GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

Bekijk het origineel

Voor Kinderen.

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Voor Kinderen.

6 minuten leestijd Arcering uitzetten

TWEE WERELDEN.

ONDER DE MENSCHEN.

XVII.

Niet lang nadat Rika in de stad was teruggekeerd, vierde mijnheer Brandwijk zijn geboortedag. Er kwam dan altijd veel bezoek en des avonds was er feest.

Dat had Rika gehoord en ze besloot mijnheer, die altijd zoo vriendelijk voor haar was, eens te verrassen. Dat deed zij door hem des morgens te begroeten met eén mooien verjaarswensch op rijm — alles eigen werk — sierlijk geschreven en even sierlijk opgezegd.

Des avonds liet zij weer haar erkentelijkheid blijken, door het spelen van een muziekstuk op de piano, met haar stem begeleid, door 't welk dan tevens blijken zou, welk gebruik zij had gemaakt, van de lessen in den laatsten tijd ontvangen.

Had het mooie vers mijnheer zeer getroffen, en bij mevrouw de oogen doen overloopen, de musiek kreeg de goedkeuring van heel het gezelschap dat des avonds bijeen was. Handgeklap klonk van allen kant, als bewijs hoe het spel van Rika werd op prijs gesteld. Mijnheer Brandwijk bedankte haar openlijk, ook voor de vele goede diensten, welke zij in huis bewees, en vroeg toen of ze ook niet nog eens het vers van van morgen wilde lezen. Rika deed dit gaarne, en weer oogstte zij van velen lof.

’t Was zeker geen wonder, dat het hoofdje van de arme Rika bij al die loftuitingen verward werd en haar hart met hoogmoed en eigenwaan vervuld. Wie van de menschen geprezen wordt, heeft des Heeren genade noodig, om nederig te blijven. De Schrift zegt zoo schoon: De nederigheid gaat voor de eer; als dat niet zoo is, komt dikwijls de vernedering er achter, David die een man was, zeer gezien en geprezen, bad: Houd Uw knecht terug van trotschheden!

Doch Rika was gansch anders gesteld, al was zij geen vorstin. De hoogmoed kan even goed wonen in een hut als in een paleis.

Had de verjaardag aan allen, ook aan Rika veel vreugde verschaft, de gevolgen van dezen dag waren grooter dan de laatste had kunnen denken. Mijnheer Brandwijk toch die, zoo ais we weten, veel van „de kunsi" hield, had nu kunnen opmerken, dat zij daarvoor alle aanleg bezat. Haar voordracht van het vers, haar spel, haar gezang, alles toonde dat. Ea zoo rijpte dan bi] mijnheer het plan geheel, om Rika zoo mogelijk, een kunstenares te doen worden, die op het tooneel roem zou behalen, en dan haar toekomstig geluk grootendeels aan hem danken zou.

Eens in 't jaar was er op de school een algemeen examen, dat velen dagen van inspanning bezorgde. Üm daarvan wat te bekomen, hield men dan drie weken later een groot feest, waarbij behalve de leerlingen en onderwijzers, ook vele gasten tegenwoordig waren. Ditmaal zou er ook een tooneeluitvoering gegeven worden. Men zou een stukje spelen getiteld: „De Herderin." Alleen die meisjes mochten meedoen, welke bij het examen hadden uitgemunt. En 't streelde Rika niet weinig, dat ook zij daartoe behoorde.

Een rol te spelen, gelijk in een tooneelstuk te pas komt, is niet altijd gemakkelijk in meer dan één opzicht. Dat ondervond Rika ook die

een prinses moest Toorstellen, en heel wat te praten had. Weken te voren had zij zich eiken dag ingespannen, om het noodige te leeren, te herhalen, en menig uur werd besteed om met de anderen saam zich te oefenen. Ze voelde dat het inspanning kostte, wilde zij 't goed doen. Had zij even nagedacht, ze zou zich stellig afgevraagd hebben, of 't wel goed en nuttig was, voor een ijdel vermaak als dit zoo veel tijd en moeite te besteden. Maar daaraan dacht het meisje allerminst. De andere meisjes deden immers net als zij: 't Was een groote eer mee te mogen doen. Daarbij er waren er, die zooveel beter speelden dan zij, die veel bevalliger waren in hun bewegingen, en wier stem meer klankwisseling had. Als zij 't nu ook eens zoo ver brengen kon! Wat zou 't heerlijk zijn, die anderen, die nu op haar soms neerzagen, gelijk te wezen, ja misschien te overtreffen!

De groote dag van het feest kwam, en „het Herderinnelje" werd gespeeld. Rika dacht weer aan den eersten avond, toen zij voor zooveel meer menschen nog dan nu gestaan had. Maar toen was het mafkelijker geweest dan nu. Ze deed echter haar best om niet bloo te wezen, zich kalm te houden, en zoo haar rol goed te spelen. Toch trilde haar stem meer dan ge woonlijk, toen zij voor het eerst spreken moest, en een volgenden keer raakte zij zelfs zoo in de war, dat men haar helpen moest, om de juiste woorden te zeggen: Ze kreeg een kleur en al deed ze verder mee, haar genoegen was weg, vooral toen ze zag, hoe een paar meisjes blijkbaar pret hadden over haar misvatting. Ze kreeg hoofdpijn; met groote moeite speelde zij nog mee, doch aan het nafeest dat volgde, kon zij geen deel nemen. Ze was hartelijk blij toen ze weer thuis was, en was heel den volgenden dag niet wel, al kon ze niet zeggen wat haar eigenlijk scheelde.

Mijnheer en mevrouw Brandwijk trachtten haar wat op te beuren, „Alle begin is moeilijk, " zeiden zij, „dat betert wel. Je moet je maar blijven oefenen en hebt het er voor den eersten keer heel goed afgebracht." Maar dat kon het verdriet van R'.ka niet wegnemen, dat zij na al de moeite het er niet beter had afgebracht, dat anderen haar hadden uitgelachen, die nu geprezen werden om hun goed geheugen en mooi spel. Voor 't eerst in haar leven gevoelde zij, hoe eensklaps en onverwacht ons genoegen en onze levensvreugd kan gestoord worden en hoe onbarmhartig de menschen dan vaak zijn, ook die zich eerst lief betoonden.

Zij poogde zich echter te troosten en zie — dat gelukte. Want kort daarop werd zij bij den directeur der school geroepen, die haar vriendelijk maar kortweg vroeg, of zij lust had voor het tooneel opgeleid te worden; voor al hel verdere zou dan worden gezorgd.

„Maar, mijnheer, " zei Rika, „zou ik daar wel voor deugen. Den eersten keer, bij het feest, heb ik het er zoo slecht afgebracht, dat ik vrees voor zulke dingen niet bekwaam te zijn."

„Als ik dat ook dacht, " was 't antwoord, „zou ik het u niet vragen. Iemand kan heel moeilijk over zich zelf oordeelen. Denk er eens over na, en laat me dan uw antwoord weten. Na de vacantie zien we wel verder."

CORRESPONDENTIE.

F. M. te C. Zoo als u zelf bij nadenken zult toestemmen, kan zulk een vraag in deze afdeeling moeilijk worden beantwoord. In het vijfde hoofdstuk van mijn boek: „Om de Kunst", zoudt u het noodige omtrent de zaak kunnen vinden, gelijk ons uit een pas ontvangen schrijven bleek.

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van zondag 3 maart 1907

De Heraut | 4 Pagina's

Voor Kinderen.

Bekijk de hele uitgave van zondag 3 maart 1907

De Heraut | 4 Pagina's