GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

Bekijk het origineel

Voor Kinderen.

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Voor Kinderen.

6 minuten leestijd Arcering uitzetten

VAN ETEN EN DRINKEN.

II.

Van wat wij meer in het bizonder vruchten tof ooft noemen, maakten de inwoners van Kanaita veel meer gebruik dan wij. Daartoe was trouwens alle aanleiding. Overal groeiden eetbare vruchten in het wild. Kat}aan was een land, vloeiende van melk en honig, en dien laatsten kon men op vele plekken vinden. Het was de zoogenaamde wilde honig, dien Johanaes de Dooper ook at, en zoo was er meer. Als wij in Nederland ons wilden voeden met wat in het wild groeit, zouden we er slecht bij staan.

Wellicht het meest gegeten ooft, waren de wilde vijgen. Vijgenboomen trof men veelvuldig aan, ook langs de wegen. Denk maar aan de geschiedenis, van Zacheüs. Ieder mocht die vijgen plukken en opeten. Zij waren catuurlijk versch en niet als veelal bij ons, in suiker ingemaakt. Zij werden ook niet alleen als toespijs, maar wel degelijk als voedsel gebruikt en in groote klompen verzonden. Daar een vijg gemiddeld "zoo groot is als een kleine peer, kon een groot gezin er heel wat, verorberen. Maar er was ook voorraad. Onder zijn vijgenboom zitten. Was in het Oosten een teeken van rust en welvaart.

Na de vijgen kwamen de olijven, die ook op vele plaatsen groeiden en zeer in trek waren. Uit deze groene vruchten werd de kostelijke olijfolie geperst, die ook thans nog zoo veel over heel de wereld wordt gebruikt. Zoo diende zij om de lampen te voeden; voorts tot genezing van wonden. Bij den maaltijd doopte men het brood in de olie, en werd zij gebruikt als bij ons de boter. Ook was de olijf een gezond voedsel.

Veel gebruikt ook, bepaald als'voedsel waren, de druiven, waarvan de Schrift zoo dikwijls spreekt, getuige reeds de geschiedenis der verspieders in de woestijn. De druiven die ze meebrachten, waren ongetwijfeld grooter en sappiger dan die wij hier hebben. Dat is te verklaren, als men denkt aan den grond en de luchtgesteldheid van Palestina, die zoo zeer verschilden van de onze. De lekkere, voedzame druiven werden alom geteeld en veel gegeten, te meer, daar lï] goedkoop waren.

Telkens wordt dan ook in de Schrift van wijngaarden en druiven gesproken.

Er waren nog veel andere vruchten, te veel om hier op te noemen. Een prachtig gezicht en heerlijke spijs leverden de vuurroode granaatappelen met hun vele pitten. EQ zoo konden wij voortgaan. Vele vruchten echter die wij hebben waren in Israël onbekend. Zoo b.v. de peren, de pruimen, de perziken. Appelen kwamen wel voor, doch die geleken weinig op de onze. Ook hiervoor lag de oorzaak in het klimaat. Bananen en rijst groeien ook bij ons niet, maar wel in warmer stteken als Ziiid-Amerika en de Oost.

Nu heeft de lezer zeker wel eens opgemerkt, dat in den ganschen Bijbel van aardbeien, kersen, bessen en frambozen enz. niet gesproken wordt. Dat wil echter niet zeggen dat zulke of dergelijke vruchten er in het geheel niet waren. Maar zij groeiden en bloeiden dan in 't wild, tot men in later eeuwen begon hen te kweeken en te veredelen.

Erwten en boonen waren een bekend voedsel reeds in zeer oude tijden. Dat toont o.a. de geschiedenis van Jakob en Ezau. Ook kende en gebruikte men uien, komkommers, knoflook en dergelijke vruchten. Van wat wij bepaald groenten noemen hadden de Joden niet zoo veel verscheidenheid als wij. Veel spijzen worden in de Schrift genoemd, maar spinazie, andijvie, v e v postelijn, kool ontbreken geheel. Toch waren er zeker wel groenten, maar men onderscheidde ze niet zoo nauwkeurig. Zij gingen alle gezamenlijk door onder den naam van »groen kruid" of »groeu moes." Naboth van Jisreël had, lezen we, een stuk land dat koning Achab begeerde voor een kruithof, dat is een moestuin.

(Wordt vervolga.)

UIT EEN OUD SCHOOLBOEK.

Op een dorp bestond en bestaat wellicht nog de zonderlinge gewoonte om, de zitplaatsen in de kerk telkens voor een jaar te verhuren. Wie het meeste geld voor een plaats bood kreeg die. Zoo waren de beste plaatsen dus alleen verkrijgbaar voor wie ruim betalen kon, en moesten de minder gegoeden tevreden zijn met wat nog tot huren overbleef. Wie heelemaal niets betaalde moest met eea plaats achteraf tevreden zijn. Dat zulk een inrichting niet goed was spreekt van zelf.

Nu gebeurde het fcij een nieuwe verhuring, dat een rijke aanzienlijke dame de plaats kreeg naast een eenvoudige maar welgestelde boerenvrouw.

Den eerstvolgendcQ Zondag toen een Psalm gezongen was, bemerkte de dame al heel spoedig dat haar nieuwe buurvrouw een alles behalve fraaie stem had, ja bepaald valsch zong wat alles behalve welluide.vd klonk, en eigenlijk oorverscheurend was. Ziigea kon het heelemaal niet he eten.

De dame die fijn '^a gehoor en schoon van stem W3S, werd > \ < i buurvrouws geschreeuw schrikkelijk ger.toord en gehinderd. Toen de Kerk uitging kon zij niet nalaten de buurvrouw achter op te loopen tn te zeggen:

„Ik heb bemerkt dat we in de kerk buren zijn geworden. Daar heb ik natuurlijk niet tegen. Maar uw stem is blijkbaar met de jaren vervalscht tn bedorven, en klinkt— ik zeg het maar ronduit — ver.schrikkflijk. Zoudt u niet liever bij het zingen zwijgea ? "

De boerin keek de dame eenigszins schalk aan en zei toen:

»Ik heb ahijd geloofd mevrouw, dat de Heere God in den hemel op al zijn schepselen let, eu zoowel het gekras der raven als het gezang der nachtegalen hoort.

„Ik zing heel slecht, dat weet ik ; toch zing ik gaarne tot lof en eer des Heeren, tn Hij zal het hooren, al zing ik ook gebrekkig gelijk Hij ook een schoone stem hoort."

De dame keek wat verbluft, en wist niets in te brengen dan te vragen:

„Maar weet je wel ïeker, goede vrouw, dat de Heere God op zulke rauwe klanken let? "

»Ja heel zeker. U kunt het zelf lezen in Job 39. De dame wist blijkbaar niet zoö dadelijk wat bedoeld werd, doch beloofde het t'huis te zullen opzoeken.

Of zij het ook ge-iaan heeft, weet ik niet zeker. Maar wel, dat n) haar buurvrouw nooit meer over het zingen is lastig gevallen.

BRIEFWISSELING.

B. De Romeinsche cijfers heeten zoo omdat zij afkomstig zijn van de Romeinen die ze ge. bruikten. De andere cijfers heeten Arabische omdat de Arabieren ze het eerst gebruikten. He zijn dezelfde die wij nog hebben.

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van zondag 28 september 1919

De Heraut | 4 Pagina's

Voor Kinderen.

Bekijk de hele uitgave van zondag 28 september 1919

De Heraut | 4 Pagina's