GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

Bekijk het origineel

Voor Kinderen.

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Voor Kinderen.

6 minuten leestijd Arcering uitzetten

DE GELEEBDE SMID.

V.

HET HORLOGE.

Geen wonder dat Elihu Burritt zich aldaar moedeloos gevoelde. Zwak en krachteloos sleepte hij zich voort en zag op naar de hooge, uit donker roede baksteen opgetrokken huizen en gebouwen, veel grooter, hooger en fraaier dan hij nog ooit aanschouwde. Deze aanblik maakte hem in eigen oogmin, zelfs verachtelijk; de wetenschap, dat hij op 't oogenblik arm was, daar hij nrg slechts één dollar bezat en een defect horloge, deed hem (Tiij verklaarde't later zelf) wenschen, dat die hooge muren, gelijk de vergulde koepel van het regeeringsgebouw, werkelijk deel uitmaakten van het Nieuwe Jeruzalem vraaraan al die grootheid en heerlijkheid hem deden denken. Hij strompelde verder naar Zuid-Boston. Zijn anders zoo krachtige spieren en pezen weigerden hun dienst; toch wou hij beproeven naar Worcester te komen In de bibliotheek te Boston had een der personen, die daar zaten te lezen en Burritts zoeken naar vreemde woordenboeken gadesloeg, tot hem gezegd, dat hij in Worcester een bibliotheek van boeken uit en over de oudheid zou vinden. Zijn verzwakt uiterlijk belette hem spoedig go cd werk in Boston te vinden; de gedachte dat zulks in het veel kleinere Worcester beter zou gelukken en zijn verlangen naar de Oostersche talen tegelijkertijd bevrediging zou vinden, deze twee drijf veeren noopten den smid den weg weer op te gaan, al was 't met een slakkengang. Hoe lang die gang zou geduurd hebben is moeielijk te bepalen; wel weten we dat Worcester bijna 11 uur van Groot-Boston ligt, ook Ëiihu Burritt wist dit, zijn vaste wil deed hem evenwel ditmaal weder zeggen: waar een wil is, daar is ook een weg; en hij bereikte al kruipende de Bostonbrug.

„Hola! Hei daar! Laat mij voorbijl" riep wat luidruchtig, maar niet ruweenjongenssteii!; Burritt keek om en zag een vrachtwagen door een jongen bestuurd. Zijn goed gezicht en vriendelijk oog noopten den langzamen voetganger hem te vragen waarheen hij zoo haastig op weg was. „Naar Worcester, vriend hardloopert ik moet flink doorrijden anders denkt mijn baas, dat ik van den wagen in zee gevallen ben, gegroet 1" Reeds wilde hij doorrijden, toen de „hardlooper I" hem verzocht mee te mogen rijden, omdat hij ook naar Worcester moest; de vroolijke jongen stond het hem toe, maar hij kon niet zeggen wat zijn baas voor zulk een baal of ton, of pak of wat ge u zelven noemen wilt, rekenen zou. Intusschen had Eiihu plaats genomen naast den jeugdigen voerman. De bedaarde rit, want de grootste haast was in des voermans mond, niet in de pooten der paarden, de opwekkende lucht en de kalmte van de landstreek na de afmattende drukte der groote stad, deden Burritt goed; en pas toen Worcester in het gezicht kwam, ging hij overleggen hoe hij den vriendelijken, guitigen koetsier betalen zou. Van den éenen dollar, de eenige klinkende munt, die hij bezat, kon hij geen afstand doen; het horloge, ja I dat bedroeg zeker aan waarde meer, dan de baas van den wagen voor dit levende vrachtje eischen kon; doch aan het zakuurwerk, een familiestuk, was Elihu zeer gehecht, wat te doen ?

„Vriend!" zei hij eensklaps, „Ge ziet er wel aai uit dat ge het betalen kunt om dit horloge e laten repareeren, het is een zeer goed uurerk maar nu stuk; als ge het dan laat waareeren kunt ge beslist de betaling voor wel 3 zulke vrachtjes, als ik was, er voor krijgen; 't zou mij spijten als gij het verkocht, maar ik bezit op 't oogenblik niets dan dit zakhorloge en éan dollar; als ge het behoudt en {de waarde er van onderzocht hebt, brengt mij dan de helft van wat die meer beloopt dan mijn vracht; ik ga in Worchester werk zoeken in eene smederij."

„Dat is afgesproken, vriend smid, naar uw vuisten te oordeelen, kunt ge beter slaan dan loopen, ik neem het horloge aan en zet u af bij den eersten den besten grooten fabriekssmid dien we voorbijrijden".

Een volgenden morgen stond Burritt gereed, om alweder den arbeid in die fabriekssmederij aan te vangen. Hij zou kost, inwoning en iz dollars per maand ontvangen.

Weinige weken later, toen Elihu's flinke arm bezig was naar zijn wil een ploegschaar uiteen stuk staal te smeden, kwam de jeugdige voerman hem opzoeken; hij reikte Barritt enkele dollars over zeggende: „Vriend smid, daar is de helft der waarde van het horloge, voor de andere helft liet ik het herstellen en betaalde ik mijn baas voor je rit. Doch vertel me nu eens wat je nog meer doet dan smeden? Reeds tweemaal zag ik je een boekwinkel binnengaan en eens kwam je zelfs uit het Bibliotheekgebouw".

„Vriend vrachtrijder, als je op een Zondag na de ochtendkerk hier wilt komen, zal ik je inlichten, thans is het voor mij werk-, en geen praattijd".

Enkele jaren later zat Burritt niet op een vrachtwagen, maar in den spoortrein van Worcester naar New-Britain, om zijn oude moeder nog eens te bezoeken, voor zij den weg van alle vleesch ging.

Een net gekleed, vriendelijk jongmensch met een groot pak boeken naast zich op de bank, stond op en trad op onzen vriend toe: „Wel mijnheer Burritt heeft u mij geheel en al vergeten? Doch dit kan licht gebeuren! Nuuzoovele stukken schrijft, en maar bij uitzondering smeedt, is u moeielijk te vinden; maarÜ'^hebu niet vergeten. Uw voorbeeld van werken en studeeren; uw, (zooals gij het noemt, ) intame len van kundigheden onder zwarigheden, heeft mij er toegebracht, mijn vrijen tijd beter te gebruiken dan om gekheid te maken. Ik ben begonnen met het allernoodigste te leeren en thans ben ik aan mijn laatste studiejaar als dokter. Dit alles dank ik aan uw ritje op den vrachtwagen van Boston naar Worcester en aan uw welmeenenden raad, mij op een Zondagmorgen na kerktijd gegeven".

„Zijt gij de jongeling, wien ik mijn horloge in betaling gaf, mijnheer? "

^Niemand anders. Zijt ge nog op die anti quiteit gesteld? Zeg het gerust, ik heb ze aan een antiquair verkocht, maar als 't u genoegen geeft, koop ik ze van dien lief hebber van oude dingeijes terug"

„Eerlijk gezegd, heeft 't mij altijd gespeten dat ik van ons familiestuk had móeten scheiden, dus als ge mij 't adres opgeeft waar ik het zakuurwerk terugkoopen kan, dan zal ik u zeer dankbaar wezen"

„Neen, mijnheer Burritt dat niet, dat nooit! — U zult binnen 14 dagen uw horloge weder bezitten, maar u betaalt er niets voor. Zonder die betaling voor uw vracht met't oude horloge en zonder uw goede raadgevingen, was de weg tot kennis, tot onderzoo mij altijd gesloten gebleven. En' weet, dat ik al leerende en op uw voorbeeld ook ter kerk gaande, nog een beteren weg vond, dan dien tot de deur der hoogeschool leidt, nl. den engen weg die ten leven leidt".

Burritt hing het dierbare familiestuk op in zijn kamer, als een herinnering aan zijn eigen levensloop en aan de wonderlijke wijze, waarop God menschen gebruikt om menschen ten zegen te wezen.

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van zondag 14 augustus 1910

De Heraut | 2 Pagina's

Voor Kinderen.

Bekijk de hele uitgave van zondag 14 augustus 1910

De Heraut | 2 Pagina's