GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

Bekijk het origineel

125 jaar Faculteit der Godgeleerdheid aan de Vrije Universiteit - pagina 236

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

125 jaar Faculteit der Godgeleerdheid aan de Vrije Universiteit - pagina 236

2 minuten leestijd Arcering uitzetten

een veranderend klimaat

pers, meer dan zijn collegae, richting gegeven aan de ontwikkeling van de faculteit in organisatorisch opzicht. Hij was de manager van de faculteit. Dat blijkt onder meer uit zijn bemoeiingen met de ‘aanvullende opleiding’, met de opleiding voor godsdienstleraar en met de zogenaamde vooropleiding.70 Hij had een uitstekende neus voor wat in de lucht zat en wist goed in te spelen op allerlei ontwikkelingen in kerk en samenleving. 235 Toen Berkouwer in 1950 de leerstoel van Hepp werd toevertrouwd, had zich bij hem een opmerkelijke wending voltrokken. Waren zijn vooroorlogse publicaties nog polemisch en apologetisch geweest, in 1949 startte hij de serie Dogmatische Studiën, waarin hij blijk gaf veel geleerd te hebben van de moderne exegetische en dogmatische discussies. Studenten die zich aangetrokken voelden tot de beweging rond Thijs Booy, proefden bij hem de door hen gewenste doorbreking van het isolement. Met allerlei tijdgenoten ging hij in gesprek. Met zijn rooms-katholieke collegae, met de hervormde collegae Th.C. Vriezen en H. Berkhof, en, vooral, met K. Barth. Was hij voor de oorlog zeer kritisch ten aanzien van Barth, in 1954 verscheen zijn boek De triomf der genade in de theologie van Karl Barth. Daarmee was de gereformeerde ban over de grote Zwitser definitief gebroken. Het boek leverde Berkouwer internationaal, ook buiten gereformeerde kring, veel waardering op. Het ging bij dit alles niet alleen over het feit dat Berkouwer in gesprek ging met zijn tijdgenoten – dat deed A. Kuyper ook! – maar vooral over de wijze waarop hij dat deed. Vriendelijk, open, empathisch, zoekend, tastend en toch nauw verbonden met de traditie waarin hij was opgegroeid.71 Daarbij was nog een ander aspect van belang. Behalve de openheid naar anderen toe, speelde ook een nieuwe aandacht voor het subject een rol. Berkouwer begon te accentueren dat in de bijbel de boodschap altijd gesproken en geschreven is in betrokkenheid op concrete mensen en groepen. Het eigene van het evangelie, het objectieve, wordt alleen gekend in correlatie met het geloof. Er is altijd sprake van een wederzijdse relatie tussen boodschap en hoorder, tussen God en mens, tussen tekst en aangesprokene. Men doet de bijbel pas recht als men op deze scopus en deze weg van de openbaring let. Gods openbaring is gericht op ons antwoord en wordt slechts verstaan in het geloof. De klemtoon lag niet meer op objectieve heilsfeiten, maar op heilsfeiten

Faculteit der Godgeleerdheid; Perfect Service; pag 235

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van zaterdag 1 januari 2005

Historische Reeks | 550 Pagina's

125 jaar Faculteit der Godgeleerdheid aan de Vrije Universiteit - pagina 236

Bekijk de hele uitgave van zaterdag 1 januari 2005

Historische Reeks | 550 Pagina's