GeheugenvandeVU cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van GeheugenvandeVU te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van GeheugenvandeVU.

Bekijk het origineel

125 jaar Faculteit der Godgeleerdheid aan de Vrije Universiteit - pagina 430

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

125 jaar Faculteit der Godgeleerdheid aan de Vrije Universiteit - pagina 430

2 minuten leestijd Arcering uitzetten

noten hoofdstuk 3 ne-lectures te Princeton te kunnen houden, wees hij uitdrukkelijk op het Amerikaanse verlangen ‘om de gemeenschap in den strijd voor de Geref. beginselen te bewaren en te versterken’. Archief curatoren, Ingekomen stukken, 10 november 1905, van Bavinck aan curatoren (no 16). 73. Zie Archief senaat, Notulen, 31 oktober 1902; Archief curatoren, Ingekomen stukken, 31 oktober 1902, van senaat aan curatoren (no 9), en Archief directeuren, Ingekomen stukken, 10 november 1902, van curatoren aan directeuren (no 39). 74. Zoals opgemerkt ontbreken over deze jaren de notulen van curatoren, en in de notulen van directeuren wordt er niet meer op terug gekomen. 75. ‘Interview met J. Kamphuis en C. Veenhof’, in G. Puchinger, De gereformeerde wereld, 195-228, aldaar 199. Zie over zijn benoeming Sola gratia, 100101. Hij stond op tal met J. van Andel, maar de stemmen staakten. Daarop werd het lot geworpen, dat op Honig viel. Deze nam na lang aarzelen de benoeming aan, op advies van Rutgers. 76. Acta, 1893, Artikel 32. Deputaat F. M. ten Hoor was afgetreden omdat ‘hij onoverkomelijk bezwaar had, om het mandaat door de Kerken hem mede opgelegd uit te voeren’. Wagenaar en Van Goor hadden hun werk wel afgemaakt. Het archief van deputaten is op de eerste tien jaar na zeer compleet en berust vooralsnog bij het Protestants Diensten Centrum te Utrecht. 77. Een van de twee kerkelijke examens die een student na zijn universitaire studie moest afleggen om predikant te kunnen worden. Het andere heet het praeparatoir examen. 78. Het Kerkblad. Officieel Orgaan van de Gereformeerde Kerken in Nederland, verscheen van 1892-1899. 79. Acta, 1896, Artikel 22 en Bijlage c en een brief van deputaten aan FdG, Archief FdG, Dossier no 116, Ingekomen stukken, 1 juli 1896. 80. Deputaten hadden in drie jaar vier brieven gekregen. In elk van deze brieven werd uitdrukkelijk verklaard dat bij geen der examinandi enige afwijking van de belijdenis was gevonden en dat de wetenschappelijke ontwikkeling voldoende was bevonden. In één geval was de kennis van de dogmatiek en de drie Formulieren van Enigheid niet zo ‘bestemd’ en ‘vast’ als examinatoren hadden gewenst, en de Brabantse examinatoren hadden geconstateerd dat de examinandi zwak waren in de kennis van de isagogiek, van de tekstkritiek en van het kritisch apparaat. 81. Voor het volgende Acta, 1899, Artikel 20 en Bijlage b1, b 2, b 3. 82. Acta, 1896, Artikel 24. 83. Acta, 1896, Artikel 25. 84. Acta, 1899, Bijlage b 3. 85. Acta, 1899, Bijlage b 2. 86. Acta, 1899, Artikel 20 en 52.

Faculteit der Godgeleerdheid; Perfect Service; pag 429

429

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van zaterdag 1 januari 2005

Historische Reeks | 550 Pagina's

125 jaar Faculteit der Godgeleerdheid aan de Vrije Universiteit - pagina 430

Bekijk de hele uitgave van zaterdag 1 januari 2005

Historische Reeks | 550 Pagina's