Officieele Berichten.

Vrije Universiteit.

Men schrijft ons uit Fijnaart:

Ook hier wordt de belangstelling in de Vrije Universiteit meer levendig en ziet men naar middelen om, om de vereeniging, die haar stichtte en onderhoudt, financieel te steunen. Een sub-comité is hier opgericht, waarin zitting namen de heeren Ds. F. Nomes, J. W. van den Dries, B. van Bezooyen en M. Koomans.

Op verzoek van dit comité sprak de heer Jac. van Oversteeg, van Amsterdam, over de beteekenis van deze stichting voor de bevordering van de komst van het Koninkrijk Gods.

Door Ds. P. Nomes werd de vergadering geopend en door den spreker er aan herinnerd, dat in Efeze 6 : 12 wordt geboden de geheele wapenrusting Gods aan te doen en een strijd worit geteekend »tegcn de Machten, tegen de Geweldhebbers der wereld, der duisternis dezer eeuw, tegen de geestelijke boosheden in de lucht".

De Vrije Universiteit is bedoeld als middel om wapenen te bereiden tegen de zonde, die > lichtelijk omringt".

Jammer dat zelfs belijders van den Christus deze school niet steunen, soms zelfs tegenstaan.

De een noemt haren grondslag te eenzijdig, de ander betwist haar het recht om tot opleidingsschool voor toekomstige leeraren der Kerken te dienen.

De eersten willen Gods Woord tot grondslag zonder eenige nadere omschrijving. Dit doet denken aan den tijd toen de predikanten de vrijheid namen om de catechismusprediking af te schaffen.

Zij die meenen, dat alleen de kerk de bevoegdheid bezit om predikanten op te leiden, verwarren de roeping der Christenen om zich bij de ware Kerk te voegen, hetgeen hierboven in Efeze 12 is genoemd.

Christus is gekomen-om Satan te overwinnen. En zij die den Heiland als hun Heere belijden, moeten Hem als Koning dienen.

In den strijd moeten wij wapenen hebben waarvoor God ons scholen gaf, ook Hooge scholen, maar die telkens zijn ontaard. De Vrije Universiteit dient om de Kerk van Christus en de belijders van Zijn Naam wapenen te verschaffen.

Tot medewerking aan die stichting wordt daarotn ieder belijder geroepen. En een ieder naar zijn aard. Zij die de gaven bezitten, moeten daar onderwijzen, of onderwijs zoeken; heeft God ons met stoffelijke middelen gezegend, dan moet daarvan een deel besteed om de kosten te dekken.

Deze inedewerking is geen bëtooning van barmhartigheid, maar plicht.

Bij de opgewekte bespreking werd duidelijk, dat het bijdragen aan het onderhoud van kerken en scholen iets anders is dan het beoeienen van barmhartigheid. Immers in Israël ontvingen de Levieten geen erfdeel in land, maar toch waren hunne inkomsten twee tienden hooger dan die der andere stammen. En eerst dan v/anneer de tiende betaald was, kon met het beoefenen van barmhartigheid begonnen worden.

Vrijdag 12 Nov. trad te Driebergen, op uitnoodigmg van het locaal-comité tot steun der Vrije Universiteit, Ds. Goudappel van Utrecht op. Hij zette de beginselen uiteen, die voorzaten bij de stichting onzer hoogeschool in 1880.

Destichting was geen i nval, maar een conscientiekreet der natie. Men wilde de wetenschap redden van ongodisme.

Op de Staats Universiteiten zit dat ongeloof diep. Ook in de 19e eeuw reeds. Mannen als Bilderdijk en Da Costa werden geweerd, Oosterzee en Beets lang tegengehouden. De pogingen van het Reveil om 't ongeloof te keeren, faalden; de afgescheiden kerken stichten een eigen school, maar namen slechts de theologie, en zoo bleef de toestand droef.

Pogingen om een eigen, vrije, Universiteit te stichten, konden niet dan na 1876 met de revisie der wet op het H. O. slagen. In 1880 werd onze Vrije Universiteit geboren. Van meetaf is haar karakter protesteerend.

Zij steunt op het principe: alle terrein des levens voor Gods eer : het Calvinistisch beginsel.

Een algeineene Christelijke Universiteit sluit Rome niet uit; een Protestantsche hoogeschool heeft heel geen standpunt; het Luthersche principe is niet breed genoeg; het Doopersche is duaUstisch; het Ethische critiseert — slechts het Calvinistisch beginsel belijdt ten volle Gods souvereiniteit in heel de Schepping.

Onze Vrije Universiteit staat daarom op Calvinistisch standpunt. Het begin in 1880 was gering. De Universiteit werd door de vrijzinnigheid laatdunkend begroet. Fel werd ze bestreden. Maar God deed haar zegepralen, hoe onmogelijk 't scheen. Alles had ze tegen: financiën gering; professorenaantal klein; gebouwen armoedig; uitzichten voor de discipelen donker — maar trots alles hield zij stand door Gods kracht.

IQ druk wies ze.

De publieke opinie telt haar mee.

De Overheid rekent haar even waardig met de Rijks Universiteit. 35 jaar is ze er nu. Maar 't ideaal is nog vér!

Keere de eerste geestdrift weer! Herlcve de eerste warme liefde!

De Vrije Universiteit moeten we steunen.

Steunen in gebed! En bij dat gebed zij men offervaardig, opdat de Vrije Universiteit mag toenemen, en in deze dagen van druk en pesshiiisme de banier , , Pro Rege" hoog houden.

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Printen