Buitenland.

N.-Amerika. Geestelijke verzorging der soldaten..

Wij deelden reeds mede, dat de geestelijke verzorging van de manschappen in de kampen behartigd wordt 'door de veldpredikers, die in dienst zijnde van de regeering, aan een bepaald reglement worden toegevoegd. Het getal veldpredikers il echter niet toereikend en daarom hebben nog drie organisaties vrijheid ontvangen om de geestelijke belangen der soldaten te behartigen, namehjk de Y, M. C. A. (Chr. Jongelingsvereenigingen) voor de Protestanten, de «BLnights of Columbus" (de ridders van Columbus) voor de Roomschen, en voor de Joden hunne jongeliedenvereenigingen. Andere, niet-Christehjke organisaties hebben gepoogd om ook in de kampen te mogen arbeiden, doch het is : haar niet toegestaan.

Nu hebben Joden en Roomschen daaraan genoeg. Bij beiden is voldoende eenheid, organisatie en tucht. Bij de Protestanten is dit echter niet het geval. In de Y. M. C. A. heeft men eene poging gedaan om een godsdienst boven geloofsverdeeldheid te propageeren. Maar het gelukte nïeL Groote en kleine kerkengroepen zien in, dat bij al het goede dat aan de «boys" door ds Chr-Jongelingsvereenigingen gegeven wordt, het ééne noodige zoozeer op den achtergrond komt, dat bij veldpredikers en werkers in verband mét Y. M. C. A. ook nog kamp-predikanten dienen aangesteld te worden, die zich de belangen moeten aantrekken van jongemannen van eigen kerk.

Toen de kerken begoimen met deze derde soort arbeiders aan te stellen, 'waren de komman danten der kampen niet ongenegen hen toe te laten, mits zij zich strikt onthielden van proseUetentnakerij. Dit is te billijken, - want een kamp is niet hetzelfde als een zendihgsveld. Maar de heeren van de Y. M. C. A. waren niet overal toeschietehjk. Het was meer of min een komen op hun terrein. Toch doen de kerken recht, als zij de bearbeiding van hare leden niet alleen aan de Y. C. M. A. overlaten. Ten bewijze diene een boekje, dat opgesteld is om te dienen als leiddraad voor het «religious work" der Chr. ongelingsvereenigingen. Het is getiteld «About esus" en is van de hand van E. J. Bosworth, en bevat vijf hoofdstukken.

Om een denkbeeld te geven van de strekking van dit boekske, schrijven we af waarover ieder oofdstuk handelt.

1. Jezus’ voorbereiding voor Zijn openbaar optreden. 2. Jezus, de Profeet des volks, Zijn diep inzicht in het leven van de Nieuwe Bedeeing (New Age) en den weg om dit leven voor e bereiden. 3. Jezus, de Profeet des volks, verekt vijandschap van de godsdienstige leiders oor Zijn onderwijs in zake het leven van de ieuwe Bedeeling en den weg om het voor te ereiden. 4. Jezus trekt zich strategisch terug, en einde het 12-tal voor te bereiden voor de roote gebeurtenissen in Jeruzalem. 5. Jezus komt et Zijne discipelen voor den dag, hervat Zijn ubliek onderwijs en ontmoet Zijne vijanden nvervaard in de hoofdstad des lands, maar ordt door hen ter dood gebracht als een godsasteraar en valsche Christus.

Uit deze inhouds-opgave is gemakkehjk af te eiden, waarop in dit werkje nadruk wordt geg m legd. Jezus, een profeet, een leermeester, wel zeer voortrefiehjk, maar niet de Zaligmaker, die door het vergieten van Zijn bloed een losprijs voordoemschuldige zondaren heeft gebracht.

In het «Foreword" zegt de schrijver, dat zijn doel is om kennis van Christus' te verspreiden, en gaat dan verder zeggen: «Bij lederen stap voorwaarts hebben de menschen in Christus nieuw Echt gevonden over de beteekenis van het leven en de beteekenis der wereld die gezien en die niet gezien wordt. Het schijnt dat wederom eene nieuwe bedeeling (New Age) tot stand zal komen. Terwijl er door vele natiën om een betere wereld gestreden wordt, is het gepast dat wij gezamenhjk aan Jezus zullen denken. Het is door Hem, dat personen van aUe natiën God hun Vader leeren noemen en samenwerken zehs tijdens den bloedigsten oorlog, om tot stand te brengen een broederschap internationaal, wereldwijd en blijvend”.

Hier komt aan den dag, dat niet anders bedoeld wordt dan den Christus als een bevorderaar van algemeene broedersciiap aan te prijzen. Van Jezus als Zaligmaker van zondaren, die als zoodanig een broederschap in het leven ­roept, wordt niet gewaagd. Het is daarom de dtne roeping der kerken om te zorgen, dat hare jonge mannen bearbeid worden in den geest van hare behjdenis.

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Terug naar resultaten Printen