GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

Bekijk het origineel

Een onzer lezers

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Een onzer lezers

5 minuten leestijd Arcering uitzetten

Een onzer lezers zendt ons het volgende schrijven toe, dat we hier gaarne een plaats verkenen:

Rotterdam, 17 Maart 1909. Mijnheer de Redacteur !

Mag ik voor het onderstaande een beroep doen op uwe gastvrijheid?

Als ik mij goed herinner, deelde de heet Winckel ons omstreeks Kerstmis 1907 mede, dat een Scbotsch blad tot zijn legers ae vraag had gericht: „waarom gaat gij niet naar de ketk? " Onder de antwoorden, die het blad oiitving, waren er verscheidene, die deden vermoeden dat zij die ze inzonden, zelden of nooit een kerkdienst hadden bijgewocnd. Iemand, die b. v. zegt: „Ik ga niet ter kerk, „omdat de godsdienst strijot tegen ai mijn welen-„schappelijke begrippen", laadt den schijn op ? .ich, alsof hij zich zeer weinig met „godsdienst" heeft ingelaten. Ieder onzer, die dit soort van tegenstanders wel eens ontmoet, weet cök wel, dat hun woorden allerminst het resuliaat zijn vaa een nauwgezet onderzoek. M. i. kan de Christelijke kerk een dergelijk oordeel dan eok gerust voor kennisgeving aannemen.

Jammer evenwel, dat dit niet van alle ingebrachte bezwaren kan gezegd v/orden. Sommige, we moesten het toestemmen, bielden wel degelijk een aanklacht tegen de Keik in, waaraan zij niet ontkomen kan. Natuurlijk geeft dit harea beschuldigers geen vrijheid, om baar te minachten en voorbij te loopen: dat blijft voor hun rekening. Maar voor ons is er, afgedacht vaa de vraag uit weiken hoek de bescnuldigingeu kwamen, zeker wel reden tot ernstig zelfonderzoek.

Ik denk hierbij meer bepaald aan het antwoord dat eenigen van de inzenders gaven: „Ik mijd de kerk cm het onnatuurlijk, gemaakte optreden der geestelijken" (of men het woordelijk zoo gezegd heeft, weet ik niet meer, maar ia elk geval was dit de zakelijke inhoud.)

Ik had dit antwoord verwacht, en dat er naar veihouding niet veel meer waren die bet gaven, kon ik alleen verklaren uit df waar-Bchijnlijkheid, dat de meeste inzen.fers zeer zeldea in de ketk kwamen. Het verwondert mij ook nu nog telkens dat zij, die de kerk vijandig gesind zijn, niet veel meer van dit wapen gebruik maken om haar afbreuk te, doen. 'i I3 toch niet te miskennen, dat een groot deel onzer Gereformeerde predikanten - over andere mag ik wegens onbekendheid niet oordeelen - zich aan dit kwaad in meerdere of mindere mate schuldig maakt, Aan onnatuurlijkheid in allerlei vorm op den kansel.

Men spreekt in een toon en met een stem, waarvan elk onpartijdig beoordeelaar moet zeggen : Ze zijn aangeleeid, niet natuurlijk, Men maakt gebaren, die onnatuurlijk, opietteiijk en op effect berekend zijn. Men neemt allerlei houdiogea aan die stuiten en tot niets dienen. Me dunkt, dat bij een nadere omschrijving dezer dingen menigeen zich voorbeelden voor den geest zal weten te brengen.

Om te beginnen, hoeveel predikanten zijn er niet die er een hinderlijk geaffi-cieerde uitspraak op na honden ea onze schooae HoUandsche taal in allerlei onhollandscbe, leeiijke klanken weergeven. Zij spreken van „dan mansch" inplaats van „d«n m^nsch", van „P«e., .tr(t6" in' plaats van „Petras", van „onza hulpa" inplaa'' van „onz« hulp«", van „het W«i!rd" inplaaM van „het Wwrd", van „Dammer" inplaats van „ni'nimet", van „h< K8" inplaats van „hwV-Msn werpe hier niet tegen, dat ia verschillende gewesten van ons vaderland verschillend ge' sproken wordt. Tasseben een eenigszins gswesteiijke uitspraak of dialect, en eea gemaakte uitspraak is een hemelsbreed verschil, 't Eef* heeft met het ander niets uitstaande, 't " mogelijk, dat een tiitspraak als waarvan ik hier-

boven enkele voorbeelden gaf, van hais uit fUiDgeleerd is. In sommige kringen — vooral in deftige of would be-deftige — gaan de ouders hun kinderen daarin voor, en als straks deze kinderen op hun beurt met zulk een onwelluidende taal in 't publiek verschijnen, kan men «e 't tot op zekere hoogte vergeven. Maar _> zonder stekelig te willen zijn — men kan toch veilig aannemen dat slechts zeer weinigen onder de bedoelde predikanten op deze manier aan hun onnatuurlijke uitspraak komen. Hoe dan?

Een tweede groote grief die ik heb tegen de manier van preeken van sommige predikanten, is: de preektoon, de galmtoon. Wa^ men eegt, daargelaten of het in al of niet geaffecteerde spraak geschiedt, zegt men niet gewoon. Door een gansche preek loopt dikwijls een onnatuur lijke, opzettelijke galmtoon. Ik weet het, als alle woorden van een preek of rede precies op denzelfden toon, met denzelfden nadruk en met dezelfde sterkte werden uitgesproken, dan zou zij ocgenietbaar zijn; de zin en de beteekenis der woorden zouden absoluut niet geroeid worden. Maar de natuurlijke buiging der stem en het leggen van een natuurlijk accent op de woorden zijn heel iets anders dan het aannemen van dien gekunstelden, opzettelijken en daarom gansch ongepasten galmtoon, waarvan zoovele predikanten zich met voorliefde bedienen !

Zie trouwens, tot welke werkelijk belachelijke resultaten deze aangenomen preektoon soms voert, In het verloop van de preek zal een enkele uitdrukking, een zin voorkomen, waarvan de inhoud in verhouding tot het voorgaande en volgende van slechts ondergeschikte beteekenis is. Dat dient dan toch uit de manier waarop gesproken wordt, te blijken. Maar tegen alle regelen der eloquentie in, wordt zoo'n zinnetje uitgegalmd met een pathos, een verheffiog en trilling van stem, alsofde spreker aan de hevigste ontroering ten prooi is. En bleef het nog maar bij het belachelijke. Doch hoe stuitend — ik zou haast zeggen: hoe profaan — wordt dit onnatuurlijk, op effect berekend gegalm, als men er zicb bijv. van bedient om den Heiland sprekende in te leiden. Als ge het weerzinwekkende hiervan op 't diepst gevoelen wilf, stel u dan een oogenblik den Heere Jezus voor, op zulk een toon tot de schare sprekende !

{Slot volgt.)

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van zondag 18 april 1909

De Heraut | 4 Pagina's

Een onzer lezers

Bekijk de hele uitgave van zondag 18 april 1909

De Heraut | 4 Pagina's