GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

Bekijk het origineel

Al 's Heeren erfvolk.

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Al 's Heeren erfvolk.

4 minuten leestijd Arcering uitzetten

Zoowel in 1834 als in 1886 heeft steeds de gedachte op den voorgrond gestaan, om »al 's Heeren erfvolk" weer om zijn heilig altaar te verzamelen.

Klaar en helder ging reeds uit Ulrum de roepstem uit, om zich straks weer te hereenigen met een ieder in den lande, die 's Heeren Woord, Dienst en Tucht eeren wilde. En in 1886 is de hand der broederlijke liefde naar alle kant uitgestoken, om ook de op zich zelve drijvende vrije kerken hier en daar in den gemeenen broederband op te nemen.

Ja, ook na de consolidatie van het werk in 1892, is nog steeds de betuiging herhaald, dat we in niets sectarisch wenschten te staan, maar de bede in het hart droegen, om oojc met die broederen van Gereformeerde belijdenis, die nog vijandig tegen ons over stonden, als in één slagorde te mogen optrekken.

We meenen zelfs vasten grond onder de voeten te hebben, indien we dit streven en bedoelen als aller broederen en aller kerken ideaal beschouwen.

Dat we daarbij van »a/ 's Heeren erfvolk" spreken, is in het minst niet de taal van den hoogmoed of van geestelijk exclusivisme.

Het verborgen terrein des harten betreden we niet, en we blijven met Calvijn en zijne groote volgelingen betuigen, dat de Heere de zijnen heeft in eiken kring, iij elk land, onder alle natie, in elke kerk.

Hier echter is alleen sprake van de zichtbare kerk, van de uitkomende belijdenis, van het saam optreden onder de banier des Heeren in de van Hem bestelde orde, en alleen wie alzoo zich aaneensluiten en optreden, vormen in het zichtbare een volk of erfvolk.

Buiten Duitschlands erve zwerven millioenen Duitschers, maar die als zoodanig niet meer onder het Duitsche volk gerekend worden. Onze landverhuizers die naar Amerika en Afrika togen, zijn zeer gewisselijk van onzen aiouden stam, maar behooren niet meer tot het Nederlandsche volk.

In het zichtbare kan uit dien hoofde > al 's Heeren erfvolk" alleen die schare vangeloovigen aanduiden, die één belijdenis belijden, en krachtens die éénheid van belijdenis den drang hebben, om in één kerkverband, onder één kerkenordening te gaan leven.

Niet eerst de kerkenordening, en dan de Belijdenis, maar de Belijdenis voorop, omdat in de Belijdenis de beginselen liggen uitgesproken, ook voor het optreden der kerk in het zichtbare en in goede ordening.

Om niet in zinledige phrasen te vervallen, of te verzinken in mystieke gissingen, is daarom in het zichtbare allereerst de vraag te stellen, wie saam met ons de ééne Belij denis vasthouden, om eerst alzoo te komen tot de tweede vraag: wie met ons naar die Belijdenis leven en handelen willen. Ook dit laatste.

Ruben en Gad behoorden wel terdege tot Israël, al bleven ze ook zitten bij de schaapskooien, toen de banier des Heeren in den strijd werd uitgedragen.

Belijdenis, en leven naar die Belijdenis, zijn en blijven twee.

Maar is het er ons waarachtiglijk om te doen, om al wie de Belijdenis der vaderen nog eert en liefheeft, weer tot één kracht in den lande en alzoo tot een zegen voor ons volk en tot een eere voor Gods naam te stellen, dan moet onverbiddelijk op die eenheid van Belijdenis worden teruggegaan, moet een ieder daarin zijn aanrakingspunt zoeken, en van daar uit de geesten zoeken te veroveren.

Het is op die manier, en langs dien weg, dat de mannen van 1834 ten slotte ons het hart hebben veroverd, en het is alleen in dien zelfden weg dat wij, met hen saam, invloed zullen erlangen op 't hart van de broederen, die eenzelfde waarheid Gods met ons belijden, maar thans in kerkelijke practijk nog tegen ons over staan.

Die verovering zal geen inlijving zijn, evenmin als het een inlijving in 1886 is geweest. De Heere onze God heeft velerlei ^pz-den. Maar het eind van alle die paden ligt toch altoos bij den eindpaal, die al de zijnen ia de vreeze zijns heiligen naams hereenigt.

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van zondag 6 juni 1897

De Heraut | 4 Pagina's

Al 's Heeren erfvolk.

Bekijk de hele uitgave van zondag 6 juni 1897

De Heraut | 4 Pagina's