens secretaris van the Presbyterian Alliance. Had hij verleden jaar de eerste Generale Synode te Amsterdam bijgewoond, waarop de «hereeniging" haar beslag kreeg, hij verheugt zich ook op deze tweede Synode aan de gevoelens van vriendschap zijner kerk voor de Gereformeerden in Nederland uiting te mogen geven. Hij wijst verder op de overeenkomst tusschen hen en de Engelsche puriteinen, op Knox en a Lasco, Dord en Westminster en eindigt met de hartelijke groeten van »de zonen van hetzelfde huis" over te brengen. Dan, ook namens the Alliance heeft hij een woord en heeft hij de professoren Wielinga en Bavinck verleden jaar op het concilie van Toronfo ontmoet, hij wenscht van harte, dat de Gereformeerde Kerken in Nederland hare afgevaardigden ook ­naar dat van Glascow in 1896 zullen zenden. li Sterker nog dan de trekking des bloeds, 'is die van het eene, gereformeerde beginsel dat ons r de allen vereenigt.

Na door Ds. Lion Cachet te zijn beantwoord, wordt het woord gegeven aan Rev. Dr. N. M. Steffens en Rev. R. H. Joldersma van de Reformed Church in Amerika.

Prof. Steffens, Holland, Michigan geeft in breede trekken de geschiedenis van zijn kerk in Amerika, van de dagen toen zij nog ressorteerde onder de classis van Amsterdam in Nederland, tot zij mondig, gf^worden, eerst als Protest. Geref. Holl. kerk, straks alleen Reformed Church, poside nam, en later, in 1847, zich met de emigranten uit Nederland onder Dr. Van Raalte — wiens nagedachtenis hij met dankbaarheid herdacht — vereenigde. Bij zijn gelukwensch met de hereeniging, voegt hij de uitnoodiging tot voortdurende correspondentie, s en spreekt hij het verlangen uit voor een gemeenschappelijk vasthouden aan de waarheid en wandelen in de wegen des Heeren.

- t , r - Rev. Joldersma, superintendant of Western Missions of the Reformed Church in America, geeft eerst een zeer belangrijk overzicht van »bet werk in de kerk"; van hare binnen-en buitenlandsche zending; van den arbeid onder de emigranten, zoodat niemand hunner die in Amerika komt het Evangelie kan ontvlieden. Hij verhaalt van den »Lady's-day", waarop de zusters der gemeente, met het wapen van den Zwijger en het Oranjelint getooid, onder de Hollandsche driekleur, haar arbeid in den dienst der barmhartigheid bespreken; van de »kweekhoven" waar de predikers hun opleiding ontvangen: Orange-City, Hope College, Rutgers College; van de 50 nieuwe gemeenten, waaronder 32 Hollandsche, in den laatsten tijd gesticht. Dan vertelt hij van de zending zijner kerk in China, Japan, Indië en Arabië, — een zendingsveld, thans met 55 gemeenten, 218 stations en 5799 leden en waarop 63 zendelingen met 400 helpers arbeiden; in China en Indië een eigen hospitaal bezit en r waarvoor de kerken / 587, 600, dat is ongeveer ƒ 5.70 per lid opbrengen. Op-'de Synode van de Reform Church, in Juni 1894 te New-Jersey te houden, hoopt ook hij de Gereformeerde Kerken van Nederland vertegenwoordigd te zien. g Eindelijk brengt van uit Amerika Ds. J. H. d Vos van de Holland Christian Reformed Church v den zustergroet. Ontstaan in 1857 uit de schei­ n ding van de Reformed Church, bestaat zij thans l uit iio kerken met 70 predikanten en 50, 000 l leden. Zij bezit te Grand-Rapids «en oplei­ v dingsschool met 4 docenten en 50 studenten. m Zij arbeidt onder de emigranten en drijft sedert '88 ook de buitenlandsche zending. Een hereeniging, gelijk bij de Gereformeerde leden in Nederland tot stand kwam, zou ook in Amerika zeer gewenscht zijn. Een poging daartoe d in '84 te Grand-Rapids gewaagd, mocht ech­ d ter niet gelukken, vooral de houding tegen­ t over de vrijmetselarij ingenomen, was toen een struikelblok. z

De deputaten der twee kerken uit Amerika worden thans door Ds. J. K. Donner beantwoord, waarop aan die van de United Original Secession Church van Schotland het woord wordt gegeven. l

Rev. William B. Gardiner van Glasgow, Scriba Synodi, brengt de groeten zijner kerk e over en wenscht der Synode geluk met de tot stand gekomen hereeniging. Is hij ook voor het eerst in Nederland, toch gevoelt hij er zich in de geestelijke eenheid met hen die eenzelfde belijdenis hebben, geen vreemdeling. Hij wijst ook op de historische eenheid tusschen de kerken van Schotland en Nederland; — onze martelaars zijn in Schotland bekend en de historie van de »Covenanters" kent men ook in Holland. Opgekomen uit de scheiding van 1733 in de dagen der Erskine's — een scheiding ontstaan uit: het misbruik in Gods kerk van het patronaat, het dulden van kettersche leer, en de hiërarchie der besturen; — houden zij nog altijd vast aan de waarheid in kerkleer en kerkinrichting. Slechts een kleine groep in den lande, hopen zij «stand te houden!" gelijk een Wellington bij Waterloo een door den vijand omsingeld bataljon toeriep.

n Rev. Robert Morton in Leith, die er aan herinnert hoe men Ds. Lion Cachet reeds ten vorige jare als deputaat op de Schotsche Synode mocht ontmoeten, spreekt van de schuld van dankbaarheid in Schodand tegenover Holland, op wat de Schot Alexander Comrie in Holland ontving en straks juist daarom aan zijn vaderland in zijn schriften kon bieden; aan wat de oud-Hollandsche theologie met name a Marck in zijn conpendium aan de Schotsche studie schonk. Op theologisch en kerkelijk gebied noemt Rev. Morton zijn land thans wanhopig verdeeld en den stiijd tegen het rationalisme eischt aller kracht, hij roept de Nederlandsche gereformeerden óp, ook voor den vrede van Jeruzalem in Schotland te bidden. Dr. Kuyper brengt namens de Synode dank aan de Schotsche afgevaardigden.

Vierde Sessie—Vrijdag I September.

Ds. Stroeven begroet de Synode namens de Oud-Gereformeerde Kerken van Oost-Friesland en het Graafschap Bentheim en deelt mede hoe de kerken daar, wel zijn van kleine krachten, doch het Woord bewaard en niet verloochend hebben. Hij herinnert aan het gemeenschappelijk verleden, aan de ballingen die te Emden herberg vonden en teekent de verhouding der Gereformeerde kerk in Oost-Fiiesland tegenover de Evang. Ref. kirche aldaar. In Bentheim bleef men tot dusver vrij van de methodistische en rationalistische invloeden, waartegen echter in Oost-Friesland den strijd moest aangebonden.

. Prof. De Cock antwoordt namens de Synode. Nadat Prof. Bavinck nog verslag heeft uitgebracht van de deputatie van Ds. Beuker en Ds. J. Bavinck naar de vergadering der kerken van Oost-Friesland op 31 Augustus 1892, wordt de discussie over de concept-regeling voor de opleiding van dienaren des Woords in de Gereformeerde kerken voortgezet.

Staande de vergadering komt het antwoord in op het, gisteren verzonden, telegram aan H. M. de Koningin en de Koningin-Regentes. Het luidt aldus:

- Gereformeerde Kerken in Synodi te Dordrecht. Hare Majesteit de Koningin-Regentes draagt mij op U hoogstderzelver dank over te brengen voor de gelukwenschen Haren Majesteiten aangeboden.

Adjudant van dienst.

Met het dienstwerk schorst. oog op de voorbereiding voor het op Zondag wordt de Synode ge-

Vijfde Sessie. — Maandagavond 4 Sept.

Nadat, op het einde der middagzittiog van Vrijdag, door Prof. Kuyper, namens zijn mededeputaten tot de concept-regeling voor de opleiding van Dienaren des Woords in de Gereformeerde Kerken, de door sommige leden tegen dit concept te berde gebrachte bezwaren waren besproken, heeft de Synode in. deze zitting de discussie over het concept voortgezet en zijn een viertal voorstellen ingediend: van de deputaten voor de concept-regeling, van de deputaten der provinciën Groningen en Zeeland, van Ds. de Haas, en eindelijk van Dr. H. Franssen, terwijl door JDs. J. H, Feringa en K. Femhout een aantal amendementen op de bijlagen van het concept zijn ingekomen. Met het oog op het vergevorderde uur wordt de behandeling hiervan echter uitgesteld.

Zesde Sessie. — Dinsdag 5 September.

Prof. Noordtzy brengt rapport uit aangaande de correspondentie met de Hooge Regeering. Wij ontleenen aan dit rapport het volgende : De Generale Synode van Amsterdam gaf den i7en Juni 1892 aan |Hare Majesteit de Koningin-Weduwe-Regentcs per eerbiedig adres kennis van de samenvloeiing van de beide groepen van Gereformeerde kerken, toen bekend onder den naam ^van Christelijk Gereformeerde en Nederd. .Gereformeerde in éénzelfde Kerkverband onder den naam van: «De Gereformeerde Kerken in Nederland", met vermelding dat de heeren A. F. de Savornin Lohman, J. H. Donner en M. Noordtzy saangewezen waren voor de correspondentie met de Hooge Regeering."

Na zich dadelijk geconstitueerd te hebben berichtten deze broederen, nog den i8en Juni aan Hare Majesteit, dat hun adres was: M. Noordtzy te Kampen, die het scribaat zou waarnemen, terwijl aan den heer Lohman het praesidium was opgedragen.

Zij ontvingen daarop per missive van den heer Min. van Justitie d.d. 14 Juli 1892 be­ richt, «dat de Regeering kennis draagt van de samenvloeiing der kerken."

Inmiddels hadden de praesides der Generale Synode van Amsterdam aan den heer Min. van Binnenlandsche Zaken d.d. 30 Juni 1892 gezonden «de lijst van de namen dusver gevoerd door de 700 Geref. Kerken, die in deze Synode vertegenwoordigd waren, met daarnaast de namen, die zg thans voeren"; gepaard met beleefd verzoek, «dat de gewestelijke en gemeentelijke autoriteiten, voor zooveel zulks mocht vereischt worden, van deze naamverandering mogen verwittigd worden." Van den Minister kwam daarop 10 Sept. 1892 bericht, dat aan het verzoek der praesides is gevolg gegeven. Verder spreken deputaten het uit, dat zich aan hen geene verschijnselen hebben voorgedaan, die de overtuiging zouden geven, dat de rechtspositie van de kerken toch zou verzekerd zijn.

De lijst van kerken der in Juni 1892 ingezonden bij de Hooge Regeering bevatte, gelijk boven vermeld, toen 700 namen van kerken. Thans bedraagt dit getal 716, waarbij twee echter door verschikking van grenzen slechts naamverandering hebben ondergaan en er 14 zijn bijgekomen.

Eindelijk spreekt het rapport van eenige bijzondere zaken: i. van een in September 1892 bij deputaten ontvangen missive der kerken te Leiden A, B, C, waarbij deze het verlangen uitspreken, dat door alle Geref. kerken in Nederland een algemeene boet-en bede-dag gehouden worde en van hen verlangen dit verzoek met een aanbevelend woord aan al de kerken over te brengen. Deputaten hoe ook van de wenschelijkheid van zulk een dag overtuigd, achtten zich echter hiertoe onbevoegd. 2. Hebben deputaten op verzoek van de Classis Utrecht een adres van die Classis aan den Minister van Oorlog aangeboden, dat gewijzigd moge worden de bepalingen, die kampeerende militairen verhinderen des Zondags of op algemeen erkende Christelijke feestdagen naar de Geref. kerken in hunne nabijheid te gaan", een adres waarop den zösten April 1893 door Z. E. is geantwoord: «dat met het verzoek der Classis rekening zou worden gehouden."

Naar aanleiding van dit rapport en de daaraan verbonden voorstellen besluit de Synode met dankzegging aan heeren deputaten voor hun gewichtige en belangrijke arbeid: A. in het algemeen goedkeuring te verleenen aan de adviezen door uwe deputaten gegeven; B. hun machtiging te geven om:

a. wanneer door het besluit van eenige kerk verandering zou komen in de bij de regeering berustende officieelc lijst van de Gereformeerde kerken in N& derland, het bericht van zulk een besluit, reeds door de bedoelde kerk zelve aan de regeering gezonden, vanwege de gezamenlijke kerken bij Haar te bevestigen, met verzoek van mededeeling aan de gewestelijke en gemeentelijke autoriteiten, nadat hun zal gebleken zijn, door officieel bericht van de Classis waartoe de bedoelde kerk behoort, dat deze Classis zoodanig kerkeraadsbesluit heeft goedgekeurd;

l. om alle stukken die van de regeering bij hen inkomen, bestemd voor de gezamenlijke kerken, door het T> Kerkblad" of ook anderszins aan die kerken mede te deelen;

c. om, in buitengewone gevallen van rouw of vreugde het koninklijk huis betreffende, betuiging van deelneming in naam der kerken aan de hooge regeering te doen geworden.

Ten laatste wordt aan de heeren Noordtzij, J. H. Donner en Rutgers, opgedragen voor de straks opnieuw te benoemen deputaten, een concept-instructie te ontwerpen.

In den namiddag rapporteert Ds. E. Kropveld aangaande de Zending onder de Joden.

Het rapport gaat over i Aug. '91—31 Juli '93. Wij ontleenen er het volgende aan: Aan Rom. X — waar de Apostel Paulus spreekt van de toegenegenheid zijns harten en zijn gebed tot God voor Israël — ontleent de opsteller de bemoediging tot een onvermoeid blijven arbeiden aan het heil van het oude Godsvolk. Dïis is dan ook gewerkt. In onderscheidene kerken zijn bidstonden gehouden, die trouw bezocht en van de liefde voor de Joden blijk gaven. Door velerlei tractaten, inzonderheid door het werkje: «Uit duisternis tot licht", is menig kind van Abraham op Abrahams God gewezen. In het verspreiden van deze geschriften, boden jongelingen en jongedochters zoo hier als in Amerika hun hulpe, gesprekken werden daarbij gehouden, soms briefwisselingen gevoerd.

Ook langs anderen weg, is met onze Joodsche natuurgenooten gesproken en gebeden, waarbij nu eens spot en onverschilligheid, maar ook wel belangstelling en ontroering te bespeuren viel.

Stoffelijke steun werd ook deze twee jaren wederom verleend aan het Seminarie te Leipzig, voor de opleiding van zendelingen onder de Joden, waaruit onlangs pastor Gjessing naar Galatz en candidaat Harling naar Braïla vertrokken, beide broeders in dienst van de Noorweegsche Vereeniging voor Israël.

Een degelijke arbeid doet verlangen naar zulk een zendeling onder Israël ook ten onzent, evenals naar een Maandblad dat de Christenen op de Joden en de Joden op den Christus kan wijzen.

Uit alle oorden van ons Vaderland en ook uit Amerika, met name Muskegon in Michigan, ontving de zending onder Israël voortdurend giften. Zoo in '92 alleen ƒ 500 uit Amerika. Het totaal der ontvangsten bedroeg ƒ 4140.20. tegen een uitgave van ƒ 3498.74 dus een batig saldo van ƒ 641.46.

Een saldo dat zeker nog hooger zou zijn geweest, indien de Zuider-en Zwolsche Zendingsfeesten ons niet steeds hadden uitgesloten — of iets wat het rapport «zoo min ethisch als irenisch noemt.

Op het voorstel van deputaten: een leeraar te benoemen speciaal belast met de zending onder de Joden, meende de Synode na een zeer breede discussie ditmaal niet te moeten ingaan, maar aan hen te moeten opdragen: de volgende Synode te dienen met een rapport, waarin deze zending principieel en practicaal wordt behandeld en inmiddels te doen wat zij vermogen om de liefde voor de missie onder de Joden bij de Kerken aan te wakkeren. Na nog eenige bepalingen te hebben gemaakt in zake de grensregcling van sommige plaatselgke Kerken in de provincie Utrecht, gaat de Synode in comité-generaal.

Zevende Sessie—Woensdag 6 September.

Heell deze zitting is gewijd aan de zending onder Heidenen en Mohammedanen.

De zending-director J. H. Donner en Ds. F. Lion Cachet brengen een rapport uit van deputaten tot dezen arbeid, waarin achtereenvolgens gehandeld wordt van: i. den zendingarbeid op Soemba, Batavia en Soerabaja; 2. de overname van den zendingarbeid der Ne-

derlandsche Gereformeerde Zending-verecniging; 3. de uitzending van den heer J. G. Scheurer, als zendeling-arts; 4. de inrichting van den zendingarbeid, met drie bijlagen van de heeren Ds. J. 11. Feringa, Dr. L H. Wagenaar en Ds. De Gaay Fortman.

Nadat de algemeene beschouwingen over dit rapport tot eenige vragen en inlichtingen hebben aanleiding gegeven, worden de afzonderlijke deelen in behandeling genomen.

I. Op Soemba waren 3 Zendelingleeraren: W. Pos, C. de Bruijn en J. J. van Alphen. — De beide eersten zijn gestationeerd te Melolo onder een kolonie Savoeneezen, om op die wijze ook onder de Soembaneezen te arbeiden. De derde, die te Kabineroe arbeidde, is door deputaten van de Zending losgemaakt, echter, naar de rapporteur J. H. Donner met nadruk verklaart, niet om redenen van zedelijken of leerstelligen aardi

Te Soerabaja en te Batavia waar de Zendelingleeraren Bolwijn en Huijsing, door de eigenaardige plaatselijke omstandigheden, meer predikanten van Christelijke gemeenten, dan Zendingboden onder Mohammedanen en vreemde Oosterlingen zijn geworden, zal aan de halfslachtige positie getracht worden een einde te krijgen, en wel door deze twee gemeenten, zoó mogelijk, tot zelfstandige plaatselijke Kerken te maken. Deputaten zullen hiertoe in een der volgende zittingen een voorstel indienen.

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van zondag 10 september 1893

De Heraut | 4 Pagina's

Generale Synode der Gereformeerde Kerken in Nederland te Dordrecht.

Bekijk de hele uitgave van zondag 10 september 1893

De Heraut | 4 Pagina's