GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

Bekijk het origineel

Uit de Pers.

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Uit de Pers.

5 minuten leestijd Arcering uitzetten

In de Amst. Kerkbode besprak de heer JFhr, Mr. W. H. de Savornin Lohman kort geleden het bedeelen van armen bulten de Diaconie om. Thans gaat hij hier nader op in en schrijft er van:

Wij eindigden ons vorig artikel met de waarschuwing t^gen het stelselmatig •zbedeelen" van behoeftigen buiten de diakonic om, en noemden dit ielfs een misbruik.

Op het eerste hooren klonk dit wellicht hard, zoowel tegenover hen die zfch tot het afzonderen en bijeen verzamelen Van het geld dat voor dergelijke ondersteuning noodig is veel opofferingen . getroosten, als tegenover diegenen die de gaven ontvangen.

Wij poogden echter reeds vooraf die beschuldiging van hardheid van 'ons af te weren. Wij wezen i". op de noodzakelijkheid bij zoo grooten nood met de gaven te woekeren, 2". op 's Heeren bedoeling met de instelling van het ambt van diakenen, 3°. op het bestaan van door de H. S. aangewezen uitzonderingen, waarbij het zelfs plicht is aan personen die in een bijzondere betrekking tot ons staan buiten bezwaar der gemeente ondersteuning te geven, wanneer wij daartoe ook maar eenigszins bij machte zijn.

Wij zouden nog op meer kunnen wijzen, maar zullen ons thans tot dit ééne bepalen. Wanneer in de vergaderingen der diakenen 's Heeren Naam wordt aangeroepen, wordt van Hem ook afgebeden «de geest der discretie" d. i. der onderscheiding, «opdat wij een goed onderscheid mogen maken tusschen de rechte armen en de onrechte." Met de laatsten worden diegenen bedoeld welke onzen stety» niet van noode hebben, ja, voor wie het zelfs barmhartigheid zou kunnen zijn ze niet te steunen. Ook onze kerkenorde rekent het tot het ambt van diaken .«wel toe te zien, dat de aalmoezen niet misbruikt worden."

Dit alles is niet zonder grond. Want vooral in eene groote stad is het, helaas, maar al te waar dat menige aalmoes misbruikt wordt, en dat voorzorgen noodig zijn, en veel doorzicht en overleg, om niet daar te geven waar onthouding wenschelijk ware, ook opdat niet te kort worde gedaan aan hen die in waarheid onzen steun behoeven.

Nu zal men ons dan toch zeker niet meer verwijten dat wij hard wilden zijn tegenover de armen, want wij willen niet anders dan vuor hunne belangen spreken: en daarom zeiden Wij: geeft uwe gaven aan de kerk opdat zij in staat worde gesteld haar roeping te vervullen.

Wat noemden wij een misbruik? Wij noemden een misbruik: het buiten de diakonie stelselmatig en regelmatig eigen geld en dat van anderen aan armen uitdeden, gelijk maar al te veel geschiedt zelfs zonder dat ook maar gevraagd word de raad van hen, die door God tot de verzorging der armen' geroepen zijn.

Toch bedoelen wij niet hen die daaraan meedoen hard te vallen, wanneer wij hier van misbruik spreken en op verandering aandringen.

Dat zulk een toestand mogelijk werd is helaas het gevolg van ons kerkelijk verval en van de onvoldoende wijze, waarop de kerk niet slechts in deze eeuw maar ook vroeger voor het werk der barmhartigheid zorg droeg. Het geloof en de liefde, beide voor dezen arbeid zoo noodig, geraakten op den achtergrond, en zoo kon het komen dat niet de nood der armen als eenige maatstaf voor ondersteuning werd genomen, maar dat geweigerd werd met dien nood te rekenen wanneer niet tevens een zekere leeftijd of een bepaald gebrek aanwezig was, ja, dat dan nog zelfs niet meer dan een vooraf vastgesteld bedrag mocht worden uitgereikt ook al voorzag dit op verre na niet in de behoefte. Was het wonder dat de «bedeeling op eigen hand" steeds meer toenam en met het diakonaat steeds minder gerekend werd?

Gode zij dank, hebben wij thans weder vrije kerken, en hinderen ons geen uitwendige banden meer in het navolgen van onze roeping.

Maar daarom moeten wij ook moedig de hand aan den ploeg slaan, onderzoeken wat aan het werk der barmhartigheid te verbeteren valt; mocht het zijn nog eer het te laat is. Door deze gedachte bezield, wezen wij op wat in onze oogen een niet licht te schatten misstand is.

Een ieder vrage zich zelf hoeveel hij daaraan deel heeft, en hoeveel hij kan medewerken om een beteren toestand in het leven te roepend

De lezer veroorlove ons echter nog ééne opmerking. Bij wie te vluchtig las zou ons schrijven den indruk kunnen teweeg brengen, alsof wij ons wilden keeren tegen het onderling versameien van giften in geld of goed ten behoeve der armen, en daarmee een liefdewerk afkeuren, dat in zoo menige grootere of kleinere samenkomst van broeders of zusters pleegt verricht te worden.

Dit is onze . bedoeling niet; wij wilden alleen waarschuwen tegen het verdeelen dier gaven op een wijze die nog in het belang der gemeente noch in dat der armen is. Wij willen zelfs aansporen om ook buiten de gemeentelijke, samenkomsten voort te gaan met in eigen woning of op zondagsschool en naaikrans, groot of klein, de behoeften der armen te gedenken; maar wij bidden u: vergeet dan niet, dat de diakonie in het verdeelen der gaven een bepaalde roeping van den Heere ontvangen heeft.

Moet men dit niet in beginsel beamen, ook al zal het nog langen tijd onmogelijk blijven de lijn zóó strak te trekken.

Toch beginne men met het inslaan van den beteren weg, en de Heere zal ons zegenen.

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van zondag 25 februari 1894

De Heraut | 4 Pagina's

Uit de Pers.

Bekijk de hele uitgave van zondag 25 februari 1894

De Heraut | 4 Pagina's