INGEZONDEN STUKKEN.
{Buiten verantwoordelijkheid van de Redactie)
Zeer geachte Redacteur,
Vergun mij een enkel woord<
En wel naar aanleiding van de in het laatste fferauinnmmst opgenomen recensie van Postmus, Oud-Holland en de Revolutie.
De geachte lecensor spreekt als zijn gevoelen uit alsof er, wat de samenstelling van den
inhoud becieft, een „quaestie zit tusschen auteur en uitgever".
Ik stel te zeer prijs op een aangename verhouding met den auteur, van wien ik het voorrecht heb boeken ter perse te mogen leggen, dat ik niet kan nalaten U dringend te verzoeken, mij gelegenheid te willen geven langs dezen weg aan de lezers dezer recensie mede te deelen, dat er tusschen mij ea den heer Postmus geen schijn van schaduw eener quaestie is gerezen, maar dat integendeel onze verhouding de meest aangename is, die zich slechts denken laat.
Er is over al of niet opname der drie laatste hoofdstukken, tusschen auteur en uitgever, geen woord gesproken en geen letter geschreven.
Met betuiging van mijn vriendelijkea dank voor de opname dezer regelen.
Hoogachtend,
UEd. dw. dn.
Kampen, 27 Juni 1910.
Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt
voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen,
vragen, informatie: contact.
Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing.
Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this
database. Terms of use.
Bekijk de hele uitgave van zondag 3 juli 1910
De Heraut | 4 Pagina's