GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

Bekijk het origineel

Leestafel.

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Leestafel.

10 minuten leestijd Arcering uitzetten

Jezus Christus voor onzen tijd door Prof. Dr. J. M. S. BALJON, Prof. Dr. P D. CHANTEPIE DB LA SAU^SAYE, Prof. Dr. F. E. DAUBANTON, G. J. A. JONKER, J. H. L. ROOZEMEIJER en Dr. J. R. SLOTEMAKER DE BRUINE. Bdarn, Hollandia-Drukkeiij, 1908,

Een serieus boek.

Belangrijk genoe; ; om het hier eenigszins uitvoerig te bespreken en er alzoo een tweetal aitikelen aan te wijden.

En dat niet alleen door zijn onderwerp en ïijn doel, maarookdoor zijn wijze en bewerking.

De zes schrijvers vsn dit boek, alle Theologen van professie, behooren tot de korypheeën van wie ten onzent als de „etbischen" worden aangeduid.

Tusschen hen en ons gereformeerden is 'n verschil van geloofsovertuiging, gelijk ook uitkomt in dit boek, dat men niet moet wegdoezelen; zelfs onderling zijn zij op het stuk van geloofsovertuiging bet niet in alles eens, gelijk mede uitkomt in dit boek; maar zoo tusschen hen onderling, als tusschen hen en ons, is er ook overeenkomst van geloofsovertuiging, uitkomend in de belijdenis van het middelaarsgeloof, van het geloof aan Jezus Christus als den Middelaar Gods en der menschen.

Het is daarom, dat zij mèt ons staan tegenover de modernen, die door hun bestrijding van het middelaars-geloof zich buiten hel christendom plaatsen.

Een boek van deze schrijvers over Jezus Christus doet een ernstige, een christelijke behandeling van dit zoo hoogheilig onderwerp vermoeden; de toevoeging: voor onzen tijd, moge al voor 'n oogenblik bezorgheid wekken, — ik kom daar straks op terug — de gedachte aan wie het zijn die hier het woord voeren, dringt die bezorgdheid terstond terug; en eindelijk, waar deze korypheeën van de ethische richting, — sit venia verbo, ik weet nog van vroeger, dat deze samenkoppeling niet geliefd is, maar ik weet op het oogeablik geen beter woord — waar deze mannen van erkende wetenschappelijke bekwaamheid met hun zessen een boek hebben geschreven, kan men soliede werk verwachten.

En in dit alles ben ik, na lezing en bestudeering van : Jezus Christus voor onzen tijd, dan ook allerminst teleurgesteld.

Metterdaad is het een serieus boek.

De titel, dien ik niet onbedenkelijk acht, is niet door de schrijvers zelf gekozen.

Zij zeggen dit in de Voorrede,

„De Directie der HoUandia-Drukkerij te Baarn zocht ons aan, een boek te schrijven, getiteld: „Jezus Christus voor onzen tijd, " dat populair zou zijn, doch op wetenschappelijke grondslagen zou rusten. Wij hadden daartegen wel eenig bezwaar." Van bezwaar tegen den titel wordt wel is waar hier niet gesproken, het bezwaar, hier genoemd gold iets anders, — ik zal een volgende maal zeggen wat, — maar toch is ook door de schrijvers het bezwaar tegen den titel wel degelijk gevoeld ea wordt dan ook elders onomwonden uitgesproken. Voor dat in da Voorrede wèl genoemde bezwaar ging echter de Directie der HoUandia Drukkerij te Baarn niet uit den weg. Zij „bleef aandringen, omdat zij meende, dat aan een boek, zooals zij bedoelde, groote behoefte bestond."

Mooi van zoo'n Drukkerij-Directie,

Nu bestaat dit boek uit zes hoofdstukken.

Bet eeuwig evangelie en de historie, door Prof. Dr. P. D. CHANTEPIB DB LA SAUSSAYE.

Be bronnen voor het leven van Jezus, door Prof. Dr. J. M. S. BALJON.

Jezus' Persoonlijkheid, door J. H. L. ROOZE­ MEIJER.

Jezus' prediking van het Godsrijk, door Prof. Dr. F. E. DAUBANTON,

Het verlossingswerk van Jezus Christus, door Dr. J. R. SLOTEMAKER DE BRUINE.

De geheel eentge beteekenis van Jezus Christus, ook voor onzen tijd, door G. J. A JONKER.

_ Dat nu metterdaad het bezwaar tegen den titel, wijl deze zoo licht het vermoeden wekt van een pasklaar maken van de Christus-voorstelling voor onzen tijd, — door de schrijvers zelf is gevoeld, komt reeds dadelijk uit in het eerste hoofdstuk. Daarin vraagt PROF. DE LA SAUSSAYE: „Iff er toch grooter gevaar denkbaar dan het „eeuwige evangelie" te plooien, om te buigen naar den „geest der eeuw ? " En als blijk, dat dit gevaar niet denkbeeldig is, wijst hij dan op „zoo menige poging om een beeld-van Jezus te tetkenen als resultaat van wetenschappelijk onderzoek, waaraan wij stellig belangrijke schetsen danken, maar ook andere die (iooals die in Frenssen's roman Hilligenlei) aan lichtzinnige oppervlakkigheid niet» te wentchen overlaten."

En niet alleen hier, door den Leidschen boogleeraar, maar ook eldtri door zijn medewerkers

wordt onverholen uitgesprokeB, dal een dergelijk pogen allerminst in hun bedoeliag ligf-

Maar juist omdat het bewustzijn ook van d«e broederen is: Jezus Christus gisteren tn heam dezelfde en in der eeuwigheid, was het wenschdytc geweest, dat een andere dan ^f^^'^X AnZ gripsverwarring aanleiding gevende, »tel öooi hen voor dit hun werk ware gekomen. Zeke, dè'.e titel: Jezus Christies voor onzen ty^^^^^h pakt, ïs berekend op effect..Ik k*? « begrepen dat 'nDrukkerij-DirecUe zoon Wel uitdenkt maar ik acht hem in meer dan één ïin onSasrvoor den inhoud van dit werk; en ook beneden de digniteit van hen, die het hebben

Daarbij komt dan nog, dat op het titelblad het cliché van een CHRiSTUS-kop is afgedrukt, genomen naar de C!irism3-fi.-.uur op de bekende schilderij van MUNKACSY: Christus voorPilatus; een uitbeelding van onzen Heiland waarvan ik mij niet kan voorstellen, dat het christelijk gemoed vrede meê kan hebben.

De ongelukkige gedachte om juist deze cliché boven den titel te plaatsen, zal wel weer sijn opgekomen bij de Directie der HoUandia-Drukk«ij te Baarn.

De zaak van den mm gelukkigen titel wordt daar echter niet beter door.

Zelfs niet voor het debiet van het boek.

Ik acht het toch laag niet onnogelijk, dat vele christenmenschen, afgaande opdituteiblad, in de meening zullen gaan verkfcren, dat dit nu „de Cèiristus voor onzen tijd" is ~ en het boek juist daarom ongelezen zuilen latea.

En dit zou jammer zijn.

Niet alleen voor de Directie der Hollandia-Drukkerij, die geen kosten gespaard he.-ft om hier mooi typografisch werk te leveren; en voor de zes schrijvers, die bij zoo jammerlijk misverstaan van hun waarlijk zoo prijzenswaardige bedoelicg, velen niet zouden bereiken; maar ook voor de menschen zelf, die om dit misverstand van dit boek geen kennis zouden nemen, want zij zouden zich daarmee de genieting onthouden, die de lezing vao 'n boek als dit vermag te bieden.

Wat dit laatste betreft, spreek ik hier uit ondervinding.

Ik zelf toch heb onder de lezing van dit boek veel genoten, al komt er ook veel in voor, waartegen ik zwaarwichtige bedenkingen heb.

In het eerste, het inleidend hoofdstuk zet PROF. DE LA SAUSSAYE het doel van het boek uiteen.

Hij wijst hier de Christelijke gemeente op hare plicht om „oog en oor niet te sluiten voor wat buiten haar kring aangaande haar Heiland gezegd v«)rdt". „Daarin moge zij som? vijand schap speuren maar toch ook wel behosffea". „Het plicht verzuim om dit na te laten, wreekt zich doordat de geloovige zijn invloed in de wereld er bij verliest en zelfs onvast wordt tegenover de aanvechtingen van den tijdgeest." „Maar", zegt de hoogleeraar, „de zaak zelf is verre van eenvoudig". „De vragen Z'jn inge wikkeld en veelzijdig. Het is het doel van dit geheele geschrift er over te handelen en van dit inleidend hoofdstuk ze zoo scherp mogelijk te stellen".

De heer DE LA SAUSSAYE schrijft zeer voornaam, maar niet altijd even duidelijk. Men moet hem zoo nu en dan ondervangen om zijn bedoeling te vatten.

Ik doe dit hier, en dan zijn, naar ik meen, ook in verband met wat hij op een vorige bladiijde zegt van: „het ziften en vragen of da tijdgeest normaal dan wel ziekelijk is", „«en vragen en ziften dat behoort tol de taak waar aan de Christelijke gemeente zich niet mag onttrekken", — met die „ingewikkelde en - /eelzijdige vragen" waarover te handelen „het doel van dit geschrift is", door hem gemeend: de vragen, die de tijdgeest stelt aangaande den Christus. Vragen waarbij het dan op sankomt „goed en kwaad te leerea onderscheiden"; te vragen en te ziften wat daarin vijandschap, wat daarin behoefte is.

Metterdaad stelt de geachte schrijver dia ook als zoodanige „vragen", opgekomen „in de gees telijke geschiedenis der laatste halve eeuw", die naar de waarde der bronnen van de geschiedenis van Jezus", en wel met het doel om „de historische kern der berichten te vinden om een beeld van den stichter des christendoms te kunnen teekenen ; verder, „die naar de sociale verhoudingen", want ook in die vragen „wil men Jezus betrekken"; eindelijk de vragen opgekomen naar aanleiding van de vergelijkende studie der godsdiensten, en wel bepaaldelijk deze: „waarin is de verlossing die Jeius aanbrengt anders, hooger, reëler dan die welke elders wordt gevonden? "

„Zoo brengen alle vragen en richtingen te midden waarvan wij leven, het beeld van Jezus naar voren" en is het de taak aan de geloovigen opgelegd „Hien Jesus tot de kinderen der eeuw te doen spreken naar hun waarachtige nooden". Maar, PROF. DE LA SAUSSAYE, die allerminst van zins is het „eeuwig evangelie te plooien, om te buigen naar den geest der eeuw": verzuimt niet hierop te laten'volgen: „Daarbij mag men natuurlijk Jezus niet ontdoen van wat hem tot den Heiland der menschheid maakt."

Een woord waarvoor ik den inleider dankbaar ben, al had ik ook niet anders verwacht.

Dit eerste hoofdstuk is als het ware het program van het geheele werk.

„Een poging om Jetas Christus te doen spreken tot de kinderen der eeuw naar han waarachtige nooden, doch zonder hem te ontdoen van wat hem tot den heiland der menschheid maakt".

Welk christen zou voor dit pogen, voor deze bedoeling geen sympathie hebben?

Hierin ligt dan ook voor mij het aantrekkelijke van dit boek.

Maar toch mag ik reeds hier niet verzwijgen, dat er in dit boek ook is wat mij afstoot.

Wanneer toch de heer DE LA SAUSSAYE op zijn het laatst door mij geciteerde woorden laat voleen: „Maar het is zondige traagheid hem (Jezus) te vereenzelvigen met de formules waarin eens het kerkelijk verleden hem be schreef, en daardoor de prediking van zijn ersoon en Evangelie niet levend maar ver steend, in een vreemde taal, te brengen aan harten die er vatbaar voor kunnen zijn ofwor den." p. 6; en wanneer hij op p. 36 schrijft van den kerkelijken dogmaticus: „hij zoekt het in vergankelijke en vergane vormen, waarin 't verleden het geloof beleden heefc"; — dan valt het niet moeilijk hier des hoogleeraars be doeling te vatten.

Want, — „Jezus te vereenzelvigen met wat voor formules ook, " — welk verstandig rnensch heeft dit nu ooit gedaan? Mocht iemand dit hebben gedaan of nog doen, ik zou hem liever beklagen dan hem met Prof. SAUSSAYE nog gaan beschuldigen. Immers zulk een abnor maal, van de eerste der logische normen afwijkend denken, ware geen „zondige traagheid", maar bedenkelijke, deerniswaardige stoornis van het denkvermogen. Wit de geachte inleider hier bedoelt zal dus wel zijn, dat men van Jezus niet mag spreken in „de formules waarin' ammaftmmmaimmaf. "^si het kerkelijke verleden hem b«achreef, " omdat die formules de „vergankelijke en vergane vormen" (jijn) „waarin het verleden het geloof beleden heeft."

Hieruit nu, evenals al* uit enkele beweringen van sommige der andere, schrijvers, spreekt een zekere minachting voor het dogma en daarmee voor het verleden der kerk; een minachting, die mij onverdiend voorkomt; die mij voor de bereikirg van het doel dat de schrijvers van Jezus Christus voor omen tijd zich hebben gesteld, bedenkelijk toeschijnt; die mij niet sympathiek is,

{Wordt vervolgd).

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van zondag 16 februari 1908

De Heraut | 4 Pagina's

Leestafel.

Bekijk de hele uitgave van zondag 16 februari 1908

De Heraut | 4 Pagina's