GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

Bekijk het origineel

Tweeduizendste Meditatie.

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Tweeduizendste Meditatie.

5 minuten leestijd Arcering uitzetten

Reeds in 1869, toen ik als stichter van de huidige Heraut nog predikant te Utrecht was, begon ik mijn arbeid op journalistiek terrein, zoo in politieke als religieuse beteèkenis. Dr. Schwarz, die in de toenmalige Heraut zich een politiekreligieus orgaan schiep, vertrok in 1869 voorgoed naar Engeland, en noodigde mij toen uit, om zijn arbeid over te nemen. Dit heeft dan ook van 1869 tot l April 1872, meerendeels nog in den ouden vorm, maar van 1870 af op geheel zelfstandigen voet plaats gehad.

In 1872 riep men telkens van alle kant, dat niet langer met een weekbladkon worden volstaan. Het toenmalige weekblad de Heraut werd daarom op het derde eeuwfeest van de inneming van den Briel, in een dagblad, en zulks wel onder den naam van de Standaard, omgezet; en men begon, met'i^y dit politieke dagblad, elke week eén Zondagsblad uit te geven, waarin destijds reeds enkele Meditatiën werden opgenomen.

Met mijn tweejarige krankheid, die n 1875/6 uitbrak, moest echter die dubbele uitgave worden gestaakt Zoo bleef alleen de politieke Standaard'm leven, en het geestelijk orgaan viel weg. To.ch kon het hierbij niet blijven. Vandaar dat ik, toen ik in den zomer van . 1877, gedeeltelijk althans genezen, uit Nice terug keerde, aanstonds het plan opvatte, oni alsnu een geheel nieuw godsdienstig week­ mÊÊmm blad, en zulks geheel , Qp eigeti 'leest' geschoeid, uit te geven. En van de? ^ geheel nieuwe periodieke uitgave verscheen toen het eerste . nummer op 7 December 1877.

In dit geheel nieuwe weekblad, dat uitsluiteiid kerkelijk en theologisch van aard zou zijn, werd nu van 't eerste nummer af „de Meditatie'" als vaste rubriek opgenomen, en van nummer tot nummer voortgezet. De eerste Meditatie handelde, naar aanleidingvan Psalm 131 : 2, van „het gespeende Kind"" ; de tweede over „de vossen die kolen hebben" en zoo is de reeks van 7 December 1877 tot op heden 21 Mei 1916, onafgebroken voortgezet, en zulks wel in TWEEDUIZEND op elkaar volgende Heraiit-nximm& Ts,

Alle deze Meditatiën zijn, op vier na, van mijn hand. Steeds werden ze door mij op den dag des Heeren geschreven. En slechts vier Zondagen, in deze ne^en en dertig jaren, ben ik hierin door ziekte verhinderd geweest; namelijk in Aug. 1894 toen mij te Brussel een hevige longontsteking overviel. Mijn oudste zoon. Dr. H. H. Kuyper, sprong die vier Zondagen voor mij in. Maar voor het overige mag ik als schrijver, met innigen dank aan mijn God, hier betuigen, dat ik al die bijna 39 jaren lang nimmer in het verrichten. van dezen aanlokkelijken arbeid ben verhinderd geweest. Van mijn vaste gewooftte, om op eiken Zondag zulk een Meditatie te schrijven, week ik nimmer af, ook al rustte ik na bergbestijging in een berghut uit, of ook al was ik varende op de groote wateren. Door niets en door niemand heb ik mij van deze vaste gewoonte laten afhouden, èn zóó alleen kon dan ook deze collectie van TWEEDUIZEND Meditatiën, geheel afgezien van de vroegere in het Zondagsblad, tot stand komen.

Gelijk men vyeet, zijn geheele reeksen van deze Meditatiën, bij afzonderlijke uitgave, zelfs in tweeden en derden druk verschenen. Ze zagen het licht in deze volgprde :

Eoning ttit den rotssteen, 2 deelen, 1880. .Tweede Druk . . • . . . , , ., . 1896. Gomer voor den. Sabbath-i . . •. . 1889. Tweede druk: ^: .; : . . . . . i.904. JWr een distel un mirt^ . , . ., ...1891. Goedkoopè uitgaaf . ., ... .1894. „ „ .. Tweeds druk, 1896. Ucidtt dvuk. . ; . , ... ., . 1914. (.iócdkpope .uitgave, vierde druk, .1914. ].H ik schaduwe des Doods, . . . 1893. Tweede druk . . . . . . . 1908. Als gij in uw huis sit^ 1899. Tweede druk 1900. Zijn uitgang te yeruzakm, . . . .1901. Tweede druk 190S. Derde druk . . . . . . . . 1912. In Jesus ontslapen^ . . . . . .1902. Tweede druk 1906. Derde druk . . . .. . . . 1912. '^abij God te zijn^ .... . . . 1908, Tweede druk •. . . . . . '. .• 1912.

Zonder overdrijving mag dan ook gezegd, dat in deze TWEEDUIZEND MEDITATIËN een stuk van mijn leven zit. Steeds spiegelde wat in mij omging, of wat mij trof, zich als vanzelf in deze Meditatiën af.

Mochten mij nog enkele jaren gegund worden, zoo hoop ik bij deze levensgewoonte tot den einde toe te volharden. Toch mocht reeds nu een uiting van stille erkentelijkheid, aan den Heere mijn God niet uitblijven voor de kracht, mij, zulk een lange reeks van jaren, onafgebroken verleend, om dezen geestelijken arbeid gestadig voort te zetten:

Mijn bede blijft, dat ook voortaan niet alle zegen aan dezen arbeid onthouden mo^e worden.

Dat tot dusver die xegen niet geheel uitbleef, mocht ik tot mijn innige vreugde merken uit tal van 'brieven, die mij in de afgeloopen week gewerden.

De heer en mevrouw Brujmmelkamp— Esser, met wie ik onlangs over het verschijnen van het tweeduizendste nummer t sprak, zijn namelijk zoo. goed geweest in een advertentie, die uit de mij toekomende nummers was weggelaten, op wat te gebeuren stond te wijzen, en te doen doorschemeren dat men mi) vreugde kon bereiden, indien ik in de afgeloopen dagen iets merken mocht van de vrucht in geestelijken zin, die van deze tweeduizend meditatiën uitging. '

Aan deze vriendelijke oproeping is in een schat van mij pers|oonjijk toesprekende brieven gevolg gegeven.

Gelijk van zelf spreekt, dragen deze brieven een zoo persoonlijk en' intiem karakter dat ik er niet aan denken mag, om ze in de Heraut op te nemen. Ze bewegen zich daartoe al tè^ zeer' op het terrein van het priyaté. gemoedsle'< feH. Toch vormen ze een .schat voor de xielkandige beöoïdeeling van onzen hüidigen toestand. Ik lég ze daarom weg in mijn archief. Allicht dat .ze, : , als.si.k aan; mijn biogcaphie. njocht toekomen, nog een-bijdrajge van ibeteekenis leveren.

Voorshands rest mij niet dan aan i den heer eti mevrouw Brummelkatnp niijn warme erkentelijkheid te betuigen voor het uitlokken van deze innige zielsuitingen. Ze zijn mij goud waard, en geven mij te meer moed, om met mijri gewijden Zaridagsarbeid voort te gaan.

Den Haag, \7 Mei 1916.

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van zondag 21 mei 1916

De Heraut | 4 Pagina's

Tweeduizendste Meditatie.

Bekijk de hele uitgave van zondag 21 mei 1916

De Heraut | 4 Pagina's